Handboek Annuleren

Uw bestanden opslaan in Photoshop

  1. Photoshop Handboek
  2. Inleiding tot Photoshop
    1. Dream it. Make it.
    2. Nieuwe functies in Photoshop
    3. Uw eerste foto bewerken
    4. Documenten maken
    5. Photoshop | Veelgestelde vragen
    6. Systeemvereisten voor Photoshop
    7. Voorinstellingen, handelingen en instellingen migreren
    8. Maak kennis met Photoshop
  3. Photoshop en andere Adobe-producten en -services
    1. Werken met illustraties van Illustrator in Photoshop
    2. Werken met Photoshop-bestanden in InDesign
    3. Substance 3D-materialen voor Photoshop
    4. Photoshop en Adobe Stock
    5. De Capture-in-app-extensie in Photoshop gebruiken
    6. Creative Cloud Libraries
    7. Creative Cloud Libraries in Photoshop
    8. De Touch Bar gebruiken met Photoshop
    9. Raster en hulplijnen
    10. Handelingen maken
    11. Ongedaan maken en historie
  4. Photoshop voor de iPad
    1. Photoshop op de iPad | Veelgestelde vragen
    2. Kennismaken met de werkruimte
    3. Systeemvereisten | Photoshop voor iPad
    4. Documenten maken, openen en exporteren
    5. Foto's toevoegen
    6. Werken met lagen
    7. Tekenen en schilderen met penselen
    8. Selecties maken en maskers toevoegen
    9. Uw composities retoucheren
    10. Werk met aanpassingslagen
    11. Pas de tonaliteit van uw compositie aan met Curven
    12. Transformatiebewerkingen toepassen
    13. Uw composities uitsnijden en roteren
    14. Canvas roteren, pannen, zoomen en opnieuw instellen
    15. Werk met tekstlagen
    16. Werk met Photoshop en Lightroom
    17. Vind ontbrekende lettertypen in Photoshop op de iPad
    18. Japanse tekens in Photoshop op de iPad
    19. App-instellingen beheren
    20. Aanraaksneltoetsen en bewegingen
    21. Sneltoetsen
    22. Afbeeldingsgrootte bewerken
    23. Livestreamen terwijl u in Photoshop werkt op de iPad
    24. Imperfecties corrigeren met het Retoucheerpenseel
    25. Penselen maken in Capture en gebruiken in Photoshop
    26. Werken met Camera Raw-bestanden
    27. Slimme objecten maken en ermee werken
    28. De belichting in uw afbeeldingen aanpassen met Tegenhouden en Doordrukken
  5. Photoshop op internet (bèta)
    1. Veelgestelde vragen | Photoshop op internet (bèta) 
    2. Kennismaken met de werkruimte
    3. Systeemvereisten | Photoshop op internet (bèta)
    4. Sneltoetsen | Photoshop op internet (bèta)
    5. Ondersteunde bestandstypen | Photoshop op internet (bèta)
    6. Clouddocumenten openen en bewerken
    7. Samenwerken met belanghebbenden
    8. Beperkte bewerkingen toepassen op uw clouddocumenten
  6. Clouddocumenten
    1. Photoshop-clouddocumenten | Algemene vragen
    2. Photoshop-clouddocumenten | Vragen over workflow
    3. Clouddocumenten beheren en bewerken in Photoshop
    4. Cloudopslag upgraden voor Photoshop
    5. Kan geen clouddocumenten maken of opslaan
    6. Fouten met Photoshop-clouddocumenten oplossen
    7. Synchronisatielogboeken voor clouddocumenten verzamelen
    8. Toegang delen en uw clouddocumenten bewerken
    9. Bestanden delen en opmerkingen in de app
  7. Werkruimte
    1. Basisbegrippen voor werkruimten
    2. Sneller leren met het deelvenster Ontdekken van Photoshop
    3. Documenten maken
    4. De Touch Bar gebruiken met Photoshop
    5. Toolgalerieën
    6. Prestatievoorkeuren
    7. Tools gebruiken
    8. Aanraakbewegingen
    9. Aanraakfuncties en aanpasbare werkruimten
    10. Technology Previews
    11. Metagegevens en notities
    12. Standaardsneltoetsen
    13. Aanraakfuncties en aanpasbare werkruimten
    14. Photoshop-afbeeldingen in andere toepassingen opnemen
    15. Voorkeuren
    16. Standaardsneltoetsen
    17. Linialen
    18. Niet-afdrukbare extra's tonen of verbergen
    19. Het aantal kolommen voor een afbeelding opgeven
