Selecteer op de Photoshop op het web-startpagina de optie Upload file en verken een bestand op je apparaat.
Leer hoe u afbeeldingen kunt wijzigen met de tool Transformeren.
De Transform tool biedt enkele van de meest fundamentele manieren om afbeeldingen aan te passen. Transformeren omvat schalen en roteren, scheeftrekken, vervormen en Perspectief toepassen om de oriëntatie van een afbeelding te wijzigen. U kunt transformaties toepassen op een selectie, een gehele laag, meerdere lagen of een laagmasker.
Selecteer Grootte en positie > Transformeren .
Selecteer op de optiebalk de gewenste transformatieoptie: Vrije transformatie, Schuintrekken, Vervormen en Perspectief.
Met Vrije transformatie past u verschillende transformatiemethoden (roteren, schalen, schuintrekken, vervormen en perspectief toepassen) in één doorgaande bewerking toe.
Pas de rotatiehoek aan op de optiebalk.
Sleep een van de grepen van het omsluitend kader voor transformatie dat verschijnt om de geselecteerde transformatie toe te passen.
Je kunt de Contextuele taakbalk gebruiken om je selectie te roteren en spiegelen.