Maak een Illustrator-document dat u als sjabloon wilt gebruiken.
- Illustrator Handboek
- Kennismaken met Illustrator
- Inleiding tot Illustrator
- Werkruimte
- Basisbeginselen van de werkruimte
- Documenten maken
- Sneller leren met het deelvenster Ontdekken van Illustrator
- Workflows versnellen met de contextuele taakbalk
- Werkbalk
- Standaardsneltoetsen
- Sneltoetsen aanpassen
- Inleiding in tekengebieden
- Tekengebieden beheren
- De werkruimte aanpassen
- Deelvenster Eigenschappen
- Voorkeuren instellen
- Werkruimte voor aanraken
- Ondersteuning voor Microsoft Surface Dial in Illustrator
- Bewerkingen ongedaan maken en ontwerpgeschiedenis beheren
- Weergave draaien
- Linialen, rasters en hulplijnen
- Toegankelijkheid in Illustrator
- Illustraties weergeven
- De Touch Bar gebruiken met Illustrator
- Bestanden en sjablonen
- Gereedschappen in Illustrator
- Overzicht van gereedschappen
- Selectiegereedschappen
- Navigatiegereedschappen
- Schildergereedschappen
- Tekstgereedschappen
- Tekengereedschappen
- Bewerkingsgereedschappen
- Generatieve AI (niet beschikbaar op het vasteland van China)
- Snelle actie
- Illustrator op de iPad
- Inleiding in Illustrator op de iPad
- Werkruimte
- Documenten
- Objecten selecteren en rangschikken
- Tekenen
- Tekst
- Werken met afbeeldingen
- Kleur
- Clouddocumenten
- Basisbeginselen
- Problemen oplossen
- Inhoud toevoegen en bewerken
- Tekenen
- Basisbeginselen van tekenen
- Paden bewerken
- Pixel-perfecte illustraties tekenen
- Tekenen met de pen, het potlood of het gereedschap Kromming
- Eenvoudige lijnen en vormen tekenen
- Rechthoekige rasters en poolrasters tekenen
- Flakkeringen tekenen en bewerken
- Afbeeldingen overtrekken
- Een pad vereenvoudigen
- Symboolgereedschappen en symboolsets
- Padsegmenten aanpassen
- Een bloem ontwerpen in 5 eenvoudige stappen
- Een perspectiefraster maken en bewerken
- Objecten op een perspectiefraster tekenen en wijzigen
- Objecten gebruiken als symbolen voor herhaald gebruik
- Paden met pixeluitlijning tekenen voor webworkflows
- Metingen
- 3D-objecten en materialen
- Kleur
- Schilderen
- Objecten selecteren en rangschikken
- Objecten selecteren
- Lagen
- Objecten uitbreiden, groeperen en degroeperen
- Objecten verplaatsen, uitlijnen en verdelen
- Objecten op een pad uitlijnen, rangschikken en verplaatsen
- Objecten magnetisch uitlijnen met glyphs
- Objecten uitlijnen met Japanse glyphs
- Objecten stapelen
- Objecten vergrendelen, verbergen en verwijderen
- Objecten kopiëren en dupliceren
- Objecten roteren en spiegelen
- Objecten verstrengelen
- Realistische mock-ups maken
- Objecten omvormen
- Afbeeldingen uitsnijden
- Objecten transformeren
- Objecten combineren
- Objecten knippen, splitsen en verkleinen
- Marionet verdraaien
- Objecten schalen, schuintrekken en vervormen
- Objecten laten overvloeien
- Omvormen met omhulsels
- Objecten omvormen met effecten
- Nieuwe vormen maken met de gereedschappen Shaper en Vormen maken
- Werken met actieve hoeken
- Verbeterde workflows voor omvormen met ondersteuning voor aanraking
- Uitknipmaskers bewerken
- Actieve vormen
- Vormen maken met het gereedschap Vormen maken
- Algemene bewerking
- Tekst
- Tekst toevoegen en werken met tekstobjecten
- Reflow-viewer
- Genummerde lijsten en lijsten met opsommingstekens maken
- Tekstgebied beheren
- Lettertypen en typografie
- Tekst in afbeeldingen omzetten in bewerkbare tekst
- Basisopmaak toevoegen aan tekst
- Geavanceerde opmaak toevoegen aan tekst
- Tekst importeren en exporteren
- Alinea's opmaken
- Speciale tekens
- Tekst op een pad maken
- Teken- en alineastijlen
- Tabs
- Ontbrekende lettertypen toevoegen vanuit Adobe Fonts
- Arabische en Hebreeuwse tekst
- Lettertypen | Veelgestelde vragen en tips voor probleemoplossing