    20. Ongedaan maken en historie
    21. Deelvensters en menu's
    22. Bestanden plaatsen
    23. Elementen instellen met de functie Magnetisch
    24. Plaatsen met de liniaal
    25. Voorinstellingen
    26. Sneltoetsen aanpassen
    27. Raster en hulplijnen
  8. Ontwerp van websites, schermen en apps
    1. Ontwerpen in Photoshop
    2. Tekengebieden
    3. Apparaatvoorvertoning
    4. CSS kopiëren uit lagen
    5. Webpagina’s segmenteren
    6. HTML-opties voor segmenten
    7. De segmentlay-out wijzigen
    8. Werken met webafbeeldingen
    9. Webfotogalerieën maken
  9. Basisprincipes van afbeeldingen en kleuren
    1. Afbeeldingen vergroten/verkleinen
    2. Werken met raster-en vectorafbeeldingen
    3. Grootte en resolutie van afbeeldingen
    4. Afbeeldingen ophalen van camera's en scanners
    5. Afbeeldingen maken, openen en importeren
    6. Afbeeldingen weergeven
    7. Fout Ongeldige JPEG-markering | Afbeeldingen openen
    8. Meerdere afbeeldingen weergeven
    9. Kleurkiezers en -stalen aanpassen
    10. HDR-afbeeldingen (High Dynamic Range)
    11. Kleuren in uw afbeelding afstemmen
    12. Afbeeldingen omzetten in andere kleurmodi
    13. Kleurmodi
    14. Delen van een afbeelding wissen
    15. Overvloeimodi
    16. Kleuren kiezen
    17. Geïndexeerde-kleurentabellen aanpassen
    18. Informatie over afbeeldingen
    19. Vervormingsfilters zijn niet beschikbaar
    20. Informatie over kleur
    21. Kleuren en monochrome instellingen aanpassen aan de hand van kanalen
    22. Kleuren kiezen in de deelvensters Kleur en Stalen
    23. Monster
    24. Kleurmodus of Afbeeldingsmodus
    25. Kleurzweem
    26. Een voorwaardelijke moduswijziging toevoegen aan een handeling
    27. Stalen toevoegen uit HTML, CSS en SVG
    28. Bitdiepte en voorkeuren
  10. Lagen
    1. Basisbegrippen voor lagen
    2. Niet-destructieve bewerkingen
    3. Lagen en groepen maken en beheren
    4. Lagen selecteren, groeperen en koppelen
    5. Afbeeldingen in kaders plaatsen
    6. Laagdekking en overvloeien
    7. Lagen maskeren
    8. Slimme filters toepassen
    9. Laagsamenstellingen
    10. Lagen verplaatsen, stapelen en vergrendelen
    11. Lagen maskeren met vectormaskers
    12. Lagen en groepen beheren
    13. Laageffecten en laagstijlen
    14. Laagmaskers bewerken
    15. Middelen extraheren
    16. Lagen met uitknipmaskers tonen
    17. Afbeeldingsmiddelen genereren op basis van lagen
    18. Werken met slimme objecten
    19. Overvloeimodi
    20. Meerdere afbeeldingen combineren tot een groepsportret
    21. Afbeeldingen combineren met automatisch overvloeiende lagen
    22. Lagen uitlijnen en verdelen
    23. CSS kopiëren uit lagen
    24. Selecties uit een laag of grenzen van een laagmasker laden
    25. Uitnemen om inhoud van andere lagen zichtbaar te maken
    26. Laag
    27. Afvlakken
    28. Samengesteld
    29. Achtergrond
  11. Selecties
    1. Werkruimte Selecteren en maskeren
    2. Snelle selecties maken
    3. Aan de slag met selecties
    4. Selecties aanbrengen met de selectiekadertools
    5. Selecties maken met de lasso’s
    6. Een kleurbereik selecteren in een afbeelding
    7. Pixelselecties aanpassen
    8. Paden omzetten in selectiekaders en omgekeerd
    9. Basisbegrippen voor kanalen
    10. Geselecteerde pixels verplaatsen, kopiëren en verwijderen
    11. Een tijdelijk snelmasker maken
    12. Selecties en alfakanaalmaskers opslaan
    13. De afbeeldingsgebieden met de focus selecteren
    14. Kanalen dupliceren, splitsen en samenvoegen
    15. Kanaalberekeningen
    16. Selectie
    17. Selectiekader
  12. Afbeeldingsaanpassingen
    1. Perspectief verdraaien
    2. Vervaging door camerabeweging verminderen
    3. Voorbeelden van de tool Retoucheerpenseel
    4. Kleur-opzoektabellen exporteren
