Aan de hand van dit document kunt u problemen oplossen die optreden wanneer u opneemt, afspeelt en controleert in Adobe Audition CS5.5, CS6 of CC.
Opnameproblemen kunnen zich op vele verschillende manieren manifesteren, inclusief (maar niet beperkt tot) het volgende:
- De opgenomen audio is van lage kwaliteit.
- Audio wordt via het systeem gecontroleerd, maar het opgenomen audiobestand is leeg.
- Vertraagd afspelen tijdens controle van audio-invoer of opname.
- De opname slaat over of valt stil.
Er zijn verschillende mogelijke oorzaken van opname- of afspeelproblemen, zoals conflicten tussen apparaatstuurprogramma's, software, hardware en beschadigde elementen in specifieke bestanden. Hoewel sommige problemen alleen kunnen optreden wanneer u werkt met Adobe Audition, hoeft dit programma niet noodzakelijk de oorzaak te zijn. Het is mogelijk dat dit de enige toepassing is die genoeg geheugen of processor gebruikt om het probleem aan het licht te brengen.
U profiteert het meest van dit document als u de taken in de opgegeven volgorde uitvoert. Houd de voortgang en de resultaten bij van de afzonderlijke taken die u uitvoert, met inbegrip van fouten of overige problemen. De technische ondersteuning van Adobe kan deze informatie gebruiken om u beter van dienst te zijn als u contact met hen opneemt.
Audiolatentie is hoe lang het duurt voor een audiosignaal om van de geluidskaartinvoer naar de geluidskaartuitvoer te gaan. Het audiosignaal wordt gedigitaliseerd en door Adobe Audition geleid, dat toegepaste effecten verwerkt. Daarna wordt het terug naar analoge vorm geconverteerd, zodat het kan worden gehoord (gecontroleerd) aan de geluidskaartuitvoer. Elk van deze stappen draagt bij aan de audiolatentie die in milliseconden (ms) wordt gemeten. Bestaande audio (d.w.z. audiobestanden op een track in de Multitrack) vertoont niet dezelfde mate van latentie, aangezien de tracks al zijn gedigitaliseerd. In Adobe Audition is de latentie vooral op te merken door deze discrepantie tussen afspeellatentie van bestaande tracks en gecontroleerde invoer.
Doorgaans kan latentie boven 10 ms een hoorbare latentie produceren tussen het afspelen van bestaande tracks en controle. De bufferinstellingen (zie stap 6 hieronder) kunnen u helpen latentie te reduceren. Het ontwerp van het hardwarestuurprogramma en het aantal effecten dat wordt verwerkt kan controle echter moeilijk (of onbruikbaar) maken. Als het apparaatstuurprogramma voor uw geluidskaart geen minimale latentie toelaat, is het mogelijk dat u niet kunt controleren terwijl u opneemt. Probeer een nieuwe geluidskaart met apparaatstuurprogramma's met lage latentie (bijvoorbeeld een ASIO-geluidskaart).
- Minder dan 10 ms: realtime controle van inkomende tracks inclusief effecten mogelijk.
- Precies 10 ms: latentie kan worden gedetecteerd, maar de audio kan nog natuurlijk klinken en is bruikbaar voor controle.
- 11 - 20 ms: controle begint onbruikbaar te worden, de geluidsbron wordt onduidelijk en het is merkbaar aan de gecontroleerde uitvoer.
- 20-30 ms: het vertraagde geluid begint als een echte vertraging te klinken, niet meer als een component van het originele signaal.
Opmerking: het menselijke oor is aan latentie aangepast omdat het natuurlijk voorkomt in onze omgeving. De frequentie van een geluid, de afstand tot de geluidsbron en de fysieke eigenschappen van het menselijk oor spelen allemaal een rol bij het gehoor. De latentie die in het opname- en controleproces wordt geïntroduceerd, wordt veroorzaakt door de fysieke eigenschappen en beperkingen van de geluidskaart, apparaatstuurprogramma's en de verwerkingskracht van de computer-CPU.