- Creatieve typografische ontwerpen
- Tekst schalen en roteren
- Regelafstand en tekenafstand
- Woordafbreking en regeleinden
- Spelling- en taalwoordenboeken
- Aziatische tekens opmaken
- Composers voor Aziatische schriften
- Tekstontwerpen maken met overvloeiobjecten
- Een tekstposter maken met Afbeeldingen overtrekken
- Speciale effecten maken
- Webafbeeldingen
- Tekenen
- Importeren, exporteren en opslaan
- Importeren
- Creative Cloud Libraries in Illustrator
- Opslaan en exporteren
- Afdrukken
- Voorbereiden op afdrukken
- Afdrukken
- Taken automatiseren
- Problemen oplossen
- Opgeloste problemen
- Bekende problemen
- Crashproblemen
- Bestanden herstellen na een crash
- Veilige modus
- Problemen met bestanden
- Ondersteunde bestandsindelingen
- Problemen met GPU-stuurprogramma's
- Problemen met Wacom-apparaten
- Problemen met DLL-bestanden
- Geheugenproblemen
- Problemen met voorkeurenbestanden
- Lettertypeproblemen
- Printerproblemen
- Foutrapport delen met Adobe
- De prestaties van Illustrator verbeteren
- Opgeloste problemen
Voeg een Illustrator-document samen met een gegevensbronbestand (CSV- of XML-bestand) met behulp van het deelvenster Variabelen om zo meerdere varianten van uw illustratie te maken. U kunt de namen van deelnemers op badges voor evenementen wijzigen of afbeeldingen in webbanners en ansichtkaarten aanpassen zonder dat u uw illustraties opnieuw hoeft te maken. Maak één ontwerp en produceer daarna snel variaties door de namen of afbeeldingen vanuit een gegevensbronbestand te importeren.
Voordat u verdergaat
U hebt alleen maar een gegevensbronbestand en een doeldocument nodig om een gegevens samen te voegen.
- Het gegevensbronbestand bevat de informatie die in elke versie van het doeldocument anders is, zoals de namen, foto's en de adressen van de geadresseerden van een standaardbrief. Een gegevensbronbestand is een kommagescheiden bestand (.csv) of een extensible markup language-bestand (.xml).
- Het doeldocument is een Illustrator-document met de basisillustratie om te gebruiken als sjabloon. Dit document kan de plaatsaanduiding voor het gegevensveld bevatten en de items die in dezelfde versie van het samengevoegde document blijven.
De functionaliteit om gegevens samen te voegen gebruiken
Gegevens samenvoegen is beschikbaar vanuit het deelvenster Variabelen in Illustrator (Venster > Variabelen). Het type en de naam van iedere variabele in het document worden vermeld in het deelvenster. Als de variabele aan een object is gekoppeld, wordt in de kolom Objecten de naam van het gekoppelde object weergegeven zoals dit wordt weergegeven in het deelvenster Lagen. U kunt de rijen sorteren door te klikken op de items in de kopbalk: op de naam van de variabele, de objectnaam of het type variabele.
A. Gegevensset B. Deelvenstermenu C. Schakelen tussen gegevenssets D. Naam van het gekoppelde object E. Naam van de variabele F. Type variabele G. Variabelen vergrendelen H. Object dynamisch maken I. Zichtbaarheid dynamisch maken J. Binding van variabelen opheffen K. Variabelen maken L. Variabelen verwijderen
Basisstappen voor het samenvoegen van gegevens
-
-
Stel uw brongegevensbestand in als csv- of xml-indeling. Zie Een gegevensbronbestand voorbereiden voor meer informatie.
-
Importeer een gegevensbronbestand in Illustrator met behulp van het deelvenster Variabelen. Zie Een gegevensbronbestand importeren voor meer informatie.
-
Bind een variabele aan een object in de sjabloon. Zie Variabelen binden aan objecten voor meer informatie.
-
Bekijk een voorvertoning van het document met elke gegevensset voordat u alle bestanden exporteert. Zie Een voorvertoning van het document bekijken met elke gegevensset voor meer informatie.