    5. De scherpte en vervaging van afbeeldingen aanpassen
    6. Kleuraanpassingen
    7. De aanpassing Helderheid/contrast toepassen
    8. Schaduwdetails en hooglichtdetails aanpassen
    9. Aanpassing Niveaus
    10. De kleurtoon en verzadiging aanpassen
    11. Levendigheid aanpassen
    12. De kleurverzadiging in afbeeldingsgebieden aanpassen
    13. Snel aanpassingen aanbrengen aan tinten
    14. Speciale kleureffecten toepassen op afbeeldingen
    15. Uw afbeelding verbeteren met aanpassingen in kleurbalans
    16. HDR-afbeeldingen (High Dynamic Range)
    17. Histogrammen en pixelwaarden bekijken
    18. Kleuren in uw afbeelding afstemmen
    19. Foto's uitsnijden en rechttrekken
    20. Een kleurenfoto omzetten in zwart-wit
    21. Aanpassings- en opvullagen
    22. Aanpassing Curven
    23. Overvloeimodi
    24. Afbeeldingen voorbereiden voor drukken
    25. De kleur en toon aanpassen met de pipetten Niveaus en Curven
    26. HDR-belichting en -kleurtinten aanpassen
    27. Filter
    28. Vervagen
    29. Afbeeldingsgebieden doordrukken of tegenhouden
    30. Selectieve kleuraanpassingen aanbrengen
    31. Objectkleuren vervangen
  13. Adobe Camera Raw
    1. Systeemvereisten voor Camera Raw
    2. Nieuwe functies in Camera Raw
    3. Kennismaken met Camera Raw
    4. Panorama's maken
    5. Ondersteunde lenzen
    6. Vignet-, korrel- en neveleffecten in Camera Raw
    7. Standaardsneltoetsen
    8. Automatische perspectiefcorrectie in Camera Raw
    9. Niet-destructieve bewerkingen uitvoeren in Camera Raw
    10. Radiaalfilter in Camera Raw
    11. Camera Raw-instellingen beheren
    12. Afbeeldingen openen, verwerken en opslaan in Camera Raw
    13. Repareer afbeeldingen met de verbeterde tool Vlekken verwijderen in Camera Raw
    14. Afbeeldingen roteren, uitsnijden en aanpassen
    15. Kleurweergave aanpassen in Camera Raw
    16. Functieoverzicht | Adobe Camera Raw | 2018-versies
    17. Overzicht van nieuwe functies
    18. Procesversies in Camera Raw
    19. Lokale aanpassingen aanbrengen in Camera Raw
  14. Afbeeldingen repareren en restaureren
    1. Objecten verwijderen uit uw foto's met Vullen met behoud van inhoud
    2. Repareren en verplaatsen met behoud van inhoud
    3. Foto's retoucheren en repareren
    4. Afbeeldingsvervorming en -ruis corrigeren
    5. Eenvoudige probleemoplossing voor de meest voorkomende problemen
  15. Afbeeldingen transformeren
    1. Objecten transformeren
    2. Uitsnijding, rotatie en canvasgrootte aanpassen
    3. Foto's uitsnijden en rechttrekken
    4. Panoramische afbeeldingen maken en bewerken
    5. Afbeeldingen, vormen en paden verdraaien
    6. Perspectiefpunt
    7. Het filter Uitvloeien gebruiken
    8. Schalen en de inhoud behouden
    9. Afbeeldingen, vormen en paden transformeren
    10. Verdraaien
    11. Transformeren
    12. Panorama
  16. Tekenen en verven
    1. Symmetrische patronen tekenen
    2. Rechthoeken tekenen en lijnopties wijzigen
    3. Tekenen
    4. Vormen tekenen en bewerken
    5. Tekentools
    6. Penselen maken en wijzigen
    7. Overvloeimodi
    8. Kleur toevoegen aan paden
    9. Paden bewerken
    10. Tekenen met het mixerpenseel
    11. Voorinstellingen voor penselen
    12. Verlopen
    13. Interpolatie met verloop
    14. Selecties, lagen en paden vullen en omlijnen
    15. Tekenen met de pentools
    16. Patronen maken
    17. Een patroon maken met de Patroonmaker
    18. Paden beheren
    19. Bibliotheken en voorinstellingen van patronen beheren
    20. Tekenen of verven met een grafisch tablet
    21. Structuurpenselen maken
    22. Dynamische elementen toevoegen aan penselen
    23. Verloop
    24. Gestileerde streken tekenen met het penseel Tekeninghistorie
    25. Tekenen met een patroon
    26. Voorinstellingen synchroniseren op meerdere apparaten
