
Photoshop bevat verschillende tools waarmee u oneffenheden kunt wegwerken, tanden witter kunt maken, rode ogen kunt corrigeren en vele andere onvolkomenheden in uw afbeeldingen kunt repareren.
Photoshop biedt geen ondersteuning voor het openen of bewerken van afbeeldingen van bankbiljetten. Zie Counterfeit Deterrence System (CDS).
Het deelvenster Bron klonen (Venster > Bron klonen) bevat opties voor de tools Kloonstempel of Retoucheerpenseel. U kunt maximaal vijf verschillende monsterbronnen instellen en snel de gewenste bron selecteren zonder steeds opnieuw een monster te hoeven nemen als u een andere bron wilt gebruiken. U kunt een bedekking van uw monsterbron weergeven waarmee u de bron gemakkelijker op een specifieke locatie kunt klonen. U kunt de monsterbron ook schalen of roteren en deze zo aan de grootte en richting van de kloonbestemming aanpassen.
Bij tijdlijnanimaties bevat het deelvenster Bron klonen ook opties waarmee u de frameverhouding vastlegt tussen het video- of animatieframe van de monsterbron en het frame van de doelvideo of animatie. Zie ook Inhoud klonen in video- en animatieframes.
Met de tool Kloonstempel tekent u één deel van een afbeelding over een ander deel van dezelfde afbeelding of over een ander deel van een ander geopend document met dezelfde kleurmodus. U kunt ook een deel van een laag over een andere laag tekenen. De tool Kloonstempel is handig voor het dupliceren van objecten of het verwijderen van een fout in een afbeelding.
Met de tool Kloonstempel kunt u ook inhoud tekenen op video- of animatieframes. Zie ook Inhoud klonen in video- en animatieframes.
Met de tool Kloonstempel stelt u een monsterpunt in van het gebied waarvan u de pixels wilt kopiëren (klonen) en past u dit toe op een ander gebied. Schakel de optie Uitgelijnd in als u wilt tekenen met het meest recente monsterpunt wanneer u het tekenen hebt onderbroken en weer wilt hervatten. Schakel de optie Uitgelijnd uit als u het tekenen steeds vanaf het eerste monsterpunt wilt starten, ongeacht het aantal keren dat u het tekenen stopt en hervat.
Omdat u voor de tool Kloonstempel elk gewenst penseeluiteinde kunt gebruiken, kunt u de grootte van het gebied dat u kloont helemaal aan uw wensen aanpassen. U kunt de wijze waarop het tekenen wordt toegepast op het gekloonde gebied ook bepalen met de instellingen voor dekking en overvloeiing.
Uitgelijnd
Schakel Uitgelijnd in om doorlopend pixelmonsters te nemen, zonder dat het huidige monsterpunt verloren gaat, zelfs als u de muis loslaat. Schakel Uitgelijnd uit als u de pixelmonsters vanaf het eerste monsterpunt steeds wilt hergebruiken als u het tekenen onderbreekt en hervat.
Monster
Hiermee neemt u monsters uit de door u opgegeven lagen. Kies Huidige laag en onderliggende lagen als u monsters wilt nemen uit de actieve laag en de onderliggende zichtbare lagen. Als u alleen monsters wilt nemen uit de actieve laag, kiest u Huidige laag. Als u monsters wilt nemen uit alle zichtbare lagen, kiest u Alle lagen. Als u monsters wilt nemen van alle lagen met uitzondering van aanpassingslagen, kiest u Alle lagen en klikt u op het pictogram Aanpassingslagen negeren rechts van het pop‑upmenu Monster.
Controleer of u niet in een aanpassingslaag werkt. De tool Kloonstempel werkt niet op aanpassingslagen.
U kunt maximaal vijf verschillende monsterbronnen instellen. De monsterbronnen worden in het deelvenster Bron klonen bewaard totdat u het document sluit.
Selecteer Uitgesneden om de bedekking bij te snijden naar het penseelformaat.
Met de tool Kloonstempel of Retoucheerpenseel kunt u monsters nemen uit het huidige document of uit geopende documenten in Photoshop.
Bij het klonen van video of animatie kunt u monsterpunten in het frame instellen waarop u tekent of in monsterbronnen in een ander frame, ook als het frame zich in een andere videolaag of in een ander geopend document bevindt.
U kunt per keer maximaal vijf verschillende monsterbronnen opgeven in het deelvenster Bron klonen. De monsterbronnen worden in het deelvenster Bron klonen bewaard totdat u het document sluit.
Als u video- of animatieframes wilt klonen, opent u het deelvenster Animatie. (Sla stap 2 over als u geen video- of animatieframes kloont.) Selecteer de optie voor tijdlijnanimatie en verplaats de huidige-tijdindicator naar het frame met de bron waaruit u een monster wilt nemen.