-
Exporteer een batch bestanden uit de gegevens via het deelvenster Handelingen in Illustrator. Zie Bestanden exporteren via het deelvenster Handelingen voor meer informatie.
Een gegevensbronbestand voorbereiden
Gegevensbronbestanden moeten een CSV-bestand (kommagescheiden) of een XML-bestand (Extensible Markup Language) zijn.
Uw CSV-bronbestanden instellen
In een kommagescheiden bestand (.CSV-bestand) worden records van elkaar gescheiden door alinea-einden en velden door komma's of tabs. Het gegevensbronbestand kan ook tekst of paden bevatten die naar afbeeldingen op een schijf verwijzen. Doe voordat u een CSV-bestand importeert het volgende, zodat Illustrator het type variabele kan herkennen.
-
Open uw spreadsheet.
-
Geef uw gegevensveldnaam op in de eerste rij van het spreadsheet. Doe hierna het volgende:
- Typ aan het begin van de naam van het gegevensveld een "apenstaartje" (@) om tekst of paden in te voegen die naar afbeeldingsbestanden verwijzen. Het @-symbool hoeft alleen in de eerste regel te worden ingevoegd. De volgende regels moeten de paden voor de afbeelding bevatten.
- Typ aan het begin van de naam van het gegevensveld een percentagesymbool (%) voor grafieken en een hashtag-symbool (#) voor zichtbaarheid.
- Om de zichtbaarheid van een object te bepalen, geeft u waar of onwaar op voor elk gegevensveld.
Opmerking:- De gegevensveldnamen in uw spreadsheet mogen geen spaties bevatten. U kunt bijvoorbeeld het gegevensveld de naam Naam_bedrijf geven in plaats van Bedrijfsnaam.
- Ook de paden naar afbeeldings- en grafiekbestanden mogen geen spaties bevatten. Het pad van een beeldbestand moet C:\Foto's\WimBakker in plaats van C:\Foto's\Wim Bakker zijn.
- Alle grafiekbestanden die gekoppeld zijn vanuit uw gegevensbronbestand, moeten worden opgeslagen als een kommagescheiden bestand (.csv).
- Als er een foutbericht wordt weergegeven als u het @-symbool typt aan het begin van het veld, typt u een apostrof (') vóór het @-symbool (bijvoorbeeld '@Afbeeldingen) om de functie te valideren. In sommige toepassingen, zoals Microsoft Excel, is het @-symbool gereserveerd voor functies.
(Windows) Voorbeeld van afbeeldings- en grafiekreferenties in gegevensbronbestand
Naam
Leeftijd
@Foto's
%Grafieken
#Zichtbaarheid
Wim Bakker
36
C:\Afbeeldingen\WimBakker.jpg
C:\Afbeeldingen\WimBakker.csv
Waar
Janssens
53
C:\Mijn documenten\janssens.jpg
C:\Mijn documenten\janssens.csv
Waar
Maria Ruiz
26
C:\Afbeeldingen\Ruiz.jpg
C:\Afbeeldingen\Ruiz.csv
Onwaar
(macOS) Voorbeeld van afbeeldings- en grafiekreferenties in gegevensbronbestand
Naam
Leeftijd
@Foto's
%Grafieken
#Zichtbaarheid
Wim Bakker
36
/Users/foto's/WimBakker.jpg
/Users/foto's/WimBakker.csv
Waar
Janssens
53
/Users/familie/foto's/janssens.jpg
/Users/familie/foto's/janssens.csv
Waar
Maria Ruiz
26
/Users/alfa/foto's/Ruiz.jpg
/Users/alfa/foto's/Ruiz.csv
Onwaar
-
Voer uw gegevens in het spreadsheet in.
-
Voer een van de volgende handelingen uit:
- Sla spreadsheets gemaakt met de nieuwste versie van Microsoft Excel (2016) op in de volgende bestandsindelingen:
- CSV (Kommagescheiden) (*.csv)
- CSV (MS-DOS) (*.csv)
- Sla spreadsheets gemaakt met Apple Numbers op in de CSV-indeling met Unicode (UTF-8)-codering.
Opmerking:CSV-bestanden die in de hierboven vermelde indelingen worden geëxporteerd, worden momenteel ondersteund in Illustrator. Andere CSV-bestandsindelingen zoals Macintosh Comma Separated (.csv) worden niet ondersteund voor het samenvoegen van gegevens.