  17. Tekst
    1. De tekst toevoegen en bewerken
    2. Unified Text Engine
    3. Werken met OpenType SVG-lettertypen
    4. Tekens opmaken
    5. Alinea's opmaken
    6. Teksteffecten maken
    7. Tekst bewerken
    8. Regelafstand en tekenspatiëring
    9. Arabische en Hebreeuwse tekst
    10. Lettertypen
    11. Problemen met lettertypen oplossen
    12. Aziatische tekst
    13. Tekst maken
    14. Tekstenginefout met Typegereedschap in Photoshop | Windows 8
  18. Video en animatie
    1. Video's bewerken in Photoshop
    2. Video- en animatielagen bewerken
    3. Overzicht van video en animatie
    4. Voorvertoningen van video en animaties weergeven
    5. Frames tekenen in videolagen
    6. Videobestanden en reeksen afbeeldingen importeren
    7. Frameanimaties maken
    8. Creative Cloud 3D-animatie (Preview)
    9. Tijdlijnanimaties maken
    10. Afbeeldingen maken voor video
  19. Filters en effecten
    1. Het filter Uitvloeien gebruiken
    2. De galerie Vervagen gebruiken
    3. Basisbeginselen van filters
    4. Overzicht van de filtereffecten
    5. Belichtingseffecten toevoegen
    6. Het filter Adaptief groothoek gebruiken
    7. Het filter Olieverf gebruiken
    8. Laageffecten en laagstijlen
    9. Specifieke filters toepassen
    10. Natte vinger gebruiken in afbeeldingsgebieden
  20. Opslaan en exporteren
    1. Uw bestanden opslaan in Photoshop
    2. Bestanden exporteren in Photoshop
    3. Ondersteunde bestandsindelingen
    4. Bestanden opslaan in grafische indelingen
    5. Ontwerpen verplaatsen tussen Photoshop en Illustrator
    6. Video en animaties opslaan en exporteren
    7. PDF-bestanden opslaan
    8. Digimarc-copyrightbescherming
  21. Afdrukken
    1. 3D-objecten afdrukken
    2. Afdrukken vanuit Photoshop
    3. Afdrukken met kleurbeheer
    4. Contactbladen en PDF-presentaties
    5. Foto's afdrukken in een figuurpakketlay-out
    6. Steunkleuren afdrukken
    7. Duotonen
    8. Afbeeldingen drukken op een professionele drukpers
    9. Kleurenafdrukken in Photoshop verbeteren
    10. Problemen met afdrukken oplossen | Photoshop
  22. Automatisering
    1. Handelingen maken
    2. Gegevensgestuurde afbeeldingen maken
    3. Scripts
    4. Een groep bestanden verwerken
    5. Handelingen afspelen en beheren
    6. Voorwaardelijke acties toevoegen
    7. Handelingen en het deelvenster Handelingen
    8. Tools opnemen in handelingen
    9. Een voorwaardelijke moduswijziging toevoegen aan een handeling
    10. Photoshop-gebruikersinterfacewerkset voor plug-ins en scripts
  23. Kleurbeheer
    1. Werken met kleurbeheer
    2. Kleuren consistent houden
    3. Kleurinstellingen
    4. Werken met kleurprofielen
    5. Kleurbeheer toepassen op documenten voor onlineweergave
    6. Kleurbeheer toepassen op documenten bij afdrukken
    7. Kleurbeheer toepassen op geïmporteerde afbeeldingen
    8. Kleuren controleren
  24. Content Authenticity
    1. Meer informatie over inhoudreferenties
    2. Identiteit en herkomst voor NFT's
    3. Accounts verbinden voor creatieve toewijzing
  25. 3D-beelden en technische beeldverwerking
    1. Photoshop 3D | Veelgestelde vragen over 3D-functies die niet meer beschikbaar zijn
    2. Creative Cloud 3D-animatie (Preview)
    3. 3D-objecten afdrukken
    4. Tekenen in 3D
    5. Verbeteringen in het 3D-deelvenster | Photoshop
    6. De belangrijkste 3D-concepten en -tools
    7. 3D renderen en opslaan
    8. 3D-objecten en -animaties maken
    9. Afbeeldingsstapels
    10. 3D-workflow
    11. Metingen
    12. DICOM-bestanden
    13. Photoshop en MATLAB
    14. Objecten in een afbeelding tellen
    15. 3D-objecten combineren en omzetten
    16. Structuren bewerken in 3D
    17. HDR-belichting en -kleurtinten aanpassen
    18. Instellingen van het 3D-deelvenster