Adobe Audition CS5.5 en later gebruiken ASIO- en MME/WDM-stuurprogramma's in Windows en CoreAudio in Mac OS. ASIO (Audio Stream Input/Output) overdrachtsprotocol voor meerdere kanalen waardoor compatibele software directe toegang heeft tot de functies voor meerdere kanalen voor ASIO-geluidskaarten. Met directe toegang tot de geluidskaart is een veel lagere latentie (vertraging tussen invoer en uitvoer) mogelijk dan met andere stuurprogrammatypen (bijvoorbeeld WDM of MME). ASIO biedt geen beperking op sample-rate (voorbeeldsnelheid) of sample-format en is niet gebonden aan een vast aantal audiokanalen voor invoer en uitvoer. Met ASIO kunt u de beschikbare I/O-poorten van de geluidskaart naar wens toewijzen voor afspelen of opnemen, en meer dan twee tracks tegelijk opnemen. ASIO-stuurprogramma's zorgen voor efficiëntere audioverwerking, hoge gegevensdoorvoer, synchronisatie, lage signaallatentie en uitbreidbaarheid van audiohardware.
CoreAudio (geïntroduceerd in Mac OS 10.3) is vergelijkbaar met ASIO. Net zoals ASIO staat het software directe toegang toe tot de audiohardware aan een laag niveau, waardoor overhead en latentie worden gereduceerd.
Als u wilt controleren of het correcte stuurprogramma is geselecteerd voor Adobe Audition (Windows), gaat u als volgt te werk:
- Als er een ASIO-apparaatstuurprogramma beschikbaar is, moet u dat zeker selecteren.
- Als er geen Asio-apparaatstuurprogramma beschikbaar is, selecteert u MME onder Apparaatklasse.
Opmerking: Adobe raadt u aan het ASIO-stuurprogramma te kiezen dat samen met uw geluidsapparaat is geïnstalleerd in plaats van het MME-stuurprogramma. Gebruik het MME-stuurprogramma alleen als het systeemaudioapparaat geen eigen ASIO-stuurprogramma heeft.
Als u wilt controleren of het correcte stuurprogramma is geselecteerd voor Adobe Audition (Mac OS), gaat u als volgt te werk:
Opmerking: als uw apparaat niet in de lijst staat, selecteert u het hulpprogramma Mac OS Audio MIDI Setup. Zorg dat het apparaat is geïnstalleerd en wordt vermeld bij de beschikbare audioapparaten. (Kies Programma's > Hulpprogramma's > Audio MIDI Setup om het hulpprogramma te openen.)
Veel fabrikanten van geluidskaarten brengen regelmatig updates van hun softwarestuurprogramma's uit. Vraag de fabrikant van de geluidskaart naar een stuurprogramma-update als u het stuurprogramma niet recent hebt bijgewerkt. Of download er een van de desbetreffende website.
4. Stel de tijdelijke mappen voor Adobe Audition in op high-performance stations met voldoende vrije schijfruimte
Wanneer u in de weergave Bewerken opneemt, slaat Adobe Audition tijdelijke bestanden op in de hoofdmap voor tijdelijke bestanden. Zorg dat de hoofdmap voor tijdelijke bestanden is ingesteld op het snelste station (7200 rpm en hoger) met de meeste vrije ruimte. Maak een specifieke map voor tijdelijke bestanden van Adobe Audition. Door een map voor tijdelijke bestanden te maken, kunt u de bestanden gemakkelijk terugvinden wanneer u ze wilt verwijderen.