U kunt de monsterbron voor een kloonbronknop wijzigen door een ander monsterpunt in te stellen.
Pas de opties voor de monsterbronbedekking aan, zodat u de bedekking en de onderliggende afbeeldingen beter kunt zien bij het tekenen met de tool Kloonstempel en Retoucheerpenseel.
Als u de bedekking tijdens het tekenen met de tool Kloonstempel tijdelijk wilt weergeven, drukt u op Alt+Shift (Windows) of Option+Shift (macOS). Het penseel neemt tijdelijk de vorm aan van de tool voor het verplaatsen van de bronbedekking. Sleep de bedekking naar een andere locatie.
U kunt identieke gebieden in de bronbedekking en de onderliggende afbeelding beter uitlijnen als u de dekking instelt op 50%, de optie Omkeren selecteert en de optie Bijgesneden uitschakelt. Uitgelijnde identieke gebieden in afbeeldingen worden effen en grijs weergegeven.
Met de tool Kloonstempel of Retoucheerpenseel kunt u overal in de doelafbeeldingen tekenen met de monsterbron. Met de bedekkingsopties kunt u visualiseren waar u wilt tekenen. Als u echter op een specifieke locatie tekent ten opzichte van het monsterpunt, kunt u de horizontale en verticale pixelverschuiving instellen.
Opmerking: Vanaf de Photoshop CC 2015.5-versie kunt u gebruikmaken van een optie om de oude Photoshop CC 2014-functionaliteit van de tool Retoucheerpenseel te herstellen. Selecteer Voorkeuren > Tools > Verouderd retoucheeralgoritme voor het retoucheerpenseel gebruiken. Zie het Overzicht van nieuwe functies voor meer informatie over de verschillende versies van Photoshop.
Met de tool Retoucheerpenseel kunt u onvolkomenheden corrigeren door ze te laten opgaan in het omringende gedeelte van de afbeelding. Net als bij de kloontools kunt u het Retoucheerpenseel gebruiken voor het tekenen met pixelmonsters van een afbeelding of patroon. Bij het Retoucheerpenseel komen echter ook de structuur, de belichting, de transparantie en de schaduweffecten van de pixelmonsters overeen met pixels die moeten worden hersteld. Dit heeft tot gevolg dat de gerepareerde pixels naadloos overlopen in de rest van de afbeelding.
De tool Retoucheerpenseel kan worden gebruikt voor video- of animatieframes. Zie Voorbeelden van de tool Retoucheerpenseel in Photoshop voor tips en voorbeelden van het gebruik van het Retoucheerpenseel.
Als u een drukgevoelig digitaal tekentablet gebruikt, kiest u een optie in het menu Grootte om de grootte van het Retoucheerpenseel te variëren gaandeweg de penseelstreek. Kies Pendruk om de variatie op de pendruk te baseren. Kies Pendrukschijf om de variatie te baseren op de positie van de draaischijf van de pen. Selecteer Uit als u geen variatie wilt aanbrengen in de grootte.
Modus
Hiermee geeft u de overvloeimodus op. Kies Vervangen om ruis, filmkorrel en structuur aan de randen van een penseelstreek te behouden wanneer u een penseel met zachte randen gebruikt.
Bron
Hiermee geeft u de bron op die u wilt gebruiken voor het repareren van pixels. Selecteer Monster om pixels van de huidige afbeelding te gebruiken of Patroon om pixels van een patroon te gebruiken. Als u Patroon kiest, selecteert u een patroon in het pop-updeelvenster Patroon.
Uitgelijnd
Schakel Uitgelijnd in om doorlopend pixelmonsters te nemen, zonder dat het huidige monsterpunt verloren gaat, zelfs als u de muis loslaat. Schakel Uitgelijnd uit als u de pixelmonsters vanaf het eerste monsterpunt steeds wilt hergebruiken als u het tekenen onderbreekt en hervat.
Monster
Hiermee neemt u monsters uit de door u opgegeven lagen. Kies Huidige laag en onderliggende lagen als u monsters wilt nemen uit de actieve laag en de onderliggende zichtbare lagen. Als u alleen monsters wilt nemen uit de actieve laag, kiest u Huidige laag. Als u monsters wilt nemen uit alle zichtbare lagen, kiest u Alle lagen. Als u monsters wilt nemen van alle lagen met uitzondering van aanpassingslagen, kiest u Alle lagen en klikt u op het pictogram Aanpassingslagen negeren rechts van het pop‑upmenu Monster.
Diffusie
Hiermee stelt u in hoe snel het geplakte gebied wordt aangepast aan de omringende afbeelding. Selecteer een lagere waarde voor afbeeldingen met een korreleffect of kleine details, of een hogere waarde voor vloeiende afbeeldingen.
