Als je tekst en vormen toevoegt in Adobe Photoshop, blijven ze bewerkbaar en kun je ze tot in de kleinste details aanpassen.
Tekst aan een afbeelding toevoegen.
Als je tekst toevoegt aan een afbeelding in Photoshop, wordt die tekst automatisch weergegeven op een speciale laag: de tekstlaag. Tekst op een tekstlaag blijft bewerkbaar, zodat je altijd de inhoud of weergave kunt wijzigen. De tekst wordt afgedrukt met vloeiende randen, zelfs als je de tekst groter maakt. In deze video gaan we tekst aan een afbeelding toevoegen. Je kunt deze afbeelding gebruiken - een van de downloadbare oefenbestanden voor deze zelfstudie - of een eigen afbeelding. Het meestgebruikte gereedschap voor het maken van tekst is Horizontale tekst. Dat selecteer je hier in de gereedschapset. Ga dan naar de optiebalk en klik op het lettertypemenu. Hier zie je een lijst met lettertypen waar je doorheen kunt scrollen om er een te selecteren. Van elk lettertype wordt een voorbeeld weergegeven. Als je weet welk lettertype je wilt gebruiken, kun je ook de naam in het lettertypeveld typen. Ik typ Georgia. Vervolgens verschijnen alle beschikbare stijlen van dat lettertype. Ik kies Georgia Bold. Als je dit lettertype niet hebt, kies je een ander lettertype. Nu gaan we de tekengrootte instellen. In dit menu wordt de tekengrootte standaard in punten weergegeven. Let erop dat de standaardgrootte erg klein is voor zo'n grote afbeelding. Als tekst die je invoert niet zichtbaar is, komt het waarschijnlijk daardoor. Probeer het dan opnieuw met een grotere tekengrootte. Hier kun je een tekengrootte invoeren als je weet welke grootte je wilt. Je kunt ook op deze pijl klikken en een tekengrootte in de vervolgkeuzelijst kiezen. Ik kies een grote tekengrootte. We gaan witte tekst invoeren. Om de lettertypekleur in te stellen, ga je naar de optiebalk en klik je op het veld voor de lettertypekleur. De kleurkiezer wordt geopend. De kleurkiezer hebben we al in een eerdere zelfstudie uit deze reeks behandeld. Om wit te selecteren, ga je naar het grote vak links, klik je op het witte gebied en vervolgens op OK. Als je net als ik hoofdletters wilt typen, druk je op de Caps Lock-toets. Vervolgens klik je in de afbeelding en begin je te typen. Ik typ de naam van een fictief kleermakersbedrijf. Je kunt elke gewenste naam typen. Nadat je tekst hebt ingevoerd of bewerkt, moet je dat altijd bevestigen. Dat kun je doen door naar de optiebalk te gaan en op dit vinkje te klikken. Als de tekst niet op de gewenste plek staat, ga je naar de gereedschapset en selecteer je het gereedschap Verplaatsen. Klik in de afbeelding en sleep de tekst naar de gewenste plek. Kijk nu naar het deelvenster Lagen. Je ziet dat er automatisch een nieuwe laag is gemaakt, die zelfs al een naam heeft gekregen. Het T-pictogram op de laag geeft aan dat het een speciale laag met bewerkbare tekst is. Stel dat je nog een tekstlaag wilt. Als je meerdere tekstlagen hebt, kun je elke tekstlaag afzonderlijk bewerken en verplaatsen, net als gewone lagen. Ga terug naar de gereedschapset en selecteer het gereedschap Horizontale tekst weer. Ga naar de afbeelding, houd de Shift-toets ingedrukt en klik om een nieuwe tekstlaag te maken. Zo zorg je dat de nieuwe tekst een eigen laag krijgt en niet aan het einde van de eerste laag wordt toegevoegd. Dat kan gebeuren als je een tekstlaag maakt die te dicht bij een andere tekstlaag ligt. Voor deze tekstlaag kiezen we andere opties. Ik ga naar het lettertypemenu en dit keer kies ik een ander lettertype en een kleinere tekengrootte. Vervolgens ga ik typen. Je kunt elke gewenste tekst typen. Aan het einde van de eerste regel druk ik op de Return- of Enter-toets om een nieuwe regel in dezelfde tekstlaag toe te voegen. Als je klaar bent met typen, ga je naar de optiebalk en klik je op het vinkje. Zolang de tekstlaag is geselecteerd in het deelvenster Lagen en het gereedschap Horizontale tekst is geselecteerd in de gereedschapset, kun je de opties voor deze tekstlaag wijzigen. Als je bijvoorbeeld de twee regels tekst op deze laag wilt centreren, klik je hier in de optiebalk op het pictogram Centreren. Vervolgens selecteer je het gereedschap Verplaatsen in de gereedschapset, klik je op de nieuwe tekst en sleep je die naar de gewenste plek. Het deelvenster Lagen bevat nu een nieuwe tekstlaag. Als je klaar bent, ga je naar het menu Bestand en kies je Opslaan als. In het dialoogvenster Opslaan als sla je het bestand op in de Photoshop-indeling en zorg je dat de optie Lagen is ingeschakeld. Als je het bestand wilt delen, kun je een kopie opslaan als JPEG-bestand. De tekstlagen blijven echter niet behouden in het JPEG-bestand. Dat waren de basisvaardigheden voor het invoeren van tekst. Bekijk ook de volgende video, waarin we tekst gaan bewerken.
