Met de tool Emmertje vult u een gebied dat qua kleurwaarden overeenkomt met de pixels waarop u klikt. U kunt een gebied met de voorgrondkleur of met een patroon vullen.
-
Stel de gewenste opties in op de optiebalk voor de tool en klik op het deel van de afbeelding dat u wilt vullen.
Opmerking:
Als u de transparante gebieden op een laag niet wilt vullen, kunt u de transparantie van de laag vergrendelen in het deelvenster Lagen.
Verf / Patroon
Hiermee stelt u een voorgrondkleur (Verf) of een patroonontwerp (Patroon) in die u als vulling wilt gebruiken.
Dekking
Hiermee stelt u in hoe dekkend de verf is. Bij een lage instelling zijn de pixels onder een verfstreek nog te zien. Sleep de schuifregelaar of voer een waarde voor de dekking in.
Tolerantie
Hiermee bepaalt u hoe nauwkeurig de kleuren van gevulde pixels moeten overeenkomen. Bij een lagere tolerantie worden alleen de pixels gevuld waarvan de kleurwaarden sterk overeenkomen met de pixel waarop u klikt. Bij een hogere tolerantie worden ook pixels met minder overeenkomende kleuren gevuld.
Modus
Hiermee stelt u in hoe de verf die u aanbrengt, overvloeit met de bestaande pixels in de afbeelding.
Alle lagen
Hiermee vult u alle gelijkende pixels op een zichtbare laag die binnen de ingestelde niveaus van de opties Tolerantie en Aangrenzend vallen.
U kunt een opvullaag in plaats van een van de penseeltools gebruiken om een opvulling of een patroon toe te passen op de afbeelding. Met een opvullaag hebt u meer mogelijkheden om de vul- en patrooneigenschappen te wijzigen en het masker van de opvullaag te bewerken. Op die manier kunt u het verloop op slechts een deel van een afbeelding toepassen.
-
Inhoud
Kies een kleur in het menu Gebruik. U selecteert een andere kleur door Kleur te kiezen en vervolgens een kleur in de Kleurkiezer te selecteren. Kies Patroon als u de selectie wilt vullen met een patroon.
Aangepast patroon
Hiermee geeft u op welk patroon u wilt gebruiken als u Patroon kiest in het menu Gebruik. U kunt patronen uit de meegeleverde patroonbibliotheken gebruiken of zelf patronen maken.
Met behulp van de opdracht Omlijnen kunt u automatisch een gekleurde omtreklijn rond een selectie of de inhoud van een laag tekenen.
Opmerking:
Als u een omtrek wilt toevoegen aan de achtergrond, moet u de achtergrond eerst omzetten in een gewone laag. De achtergrond bevat geen transparante pixels en dus wordt om de gehele laag een lijn getrokken.
-
Stel in het dialoogvenster Omlijning een of meer van de volgende opties in en klik op OK om de omtrek toe te voegen:
Breedte
Hiermee stelt u de breedte in van de omtrek met harde randen. U kunt een waarde opgeven van 1 tot 250 pixels.
Kleur
Hiermee stelt u de kleur van de omtrek in. Klik in het kleurstaal en selecteer een kleur in de Kleurkiezer.
Locatie
Hiermee stelt u in of de omtrek binnen, buiten of gecentreerd over de selectie of laaggrenzen moet worden aangebracht.
Modus
Hiermee stelt u in hoe de verf die u aanbrengt, overvloeit met de bestaande pixels in de afbeelding.