- Sla spreadsheets gemaakt met de nieuwste versie van Microsoft Excel (2016) op in de volgende bestandsindelingen:
Een XML-bestand voorbereiden
-
Definieer een variabele in uw document. Zie Variabelen binden aan objecten voor meer informatie.
-
Selecteer de knop Gegevensset vastleggen in het deelvenster Variabelen.
-
Nadat u het gewenste aantal gegevenssets hebt gemaakt, selecteer u Variabelenbibliotheek opslaan in het menu van het deelvenster Variabelen om gegevenssets op te slaan als een XML-bestand. Geef een bestandsnaam en een locatie op en selecteer Opslaan.
-
Bewerk nu het XML-bestand in een tekstverwerker zoals Notepad++ (Windows) of TextWrangler (macOS) om uw gegevenssets aan dit bestand toe te voegen.
A. Het pad van de afbeelding vervangen B. De tekstreeks vervangen
-
Selecteer Variabelenbibliotheek laden in het menu van het deelvenster Variabelen om uw XML-bestand in Illustrator te importeren. Selecteer het XML-bestand en selecteer Openen.
Een gegevensbronbestand importeren
Als u variabelen aan de gewenste gegevens wilt binden, importeert u een gegevensbron in het deelvenster Variabelen. Er kan slechts één gegevensbronbestand per document worden geselecteerd.
-
Kies Venster > Variabelen.
-
Selecteer Importeren in het deelvenster Variabelen.
-
Selecteer in het dialoogvenster Variabelenbibliotheek laden een gegevensbronbestand in de CSV- of XML-indeling en selecteer Openen.
-
U kunt de gegevensset later bewerken of verwijderen of de naam ervan wijzigen door deze te kiezen in de vervolgkeuzelijst Gegevensset en daarna de opties te bewerken.
- Selecteer een gegevensset in de lijst Gegevensset in het deelvenster Variabelen om te schakelen tussen gegevenssets. U kunt ook de knop Vorige gegevensset of Volgende gegevensset selecteren.
- Als u de gegevens op het tekengebied wilt toepassen op de huidige gegevensset, kiest u Gegevensset bijwerken in het menu van het deelvenster Variabelen.
- Als u de naam van een gegevensset wilt wijzigen, bewerkt u de tekst rechtstreeks in het tekstvak Gegevensset. U kunt dubbelklikken op het woord Gegevensset (links naast het tekstvak Gegevensset), een nieuwe naam invoeren en OK selecteren.
- Als u een gegevensset wilt verwijderen, selecteert u het pictogram Verwijderen. U kunt ook Gegevensset verwijderen selecteren in het menu van het deelvenster Variabelen.
Opmerking:CSV-bestanden (UTF-8 door komma's gescheiden) die dubbelbytetekens bevatten en die zijn gemaakt met Excel, kunnen niet worden geïmporteerd in het deelvenster Variabelen. Als u hetzelfde bestand in de tekstindeling opent en vervolgens opslaat als CSV met UTF-8-codering, wordt het bestand correct geïmporteerd.
Variabelen binden aan objecten
U gebruikt variabelen om te bepalen welke elementen u in een sjabloon wilt wijzigen. U kunt vier typen variabelen definiëren: Zichtbaarheid, Tekstreeks, Gekoppeld bestand en Grafiekgegevens. Het type van de variabele geeft aan welke objectkenmerken kunnen worden gewijzigd (dat wil zeggen, dynamisch zijn). Het type en de naam van iedere variabele in het document worden vermeld in het deelvenster. Als de variabele aan een object is gekoppeld, wordt in de kolom Objecten de naam van het gekoppelde object weergegeven zoals dit wordt weergegeven in het deelvenster Lagen.
Type variabele |
Pictogram dat het type van een variabele aangeeft |
Definitie |
---|---|---|
Variabelen van het type Zichtbaarheid |
|
Illustratie tonen of verbergen. |
Variabelen van het type Tekstreeks |
|
Een tekstreeks vervangen. |
Variabelen van het type Gekoppeld bestand |
|
Het object in het tekengebied vervangen door een object uit een ander bestand. |
Variabelen van het type Grafiekgegevens |
|
De waarden in een grafiek vervangen. |
Variabele zonder type (niet gekoppeld) |
|
Niet gebonden aan een object. |
Volg deze stappen om variabelen te definiëren in Illustrator:
-
Selecteer een object.
-
Selecteer in het deelvenster Variabelen (Venster > Variabelen) de variabele waaraan u het object wilt binden.