U kunt pixelmonsters alleen in een andere afbeelding toepassen als beide afbeeldingen dezelfde kleurmodus hebben, tenzij een van de afbeeldingen de Grijswaardenmodus heeft.
U kunt maximaal vijf verschillende monsterbronnen instellen. De monsterbronnen worden in het deelvenster Bron klonen bewaard totdat u het document dat u bewerkt, sluit.
Telkens als u de muisknop loslaat, worden de pixelmonsters samengesmolten met de bestaande pixels.
Als er een sterk contrast is bij de randen van het gebied dat u wilt retoucheren, maakt u een selectie voordat u het Retoucheerpenseel gebruikt. De selectie moet groter zijn dan het gebied dat u wilt retoucheren en dient nauwkeurig de grenzen van de contrasterende pixels te volgen. Als u tekent met het Retoucheerpenseel, voorkomt u met de selectie dat kleuren van buiten naar binnen aflopen.
Met de tool Snel retoucheerpenseel kunt u snel vlekken en andere onvolkomenheden uit de foto's verwijderen. De tool Snel retoucheerpenseel werkt op soortgelijke wijze als het Retoucheerpenseel: het tekent met pixelmonsters uit een afbeelding of patroon, waarbij de structuur, de belichting, de transparantie en de schaduweffecten van de pixelmonsters overeenkomen met de pixels die moeten worden hersteld. In tegenstelling tot het Retoucheerpenseel hoeft u bij Snel retoucheerpenseel geen monsterpunt op te geven. Met het Snel retoucheerpenseel worden automatisch monsters genomen rondom het geretoucheerde gebied.
Als u een groot gebied wilt retoucheren of meer controle wilt hebben over het nemen van monsters van de bronpixels, kunt u het Retoucheerpenseel gebruiken in plaats van het Snel retoucheerpenseel.
Locatie afstemmen
Zoekt in de pixels aan de rand van de selectie naar een gebied dat voor de reparatie kan worden gebruikt.
Structuur maken
Gebruikt de pixels in de selectie om een structuur te maken. Als de structuur niet werkt, probeert u nogmaals door het gebied te slepen.
Inhoud behouden
Vergelijkt de inhoud van een nabijgelegen afbeelding om de selectie naadloos te vullen, waarbij belangrijke details zoals schaduwen en objectranden op realistische wijze behouden blijven.
Gebruik de opdracht Bewerken > Vullen om een grotere of preciezere selectie te kunnen maken voor de optie Inhoud behouden. (Zie Vullen met historie, inhoud behouden of patronen.)
Met de tool Reparatie kunt u een geselecteerd gebied repareren met pixels van een ander gebied of een patroon. Evenals bij het Retoucheerpenseel komen ook bij de tool Reparatie de structuur, de belichting en de schaduweffecten van de pixelmonsters overeen met de bronpixels. Met de tool Reparatie kunt u ook geïsoleerde gebieden van een afbeelding klonen. De tool Reparatie werkt in afbeeldingen met 8 of 16 bits per kanaal.
Selecteer bij repareren met pixels uit de afbeelding een klein gebied. Zo krijgt u het beste resultaat.
Zie Repareren en verplaatsen met behoud van inhoud voor informatie over het gebruik van de opties voor de tool Reparatie met behoud van inhoud.
U kunt ook een selectie maken voordat u de tool Reparatie selecteert.
De optie Transparant is het meest geschikt voor effen achtergronden of achtergronden met een verloop en duidelijk herkenbare structuren, zoals een vogel tegen een blauwe lucht.
Stel met de schuifregelaar Diffusie in hoe snel het geplakte gebied wordt aangepast aan de omringende afbeelding. Selecteer een lagere waarde voor afbeeldingen met een korreleffect of kleine details, of een hogere waarde voor vloeiende afbeeldingen.
U kunt ook een selectie maken voordat u de tool Reparatie selecteert.
Gebruik de tool Rode ogen verwijderen om rode ogen te verwijderen in foto's van personen of dieren die met een flits zijn genomen.
Pupilgrootte
Hiermee vergroot of verkleint u het gebied waarop de tool Rode ogen betrekking heeft.
Hoeveelheid donkerder
Hiermee stelt u in hoe donker de pupil wordt.
Rode ogen worden veroorzaakt doordat de flits van de camera wordt weerspiegeld in het netvlies van het onderwerp. U ziet dit vooral bij foto's die zijn genomen in een donkere ruimte, omdat de iris dan vergroot is. Ter voorkoming van rode ogen gebruikt u de camerafunctie voor het verminderen van rode ogen. Nog beter is het om een afzonderlijke flitser te gebruiken die u op enige afstand van de cameralens kunt aansluiten op de camera.
Aanmelden bij je account