Leer hoe u uw document in Photoshop kunt opslaan in verschillende bestandsindelingen

Onderwerpen in het artikel:

Inleiding tot de opties voor het opslaan van bestanden in Photoshop

U kunt Opdrachten opslaan in Photoshop gebruiken om wijzigingen in uw documenten op te slaan op basis van de indeling die u wilt gebruiken of de manier waarop u deze later wilt openen.

Om een bestand op te slaan in Photoshop, gaat u naar het menu Bestand en selecteert u een van de volgende Opslaanopdrachten — Opslaan, Opslaan als, of Kopie opslaan. Als u een opdracht voor opslaan selecteert, kunt u kiezen voor Opslaan naar Creative Cloud of Opslaan op uw computer.

Bekijk deze video om snel meer te weten te komen over de opties voor opslaan in Photoshop. Lees het artikel voor meer stapsgewijze informatie.

Opslaan

Kies Bestand > Opslaan om de wijzigingen in uw document op te slaan in de huidige indeling.

Opslaan als

Ga als volgt te werk om een bestand met een andere naam, locatie of indeling op te slaan:

  1. Kies Bestand > Opslaan als.

  2. Kies een bestandsindeling in het menu Indeling .

  3. Geef een bestandsnaam en een locatie op.
  4. Selecteer opslagopties in het dialoogvenster Opslaan als.
  5. Klik op Opslaan. Wanneer u in bepaalde indelingen opslaat, wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u opties kunt kiezen.

Opmerking:

Als u een afbeelding wilt kopiëren zonder deze kopie op de vaste schijf op te slaan, gebruikt u de opdracht Dupliceren. Als u een tijdelijke versie van de afbeelding wilt opslaan in het geheugen, gebruikt u het deelvenster Historie om een opname te maken.

Standaardinstelling Opslaan als

Bijgewerkt in Photoshop 24.1 (release van december 2022)

In de Photoshop 24.1-versie van december 2022 is de standaardinstelling om uw bestanden lokaal op uw computer op te slaan in plaats van deze op te slaan in de Creative Cloud.

U kunt de Standaardbestandslocatie Op uw computer instellen om het lokale pad te zien tijdens het maken van de nieuwe documenten op een van de volgende locaties:

  • Windows: Bewerken > Voorkeuren > Bestandsbeheer
  • macOS: Photoshop > Voorkeuren > Bestandsbeheer

Als u uw documenten wilt opslaan als clouddocumenten, selecteert u Creative Cloud als standaardbestandslocatie.

Voorkeur voor bestandslocatie in Photoshop

U kunt vragen stellen of een probleem met deze instellingen met ons delen via de  Adobe Photoshop-community. We horen graag van u!

Terugkeren naar de verouderde opties voor Opslaan als

Met Photoshop 22.4.2 kunt u terugkeren naar de verouderde Opslaan als-workflow en/of desgewenst de toevoeging 'kopie' weglaten wanneer u het document als een kopie opslaat.