Wat je hebt geleerd: tekst toevoegen
- Selecteer het gereedschap Horizontale tekst in het deelvenster Gereedschappen.
- Ga naar de optiebalk en kies een lettertype, tekengrootte, kleur en andere opties voor de tekst. Je kunt deze instellingen later wijzigen.
- Klik op het canvas en voer één regel tekst in. Je kunt ook een alinea tekst invoeren door te slepen om een tekstvak te maken en vervolgens in dat vak te typen.
- Klik op het vinkje in de optiebalk om de tekst te bevestigen en de tekstmodus te sluiten.
Hierdoor wordt automatisch een nieuwe, bewerkbare tekstlaag in het deelvenster Lagen gemaakt.
- Gebruik het gereedschap Verplaatsen om de tekst naar de gewenste plek in de afbeelding te slepen.
- Sla de afbeelding op in de Photoshop-indeling (PSD) om de bewerkbare tekstlagen te behouden, zodat je de tekst later weer kunt bewerken.
Tekst in een afbeelding wijzigen.
Een groot voordeel van tekstlagen is dat ze bewerkbaar blijven. Dat geldt zelfs nadat je een document opslaat, sluit en weer opent, zolang je het maar opslaat in een indeling die lagen behoudt, zoals de Photoshop-indeling. In deze video bekijken we enkele manieren om tekstlagen te bewerken. Als je mee wilt doen, gebruik je deze afbeelding, een van de oefenbestanden voor deze zelfstudie. Je kunt ook een eigen afbeelding met tekstlagen gebruiken. Als je dezelfde wijziging wilt aanbrengen in alle tekst op een tekstlaag, ga je als volgt te werk. Ga naar het deelvenster Lagen en selecteer de tekstlaag. Ga naar de gereedschapset en selecteer het gereedschap Tekst. Je hoeft niet alle tekst op de laag te markeren. Als je iets wilt wijzigen, bijvoorbeeld de tekengrootte, ga je naar de optiebalk en kies je de gewenste optie. Ik typ hier een andere tekengrootte in het veld voor de tekengrootte. En die wijziging is toegepast op alles op deze tekstlaag. Hetzelfde geldt als een laag meerdere regels tekst bevat. Dat zal ik laten zien. Ik selecteer deze tekstlaag in het deelvenster Lagen. Het gereedschap Tekst is nog geselecteerd in de gereedschapset. We gaan naar de optiebalk en klikken op het veld voor de lettertypekleur. In de kleurkiezer kies je een andere kleur voor deze tekst. Ik verplaats de kleurkiezer, zodat we de tekst kunnen zien. Het kan handig zijn om in de kleurkiezer Alleen webkleuren in te schakelen. Daardoor wordt het aantal opties beperkt, zodat je gemakkelijker een kleur kunt kiezen. Ik kies deze grijze kleur. Zoals je ziet, is alle tekst op de geselecteerde tekstlaag aangepast. Vervolgens klik ik op OK. Stel dat ik op een gewone laag heb geklikt en ik andere wijzigingen in deze afbeelding aanbreng. Vervolgens wil ik een van de woorden op deze laag wijzigen. Dan hoef ik niet de tekstlaag met deze woorden te selecteren. Ik hoef alleen het gereedschap Tekst in de gereedschapset te selecteren. Ik ga naar de afbeelding, en klik en sleep over het stuk tekst dat ik wil wijzigen. Daardoor wordt automatisch de juiste tekstlaag in het deelvenster Lagen geselecteerd. Nu de tekst is geselecteerd, kan ik elke optie in de optiebalk wijzigen. Ik kan ook de woorden wijzigen. Ik wijzig CUSTOM CLOTHING in FINE CLOTHING. Vervolgens ga ik naar de optiebalk en klik ik op het vinkje om de wijziging te bevestigen. Onder aan deze afbeelding bevindt zich een ander soort tekst. Als ik erop klik, wordt een tekstlaag geselecteerd en deze tekstlaag bevat een tekstvak. Dit soort tekst wordt alineatekst genoemd. Ik laat zien hoe deze tekst is gemaakt en hoe je de tekst bewerkt. Ik zorg dat het gereedschap Tekst is geselecteerd en ga naar deze plek. Ik houd de Shift-toets ingedrukt en klik om een nieuwe tekstlaag te maken. Vervolgens sleep ik. Zoals je ziet, wordt er een tekstvak gemaakt. Je kunt nu in dit vak typen. De tekst loopt door op de volgende