-
Selecteer de knop Object dynamisch maken om het object aan de variabele te binden.
Volg deze stappen om een variabele te maken zonder deze aan een object te binden:
-
Selecteer de knop Nieuwe variabele in het deelvenster Variabelen.
-
Als u een object aan de variabele wilt binden, selecteert u het object en de variabele en selecteert u de knop Zichtbaarheid dynamisch maken of de knop Object dynamisch maken .
Variabelenamen ondersteunen geen surrogaatpaar en 4-byte tekens. Als u deze tekens gebruikt in een variabelenaam, wordt er een foutmelding weergegeven.
Werken met variabelen
U kunt de naam of het type van een variabele bewerken, de binding van een variabele opheffen en een variabele vergrendelen via het deelvenster Variabelen.
Als u de binding van een variabele opheft, wordt de koppeling tussen de variabele en het object verbroken. Als u variabelen vergrendelt kunt u geen variabelen maken of verwijderen of opties voor variabelen bewerken. U kunt echter wel objecten aan vergrendelde variabelen binden en deze binding weer opheffen.
De naam en het type van een variabele wijzigen
-
Selecteer de variabele in het deelvenster Variabelen en selecteer Variabele-opties in het deelvenstermenu.
De binding van een variabele opheffen
-
Selecteer de knop Binding van variabele opheffen in het deelvenster Variabelen.
Alle variabelen in een document vergrendelen of ontgrendelen
-
Selecteer de knop Variabelen vergrendelen of de knop Variabelen ontgrendelen in het deelvenster Variabelen.
Variabelen verwijderen
U kunt een variabele uit het deelvenster Variabelen verwijderen. Als u een variabele verwijdert die is gekoppeld aan een object, wordt het object statisch (tenzij het object ook is gekoppeld aan een variabele van een ander type).
-
Selecteer een variabele die u wilt verwijderen.
-
Voer een van deze stappen uit:
Selecteer de knop Variabele verwijderen in het deelvenster Variabelen.
Als u een variabele wilt verwijderen zonder dat er een bevestiging wordt weergegeven, sleept u de variabele naar de knop Variabele verwijderen.
Dynamische objecten bewerken
U kunt de gegevens wijzigen die zijn gekoppeld aan een variabele door het object te bewerken waaraan de variabele is gekoppeld. Als u bijvoorbeeld werkt met een variabele van het type Zichtbaarheid, kunt u de zichtbaarheidsstatus van het object wijzigen in het deelvenster Lagen. Door dynamische objecten te bewerken kunt u meerdere gegevenssets maken in de sjabloon.
-
Selecteer een dynamisch object in het tekengebied of voer een van de volgende stappen uit om automatisch een dynamisch object te selecteren:
Houd Alt (Windows) of Option (macOS) ingedrukt en klik op een variabele in het deelvenster Variabelen.
Selecteer een variabele in het deelvenster Variabelen en selecteer Gebonden object selecteren in het menu van het deelvenster Variabelen.
Selecteer Alle gebonden objecten in het menu van het deelvenster Variabelen om alle dynamische objecten te selecteren.
-
Bewerk de gegevens die aan het object zijn gekoppeld als volgt:
Bewerk de tekst in het tekengebied.
Vervang de afbeelding via het deelvenster Koppelingen of de opdracht Bestand > Plaatsen voor gekoppelde bestanden.
Bewerk de gegevens voor grafieken in het dialoogvenster Grafiekgegevens.
Bewerk alle objecten met dynamische zichtbaarheid door in het deelvenster Lagen de zichtbaarheid van een object te wijzigen.
Dynamische objecten identificeren met XML-id's
In het deelvenster Variabelen worden de namen van de dynamische objecten uit het deelvenster Lagen weergegeven. Als u de sjabloon voor gebruik met andere Adobe-producten opslaat in de SVG-indeling, moeten deze objectnamen voldoen aan de naamgevingsconventies voor XML. XML-namen moeten bijvoorbeeld beginnen met een letter, onderstrepingsteken of dubbele punt en mogen geen spaties bevatten.
Illustrator wijst automatisch een geldige XML-id toe aan elk dynamische object dat u maakt. Als u objectnamen met XML-id's wilt weergeven, bewerken of exporteren, kiest u Bewerken > Voorkeuren > Eenheden (Windows) of Illustrator > Voorkeuren > Eenheden (macOS). Selecteer vervolgens XML-id.