Om deze nieuwe voorkeursopties te vinden, gaat u naar: 

  • (macOS) Photoshop > Voorkeuren > Bestandsbeheer > Opties voor het opslaan van bestanden
  • (Windows) Bewerken > Voorkeuren > Bestandsbeheer > Opties voor het opslaan van bestanden 
Terug naar de verouderde Opslaan als-workflow in Photoshop op de desktop

Wanneer u de verouderde Opslaan als-voorkeur inschakelt:
  • macOS: met de opties Opslaan als en Kopie opslaan worden zowel het verouderde dialoogvenster voor opslaan als de opties Opslaan als geopend die beschikbaar waren in Photoshop versie 22.3 en eerder, inclusief het selectievakje Als kopie. Als de verouderde workflow is ingeschakeld en u de optie Kopie opslaan gebruikt om uw Photoshop-bestand op te slaan, is het selectievakje Als kopie standaard ingeschakeld. Als u de verouderde optie Opslaan als selecteert in de voorkeuren op macOS, wordt een waarschuwingsvenster weergegeven met de melding dat u het risico loopt om bestanden te overschrijven wanneer u de verouderde opdracht Opslaan als gebruikt. 'Kopie' wordt namelijk niet meer interactief toegevoegd aan de bestandsnaam. Bij het selecteren van de voorkeur  Verouderd Opslaan als inschakelen wordt daarom de voorkeur Voeg 'kopie' niet toe aan de bestandsnaam bij het opslaan van een kopie automatisch ingeschakeld en kan deze niet worden uitgeschakeld tenzij de voorkeur Verouderd Opslaan als inschakelen wordt uitgeschakeld.
Waarschuwingsdialoogvenster voor verouderde functie Opslaan als

  • Windows: met de voorkeur voor de verouderde 'Opslaan als'-functie werkt de workflow voor Opslaan als net als in het verleden, inclusief het interactief toevoegen van 'kopie' aan de bestandsnamen, indien van toepassing. Daarom wordt er geen waarschuwing weergegeven wanneer u de verouderde voorkeur inschakelt in Windows. Aangezien bij de verouderde workflow Opslaan als de tekst 'kopie' kan worden toegevoegd aan bestandsnamen, wordt er geen waarschuwing weergegeven en kan de voorkeursoptie Voeg 'kopie' niet toe aan de bestandsnaam bij het opslaan van een kopie worden in- of uitgeschakeld op basis van uw vereisten. 

Voeg 'kopie' niet toe aan de bestandsnaam bij het opslaan van een kopie

macOS en Windows: de voorkeursoptie Voeg 'kopie' niet toe aan de bestandsnaam bij het opslaan van een kopie bepaalt of 'kopie' wordt toegevoegd aan de bestandsnaam van uw Photoshop-document in situaties waarin de kans bestaat dat bestanden worden overschreven. Als u deze voorkeur selecteert, wordt de term 'kopie' niet langer automatisch toegevoegd aan bestandsnamen wanneer u opslaat als kopie, zowel met de nieuwe optie Opslaan als kopie als met de verouderde opties Opslaan als (macOS en Windows).

Wanneer u deze voorkeur inschakelt, ziet u bovendien waarschuwingsvensters die u waarschuwen voor het mogelijke risico dat u uw Photoshop-bestand overschrijft wanneer 'kopie' niet in de bestandsnaam voorkomt, zowel in macOS als in Windows. 

Waarschuwingsdialoogvenster voor verouderde functie Opslaan als

Kopie opslaan

Als u een gelaagd bestand wilt opslaan als een plat bestand, moet u een nieuwe versie van het document maken. Als u geen gewenste indeling zoals JPEG of PNG ziet, gebruik dan de optie Kopie opslaan voor alle indelingen en om een versie van uw document te bewaren.

Hiervoor kiest u:

  • Bestand > Kopie opslaan 
  • De Kopie opslaan-knop in het dialoogvenster Opslaan als
Ziet u niet de gewenste indeling, zoals JPEG of PNG? Een kopie van uw document opslaan voor alle indelingen
Ziet u niet de gewenste indeling, zoals JPEG of PNG? Een kopie van uw document opslaan voor alle indelingen

Eigenschappen voor het opslaan van bestanden

In de dialoogvensters Opslaan als en Kopie opslaan hebt u de keuze uit verschillende opties voor het opslaan van bestanden. Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van het bestand dat u wilt opslaan en van de gekozen bestandsindeling.

Alfakanalen

Met deze optie worden ook de alfakanaalgegevens opgeslagen. Als u deze optie uitschakelt, wordt de afbeelding zonder alfakanalen opgeslagen.