Zo maakt u een hoofdmap voor tijdelijke bestanden en stelt u de locatie ervoor in:
Wanneer u in Multitrack-weergave opneemt, slaat Adobe Audition bestanden rechtstreeks op in een submap binnen de map van de huidige sessie. (Bijv. als de sessie MySession.sesx heet, bevat de map MySession_Recorded alle bestanden die in die sessie zijn opgenomen.) Zorg dat de sessiebestanden (en deze bijbehorende map) worden opgeslagen op het snelste station (7200 rpm en hoger) met de meeste vrije ruimte.
U kunt prestaties verbeteren door tijdelijke mappen of sessiemappen van Adobe Audition op afzonderlijke harde schijven te plaatsen. Hebt u meerdere harde schijven, plaats de hoofdmap voor tijdelijke bestanden en sessiemappen dan op de harde schijf die niet de Program Files voor Adobe Audition bevat.
Sommige toepassingen kunnen systeemfouten veroorzaken of vastlopen wanneer ze samen met Adobe Audition worden uitgevoerd. Schakel andere toepassingen uit voor het opstarten van Adobe Audition, inclusief opstartitems (items die automatisch opstarten wanneer u de computer opstart of zich aanmeldt).
Voer de volgende handelingen uit om opstartitems in Windows uit te schakelen:
Probeer dan het probleem te reproduceren:
- Als het probleem niet meer optreedt, was er een conflict tussen Adobe Audition en één van de opstartitems. Activeer opstartitems opnieuw één voor één, waarbij u ze elke keer test totdat u vaststelt welk item conflicteert met Adobe Audition. Neem dan contact op met de ontwikkelaar van dat onderdeel voor een update, indien beschikbaar.
- Als het probleem blijft optreden, dan zijn opstartitems niet de oorzaak en kunt u ze opnieuw inschakelen.
- Kies Start > Draaien en type msconfig in het vakje Open. Klik op OK.
- Klik op de tab Opstarten en klik op Alles Inschakelen.
- Klik op OK en start Windows opnieuw op.
Voer de volgende handelingen uit om opstartitems in Mac OS uit te schakelen:
Probeer dan het probleem te reproduceren:
- Als het probleem niet meer optreedt, was er een conflict tussen Adobe Audition en één van de opstartitems. Activeer opstartitems opnieuw één voor één, waarbij u ze elke keer test totdat u vaststelt welk item conflicteert met Adobe Audition. Neem dan contact op met de ontwikkelaar van dat onderdeel voor een update, indien beschikbaar.
- Als het probleem blijft optreden, dan zijn opstartitems niet de oorzaak en kunt u ze opnieuw inschakelen.
- Schakel de inlogonderdelen opnieuw in door u af te melden (via Apple-menu > Log [Gebruikersnaam] uit). Meld u vervolgens opnieuw aan bij dezelfde account zonder de Shift-toets ingedrukt te houden.
Door de buffergrootte te verkleinen, kunt u latentie reduceren, en klik- en plofgeluiden, stilvallend geluid en andere storingen elimineren die tijdens opname of afspelen kunnen optreden. Maak voordat u de bufferinstellingen aanpast aantekening van de huidige bufferinstelling zodat u deze indien nodig kunt terugzetten. Als u het MME-stuurprogramma gebruikt, wordt de buffergrootte beheerd door het aanpassen van de latentie-instellingen in Adobe Audition.
Ga als volgt te werk om de latentie-instellingen voor MME in Windows te wijzigen:
Opmerking: Kies de laagste beschikbare latentie-instelling die acceptabele afspeel-/opnameprestaties levert.
Gebruikt u een ASIO-geluidskaart, raadpleeg dan de documentatie van de fabrikant voor details over het instellen van buffergrootte. Afhankelijk van uw specifiek ASIO-stuurprogramma kunnen de bufferinstellingen worden geopend door op de knop Instellingen te klikken naast het pop-upmenu Apparaat in het voorkeurenvenster Audiohardware.
Voer de volgende handelingen uit om de buffergrootte te wijzigen in Mac OS:
Houd rekening met de volgende richtlijnen voor buffergrootte:
- Als u de opnameprestaties wilt verbeteren, verkleint u de buffergrootte (van 32 tot 256 voorbeelden); hierdoor verlaagt u de latentie.