Een voorvertoning van het document bekijken met elke gegevensset
Om te kunnen zien hoe uw afbeeldingen er uiteindelijk uitzien, kunt u deze voorvertonen voordat u de bestanden exporteert. Gebruik de pijltoetsen naast Gegevensset in het deelvenster Variabelen om te navigeren en een voorvertoning weer te geven van de gewenste gegevensset in uw document.
Bestanden exporteren via het deelvenster Handelingen
Zodra u variabelen en een of meer gegevenssets hebt gedefinieerd, kunt u in de modus Batch illustraties uitvoeren met gebruik van de gegevenssetwaarden. Ga als volgt te werk:
-
Neem via het deelvenster Handelingen (Venster > Handelingen) een handeling op om uw document op te slaan in de gewenste indeling. Zie Automatiseren met behulp van handelingen voor meer informatie.
-
Kies Batch in het menu van het deelvenster Handelingen en selecteer de handeling die u hebt gemaakt in de vorige stap.
-
Selecteer bij Bron Gegevenssets om de handeling af te spelen op elke gegevensset in het huidige bestand.
-
Geef bij Doel aan wat er met de verwerkte bestanden moet gebeuren. U kunt de bestanden geopend laten zonder de wijzigingen op te slaan (Geen), de bestanden sluiten en opslaan op de huidige locatie (Opslaan en sluiten) of de bestanden op een andere locatie opslaan (Map).
Afhankelijk van de geselecteerde optie voor Doel kunt u aanvullende opties instellen voor het opslaan van de bestanden. Zie Een handeling uitvoeren op een batch bestanden voor meer informatie.
-
Selecteer OK.
Een sjabloon opslaan voor gegevenssamenvoeging
Wanneer u variabelen definieert in een Illustrator-document, maakt u een sjabloon voor gegevenssamenvoeging. U kunt de sjabloon opslaan in SVG-indeling voor gebruik met andere Adobe-producten, zoals Adobe® Graphics Server. Een ontwikkelaar die werkt met Adobe Graphics Server kan bijvoorbeeld de variabelen in het SVG-bestand direct binden aan een database of een andere gegevensbron.
-
Kies Bestand > Opslaan als, geef een bestandsnaam op, selecteer SVG als bestandsindeling en klik op Opslaan.
-
Klik op Meer opties en kies Gegevens van Adobe Graphics Server opnemen. Alle benodigde gegevens voor het vervangen van variabelen worden dan opgenomen in het SVG-bestand.
-
Klik op OK.
Problemen bij het importeren van uw CSV-bestand?
Als u de foutmelding: De binnenkomende variabelenbibliotheek is ongeldig krijgt bij het uploaden van een CSV-gegevensbronbestand, dient u te controleren of:
- Het CSV-bestand niet leeg is.
- De spreadsheets die u hebt gemaakt met de nieuwste versie van Microsoft Excel worden opgeslagen als CSV-bestand (kommagescheiden) (*.csv) of CSV (MS-DOS) (*.csv) en of de bestanden gemaakt met Apple Numbers worden opgeslagen als CSV-indeling met Unicode-codering (UTF-8). Gegevensbronbestanden die in een andere bestandsindeling zijn opgeslagen, zoals Macintosh Comma Separated (*.csv), niet worden ondersteund voor het samenvoegen van gegevens.
- Alle kolommen een gegevensveldnaam hebben. In Illustrator wordt bijvoorbeeld het foutbericht weergegeven als een kolom in uw gegevensbronbestand wel gegevens bevat, maar geen gegevensveldnaam heeft.
- In het gegevensbronbestand hoeft geen lege kolom tussen gevulde kolommen te staan. In Illustrator wordt het foutbericht bijvoorbeeld weergegeven als kolom B en D in uw gegevensbronbestand gegevens bevatten, maar kolom C leeg is.
A. Gegevensveldnaam ontbreekt voor een kolom B. Er staat een lege kolom tussen gevulde kolommen
- De gegevensveldnamen in uw spreadsheet bevatten geen spaties.
- Ook de paden naar afbeeldings- en grafiekbestanden bevatten geen spaties.
- De grafiekbestanden die gekoppeld zijn vanuit uw gegevensbronbestand worden opgeslagen als kommagescheiden bestanden (.csv).
verwante bronnen
Praat met ons
Wij horen graag van u. Deel uw mening met de Adobe Illustrator-community.