Lagen

Met deze optie worden alle lagen in de afbeelding gehandhaafd. Als deze optie niet beschikbaar is of als u de optie uitschakelt, worden alle zichtbare lagen tot één laag samengevoegd of verenigd (afhankelijk van de geselecteerde bestandsindeling).

Opmerkingen

Met deze optie worden notities bij de afbeelding opgeslagen.

Steunkleuren

Met deze optie worden ook de steunkleuren opgeslagen. Als u deze optie uitschakelt, wordt de afbeelding zonder steunkleuren opgeslagen.

Proeflees-instellingen gebruiken, ICC-profiel (Windows) of Kleurprofiel insluiten (Mac OS)

Maakt een document met beheerde kleuren.

Opmerking:

De volgende opties voor voorvertoningen en bestandsextensies zijn alleen beschikbaar als de optie Vragen bij opslaan van is geselecteerd bij Voorvertoningen afbeeldingen en Bestandsextensie toevoegen (Mac OS) in het deelvenster Bestandsbeheer van het dialoogvenster Voorkeuren.

Miniatuur (Windows)

Met deze opties worden de miniatuurgegevens bij het bestand opgeslagen.

Kleine letters voor extensie (Windows)

Met deze optie worden voor de extensie kleine letters gebruikt.

Opties voor Voorvertoningen afbeeldingen (Mac OS)

Met deze opties worden de miniatuurgegevens bij het bestand opgeslagen. In het dialoogvenster Openen worden de bestanden als miniatuur weergegeven.

Opties voor bestandsextensies (Mac OS)

Met deze opties stelt u in welke regels worden gehanteerd voor bestandsextensies. Selecteer Toevoegen als u de extensie voor het gekozen formaat aan de bestandsnaam wilt toevoegen en Kleine letters gebruiken als u wilt dat voor de extensie kleine letters worden gebruikt.

Opmerking:

Vanaf de 2015-versie van Photoshop CC is de optie Bestand > Opslaan voor web verplaatst naar Bestand > Export > Opslaan voor web (verouderd), maar u vindt er ook nieuwere exportopties. Zie Tekengebieden, lagen en meer exporteren voor meer informatie over deze nieuwe exportopties.

Voorkeuren voor het opslaan van bestanden

  1. Voer een van de volgende handelingen uit:
    • (Windows) Kies Bewerken > Voorkeuren > Bestandsbeheer.

    • (macOS) Kies Photoshop > Voorkeuren > Bestandsbeheer.

  2. Stel de volgende opties in:

    Voorvertoningen afbeeldingen

    Kies een optie voor het opslaan van voorvertoningen: Nooit opslaan om uw bestanden op te slaan zonder voorvertoning; Altijd opslaan om uw bestanden op te slaan met de voorvertoning die u hebt opgegeven; Vragen bij opslaan van om per bestand te bepalen of een voorvertoning wordt opgeslagen. In Mac OS kunt u een of meerdere voorvertoningstypen selecteren. (Zie Mac OS-voorvertoningsopties.)

    Bestandsextensie (Windows)

    Kies een optie voor de uit drie tekens bestaande bestandsextensie waarmee de indeling van het bestand wordt aangegeven: Hoofdletters gebruiken om bestandsextensies toe te voegen in hoofdletters en Kleine letters gebruiken om bestandsextensies toe te voegen in kleine letters.

    Bestandsextensie toevoegen (Mac OS)

    Bestandsextensies zijn noodzakelijk voor bestanden die u wilt kunnen gebruiken op of wilt overbrengen naar een Windows-systeem. Kies een optie voor het toevoegen van extensies aan bestandsnamen: Nooit om uw bestanden op te slaan zonder extensie; Altijd om alle bestanden op te slaan met een extensie; Vragen bij opslaan van om per bestand te bepalen of een extensie moet worden gebruikt. Als u Kleine letters gebruiken kiest, worden kleine letters voor de extensie gebruikt.

    Opslaan als naar oorspronkelijke map

    Afbeeldingen worden standaard opgeslagen in de oorspronkelijke map. Schakel deze optie uit als u bestanden standaard wilt opslaan in de laatst gebruikte map.