regel als de rand van het vak wordt bereikt. In plaats van te typen, ga ik naar het menu Tekst en kies ik Lorem ipsum plakken. Het vak bevat nu tekst. Als ik de vorm van het vak wijzig, verandert de tekstloop. Ik ga naar de optiebalk en klik op het symbool voor annuleren om deze nieuwe tekstlaag te verwijderen. Nu gaan we weer naar de bestaande alineatekst in deze afbeelding. Klik erop en wijzig de vorm van het tekstvak om de tekstloop te veranderen. Houd de Option-toets op een Mac of de Alt-toets in Windows ingedrukt en plaats de aanwijzer op een van de randen van het tekstvak. Sleep naar buiten om de tekstloop vanuit het midden te wijzigen. Laat de muisknop of het trackpad los en laat ook de Option- of Alt-toets los. De tekst beslaat nu twee regels in plaats van drie. Het tekstvak bevindt zich nog steeds in het midden van het scherm. Ik ga naar de optiebalk en klik op het vinkje om de wijziging te bevestigen. Als je klaar bent met het bewerken van tekstlagen, sla je het bestand op in een indeling die lagen behoudt, zoals de Photoshop-indeling of PSD-indeling. Je hebt nu geleerd hoe je tekstlagen bewerkt in Photoshop. Probeer deze technieken uit op je eigen afbeeldingen.
Wat je hebt geleerd: tekst bewerken
- Als je tekst op een tekstlaag wilt bewerken, selecteer je de tekstlaag in het deelvenster Lagen en selecteer je vervolgens het gereedschap Horizontale tekst of Verticale tekst in het deelvenster Gereedschappen. Breng de gewenste wijzigingen aan in de instellingen in de optiebalk, zoals het lettertype of de tekstkleur.
- Als je klaar bent met het bewerken van de tekst, klik je op het vinkje in de optiebalk.
Een vorm aan een afbeelding toevoegen.
Als je een object met een geometrische vorm wilt maken, zoals een rechthoek of een cirkel, kun je een van de selectiegereedschappen gebruiken en het object met een kleur vullen. Maar je kunt ook een andere methode gebruiken, die meer flexibiliteit biedt. Daarvoor gebruik je een van de vormgereedschappen. Ik zal laten zien hoe dat gaat. Open deze afbeelding, een van de oefenbestanden voor deze zelfstudie. Ga vervolgens naar de vormgereedschappen in de gereedschapset. Die bevinden zich hier. Klik om het vervolgmenu met de vormgereedschappen te openen. Ik kies het gereedschap Afgeronde rechthoek. Met dit gereedschap wordt automatisch een laag in het deelvenster Lagen gemaakt. Ga naar het deelvenster Lagen en selecteer de laag waarboven je de nieuwe vormlaag wilt invoegen. Ik selecteer de achtergrondlaag. Ga nu naar de afbeelding, en klik en sleep om een vorm met afgeronde hoeken te maken. In het deelvenster Lagen is een nieuwe laag gemaakt. Dit is een speciale laag: een vormlaag die objecten bevat met vloeiende randen, die behouden blijven als de grootte of vorm wordt gewijzigd. We kunnen bijvoorbeeld de ronding wijzigen van de hoeken van deze afgeronde rechthoek. Dat doen we in het deelvenster Eigenschappen, dat werd geopend toen we de vorm maakten. Ga naar dit gedeelte van het deelvenster Eigenschappen en plaats de aanwijzer op een van de hoekpictogrammen. Sleep naar rechts om de hoeken ronder te maken. Omdat de koppeling tussen deze vier pictogrammen is gemarkeerd, worden alle vier de hoeken aangepast. Sluit het deelvenster Eigenschappen door te klikken op de dubbele pijl rechtsboven aan het deelvenster. Ga dan naar het deelvenster Lagen en deselecteer de laag Afgeronde rechthoek 1 door op een andere laag te klikken. Let op de afgeronde hoeken. Je ziet dat ze nog steeds vloeiend zijn. Klik nu weer op de laag Afgeronde rechthoek 1. Ik laat nu zien dat ook als de grootte van de hele vorm wordt gewijzigd, de vloeiende randen behouden blijven. Ik ga naar het menu Bewerken en kies Vrije transformatie. In het menu staat nu Pad vrije