- Als u de prestaties voor afspelen en mixen wilt verbeteren (met effecten), verhoogt u de buffergrootte (van 512 tot 2048 voorbeelden); hierdoor verhoogt u de latentie.
Adobe Audition CS5.5 en later hebben een hogere grafische intensiteit dan eerdere versies en kunnen baat hebben bij meer video-RAM en de recentste stuurprogramma-updates. Vraag de fabrikant van de videokaart naar een bijgewerkt stuurprogramma of download er een van de desbetreffende website als u al een tijd hetzelfde videokaartstuurprogramma gebruikt.
Wanneer een track is uitgerust ('armed') voor opname in multitrack, toont Adobe Audition automatisch de invoerniveaus voor het inkomende signaal op de uitgeruste track. Deze weergave is een visuele metering en leidt het inkomende signaal niet door de uitvoer. Als u het inkomende signaal wilt controleren (beluisteren), drukt u op de I-knop rechts van de opname-armknop voor de track. Met deze knop schakelt u de metering EN controle in voor het inkomende signaal voor die track.
Door invoermetering uit te schakelen helpt u overhead te reduceren en daardoor latentie te verlagen in sessies die vertragende effecten bevatten.
U kunt invoermetering als volgt uitschakelen:
Als tracks zijn uitgerust voor opname wanneer ze niet worden gebruikt, kan dat het systeem extra belasten. Deze extra belasting kan zorgen voor afspeelproblemen en sessies van vertragingseffecten. Uitgeruste tracks worden weergegeven met de rode 'Arm for Record'-knop (R). U kunt deze tracks uitschakelen door op de R-knop te klikken.
Voor de beste kwaliteit en laagste latentie bij opnamen neemt u het best op met dezelfde voorbeeldsnelheid als de gekozen hardware in de voorkeuren van Audition.
U kunt de voorbeeldsnelheid van het apparaat bepalen door naar Voorkeuren > Audiohardware te gaan. U kunt de voorbeeldsnelheid voor het apparaat kiezen wanneer u het MME-stuurprogramma gebruikt op Windows of het CoreAudio-stuurprogramma op Mac.
Als u een ASIO-apparaat gebruikt, stelt u de voorbeeldsnelheid in via de voorkeurenconsole die door de apparaatfabrikant wordt voorzien.
Wanneer u nieuwe audiobestanden of multitracksessies maakt in Audition, kies dan voor het beste resultaat altijd de voorbeeldsnelheid van het apparaat.
AGM is een fantastische functie voor de verbetering van de weergave van tekst en lettertypen in Audition.Het is ook handig voor het verbeteren van de responsiviteit van 'live graph controls', vensters met veel gebruikersinterface die vaak worden bijgewerkt (zoals frequentie-analyse) en scrollen voor de waveform. Tegelijkertijd gebruikt AGM ook meer resources en dat kan soms zorgen dat geluid vaker stilvalt of het kan een negatieve invloed hebben op opnamen. Adobe verwacht niet dat dit probleem vaak zal voorkomen. Het kan echter voorkomen op computers of systemen van lagere kwaliteit die overbelast zijn door andere processen die op de achtergrond worden uitgevoerd.
Als u merkt dat het geluid in uw opnamen uitvalt, kunt u AGM uitschakelen door naar Voorkeuren > Weergave te gaan.
Schakel de optie 'Adobe Graphics Manager gebruiken voor gebruikersinterface' uit en start Audition opnieuw.
De gebruikersinterface kan er hierna een beetje anders uitzien (en de lettertypen op Mac en Windows kunnen verschillen). Deze maatregel zorgt er echter voor dat er minder overheid vereist is voor de weergave van afbeeldingen en verbetert de opnameresultaten doordat de kans op stilvallend geluid/beeld wordt verminderd.