    Opslaan op achtergrond

    Als u Opslaan op achtergrond kiest, kunt u blijven werken in Photoshop nadat u de opdracht Opslaan hebt gekozen. U hoeft niet te wachten tot Photoshop het bestand heeft opgeslagen.

    Herstelinformatie automatisch opslaan

    Photoshop slaat automatisch herstelinformatie op na een interval dat u opgeeft. Als uw computer vastloopt, herstelt Photoshop uw werk wanneer u de computer opnieuw opstart.

macOS-voorvertoningsopties

In macOS kunt u een of meer van de volgende typen voorvertoning selecteren (waarbij u om het opslaan niet onnodig lang te laten duren en om de bestandsgrootte te beperken, alleen de voorvertoningen moet kiezen die u ook werkelijk nodig hebt).

Pictogram

Hiermee wordt de voorvertoning als pictogram op het bureaublad weergegeven.

Volledige grootte

Hiermee slaat u een versie van 72 ppi op voor toepassingen waarin alleen Photoshop-bestanden met een lage resolutie kunnen worden geopend. Voor niet-EPS-bestanden levert dit een voorvertoning in PICT-indeling op.

Macintosh-miniatuur

Hiermee wordt een voorvertoning weergegeven in het dialoogvenster Openen.

Windows-miniatuur

Hiermee wordt een voorvertoning opgeslagen die op Windows-systemen kan worden weergegeven.

Grote documenten opslaan

Photoshop ondersteunt documenten van maximaal 300.000 pixels in een willekeurige pixeldimensie en biedt drie bestandsindelingen voor het opslaan van documenten met afbeeldingen die groter zijn dan 30.000 pixels in een van beide pixeldimensies. Houd er rekening mee dat de meeste andere toepassingen, inclusief oudere versies van Photoshop dan Photoshop CS, geen bestanden kunnen verwerken die groter zijn dan 2 GB of afbeeldingen die groter zijn dan 30.000 pixels in een van beide pixeldimensies.

  1. Kies Bestand > Opslaan als en selecteer een van de volgende bestandsindelingen:

    Indeling voor grote documenten (PSB)

    Biedt ondersteuning voor documenten van willekeurige grootte. Alle Photoshop-functies blijven behouden in PSB-bestanden (maar enkele plug-infilters zijn niet beschikbaar als documenten meer dan 30.000 pixels breed of hoog zijn). Momenteel worden PSB-bestanden alleen ondersteund door Photoshop CS en later.

    Photoshop Raw

    Ondersteunt documenten van elke pixeldimensie en bestandsgrootte, maar ondersteunt geen lagen. Als u grote documenten opslaat in de indeling Photoshop Raw, worden de lagen in deze documenten samengevoegd.

    TIFF

    Ondersteunt bestanden van maximaal 4 GB. Documenten die groter zijn dan 4 GB kunnen niet in de TIFF-indeling worden opgeslagen.

Lagen naar bestanden exporteren

U kunt lagen exporteren en opslaan als afzonderlijke bestanden in verschillende indelingen, zoals PSD, BMP, JPEG, PDF, Targa en TIFF. Lagen krijgen automatisch een naam als ze worden opgeslagen. U kunt voor het genereren van namen opties instellen.

  1. Kies Bestand > Exporteren > Lagen exporteren naar bestanden.

  2. Klik bij Doel in het dialoogvenster Lagen exporteren naar bestanden op Bladeren om een doelmap voor de geëxporteerde bestanden te selecteren. Standaard worden de gegenereerde bestanden opgeslagen in dezelfde map als het bronbestand.
  3. Typ een naam in het tekstvak Voorvoegsel bestandsnaam om een gemeenschappelijke naam op te geven voor de bestanden.
  4. Schakel de optie Alleen zichtbare lagen in als u alleen de lagen wilt exporteren waarvan de zichtbaarheid in het deelvenster Lagen is ingeschakeld. Gebruik deze optie als u niet alle lagen wilt exporteren. Schakel de zichtbaarheid uit van de lagen die u niet wilt exporteren.
  5. Kies een bestandsindeling in het menu Bestandstype. Stel de gewenste opties in.
  6. Selecteer de optie ICC-profiel opnemen als u het werkruimteprofiel in het geëxporteerde bestand wilt insluiten. Dit is van belang voor workflows met beheerde kleuren.
  7. Klik op Uitvoeren.
Adobe-logo

Aanmelden bij je account