transformatie omdat Photoshop weet wat voor soort object op deze laag staat. Houd de Shift-toets ingedrukt om de verhoudingen te behouden en houd de Option-toets (Mac) of de Alt-toets (Windows) ingedrukt om de grootte van de vorm vanuit het midden te wijzigen. Ga naar een van de hoeken en sleep naar buiten om de vorm groter te maken. En terwijl Vrije transformatie nog actief is, wijzigen we de vorm van het object. Ik sleep de onderrand van de vorm naar boven. Vervolgens bevestig ik de wijzigingen door naar de optiebalk te gaan en op het vinkje te klikken. Als je nu op een andere laag in het deelvenster Lagen klikt, zie je dat de vorm nog steeds vloeiende randen heeft. We klikken nogmaals op Afgeronde rechthoek 1 om de vorm op de juiste plek te zetten. Ik selecteer het gereedschap Verplaatsen in de gereedschapset en ik klik en sleep de vorm. Er verschijnen roze hulplijnen waarmee ik de vorm uitlijn met de andere elementen in de afbeelding. Wat ik zelf erg fijn vind bij vormlagen, is dat je de kleur van een vormlaag razendsnel kunt wijzigen. Ga naar het deelvenster Lagen en dubbelklik op de miniatuur op de laag Afgeronde rechthoek. De kleurkiezer wordt geopend. Als je naar de afbeelding gaat terwijl de kleurkiezer is geopend, verandert de aanwijzer in een pipet. Je kunt op een willekeurig gedeelte van de afbeelding klikken om de kleur van dat gedeelte op te nemen en de vorm met die kleur te vullen. Klik op OK om de kleurkiezer te sluiten. Zo kun je de kleurkiezer op elk gewenst moment openen om een andere kleur voor je vorm te kiezen. Een vormlaag werkt net als veel andere lagen. Je kunt bijvoorbeeld de dekking van een vormlaag wijzigen. Ga naar de schuifregelaar Dekking boven aan het deelvenster Lagen en sleep naar links om de dekking te verminderen en de laag transparanter te maken. Als je een afbeelding met vormlagen opslaat, gebruik je de opdracht Opslaan als en sla je het werkbestand op in een indeling die lagen behoudt, zoals de Photoshop- of PSD-indeling. De vormlagen zijn dan weer beschikbaar als je het bestand de volgende keer opent, zodat je ze kunt wijzigen. Neem de tijd om te experimenteren met de andere vormgereedschappen. Je vindt ze op dezelfde locatie in de gereedschapset. Zoals het gereedschap Ovaal, waarmee je ovalen en cirkels kunt maken. In de volgende video kijken we naar het gereedschap Aangepaste vorm en naar de vele aangepaste vormen in Photoshop die je misschien nog niet kent.
Wat je hebt geleerd: een vorm maken
- Klik in het deelvenster Gereedschappen op het gereedschap Rechthoek (of een ander vormgereedschap dat in dit deelvenster wordt weergegeven) en houd de muisknop ingedrukt om alle vormgereedschappen weer te geven. Selecteer het gereedschap voor de vorm die je wilt tekenen.
- Ga naar de optiebalk en kies een vulkleur en andere opties voor de vorm. Je kunt deze opties later wijzigen.
- Houd de Shift-toets ingedrukt om te voorkomen dat de vorm wordt vervormd en sleep in een afbeelding om een bewerkbare vorm te maken. Hierdoor wordt automatisch een nieuwe vormlaag in het deelvenster Lagen gemaakt.
- Gebruik het gereedschap Verplaatsen om de vorm naar de gewenste plek in de afbeelding te slepen.
- Schaal, transformeer of roteer een vorm zonder kwaliteitsverlies door Bewerken > Vrije transformatie te kiezen of op Control+T (Windows) of Command+T (macOS) te drukken.
- Als je de kleur van een vorm wilt wijzigen, ga je naar het deelvenster Lagen, zoek je de vormlaag die je wilt wijzigen en dubbelklik je op de miniatuur op de laag om de kleurkiezer te openen. Als je op een kleur in de kleurkiezer klikt, zie je een live voorvertoning van de geselecteerde kleur op de vorm. Als je de gewenste kleur hebt gevonden, klik je op OK om de nieuwe kleur op de vorm aan te brengen.
Een aangepaste vorm aan een afbeelding toevoegen.
Een van de eenvoudigste manieren om een object aan een afbeelding toe te voegen is met de aangepaste vormen in Photoshop. Als je de aangepaste vormen nog niet kent, laat ik je zien hoe je ze kunt vinden en toepassen. Als je mee wilt doen, gebruik je deze afbeelding, een van de oefenbestanden. Je kunt ook een eigen afbeelding gebruiken. Klik in de gereedschapset op het vormgereedschap dat wordt weergegeven en houd de muisknop ingedrukt. Selecteer het gereedschap Aangepaste vorm in het vervolgmenu. Rechts in de optiebalk voor dit gereedschap vind je de vormkiezer. Klik op de vormkiezer. Er verschijnen enkele pictogrammen van aangepaste vormen, maar er zijn er nog veel meer. Als je op het tandwiel rechts in dit deelvenster klikt, verschijnt een lang menu. Kies Alle in het menu om alle categorieën aangepaste vormen in te voegen die je hier ziet. Als dit bericht verschijnt, klik je op OK. Ga nu naar de rechterbenedenhoek van het deelvenster en sleep omlaag en naar rechts om het deelvenster te vergroten en alle vormen weer te geven. Mijn scherm is te klein om ze allemaal weer te geven. Het zijn er echt heel veel. We werken aan een afbeelding voor een kleermakersbedrijf, dus deze schaar is precies wat we zoeken. We kunnen zelfs kiezen uit twee scharen. Ik selecteer deze door erop te klikken. Daarna klik ik in een leeg gebied om de vormkiezer te sluiten. Voordat ik deze schaar ga invoegen met het gereedschap Aangepaste vorm, controleer ik of in het deelvenster Lagen de laag is geselecteerd waarboven ik de nieuwe vormlaag wil invoegen. De achtergrondlaag is geselecteerd. Ik ga naar de afbeelding en houd de Shift-toets ingedrukt om de verhoudingen te behouden, zodat de schaar niet wordt vervormd. Ik klik en sleep om de schaarvorm te maken. Ik kan de grootte, positie en kleur van de vorm wijzigen. Laten we de kleur wijzigen in wit. Daarvoor ga ik naar de laag Vorm 1 die in het deelvenster Lagen is verschenen. Ik dubbelklik op de miniatuur op de laag Vorm 1 om de kleurkiezer te openen. Ik selecteer wit en klik op OK. Om de schaar kleiner te maken, ga ik naar het menu Bewerken en kies ik Pad vrije transformatie. Vervolgens houd ik de Shift-toets ingedrukt om de verhoudingen te behouden en sleep ik naar binnen om de schaar kleiner te maken. Als de schaar klein genoeg is, klik ik in het vak en sleep ik om de schaar op de gewenste plek te zetten. Hier. Om alle wijzigingen te bevestigen, ga ik naar de optiebalk en klik ik op het vinkje. Ik ga naar het deelvenster Lagen en klik op een andere laag dan de laag met de schaar om het resultaat te bekijken. Zoals je waarschijnlijk is opgevallen, werkt het gereedschap Aangepaste vorm net als het gereedschap Afgeronde rechthoek dat we in de vorige video van deze zelfstudie hebben behandeld en ook net als alle andere vormgereedschappen. De vorm van de laag Vorm 1 blijft bewerkbaar, zodat je de kleur, grootte, positie en andere eigenschappen kunt wijzigen wanneer je maar wilt, zolang je het bestand maar opslaat in een indeling die lagen behoudt, zoals de Photoshop- of PSD-indeling. Oefen naar hartenlust met de andere aangepaste vormen in Photoshop.
Wat je hebt geleerd: een aangepaste vorm toevoegen
- Klik in het deelvenster Gereedschappen op het gereedschap Rechthoek (of een ander vormgereedschap dat in dit deelvenster wordt weergegeven), houd de muisknop ingedrukt en selecteer het gereedschap Aangepaste vorm.
- Klik in de optiebalk op de pijl omlaag rechts van de vormkiezer. Om alle aangepaste vormen van Photoshop weer te geven, klik je op het tandwielpictogram rechts van de vormkiezer, kies je Alle in het menu en klik je op OK in het bericht dat verschijnt. Klik vervolgens op de rechterbenedenhoek van de vormkiezer en sleep naar buiten om alle vormen weer te geven.