Handboek Annuleren

Kruisverwijzingen

  1. InDesign Handboek
  2. Kennismaken met InDesign
    1. Inleiding tot InDesign
      1. Nieuw in InDesign
      2. Systeemvereisten
      3. Algemene vragen
      4. Creative Cloud Libraries gebruiken
    2. Werkruimte
      1. Basisbeginselen van de werkruimte
      2. Contextuele taakbalk
      3. Uw werkruimte aanpassen in InDesign
      4. Gereedschapsset
      5. Voorkeuren instellen
      6. Het deelvenster Eigenschappen
      7. Werkruimte voor aanraken
      8. Standaardsneltoetsen
      9. Bewerkingen ongedaan maken en het deelvenster Geschiedenis beheren
      10. Document herstellen en ongedaan maken
    3. Generatieve AI (niet beschikbaar op het vasteland van China)
      1. Tekst naar afbeelding
      2. Generatief uitbreiden
      3. Effect genereren in InDesign (Beta)
      4. Veelgestelde vragen over generatieve AI
  3. Documenten maken en indelen
    1. Documenten en pagina's
      1. Documenten maken
      2. Werken met stramienpagina's
      3. Werken met documentpagina's
      4. Paginagrootte, marges en afloopgebied instellen
      5. Werken met bestanden en sjablonen
      6. PDF's converteren naar InDesign-bestanden in InDesign (Beta)
      7. Boekbestanden maken
      8. Standaardpaginanummering toevoegen
      9. Pagina's, hoofdstukken en secties nummeren
      10. QuarkXPress- en PageMaker-documenten omzetten
      11. Inhoud delen
      12. Een standaardworkflow met bestandsbeheer
      13. Documenten opslaan
    2. Rasters
      1. Rasters
      2. Rasters opmaken
    3. Hulpmiddelen voor de lay-out
      1. Linialen
      2. Objecten uitlijnen en verdelen met linialen
      3. Objecten meten met de meetlat
  4. Inhoud toevoegen
    1. Tekst
      1. Tekst toevoegen aan kaders
      2. Tekst met verbindingen
      3. Zuidoost-Aziatische schriften
      4. Functies voor Arabisch en Hebreeuws in InDesign
      5. Tekst op een pad maken
      6. Opsommingstekens en nummering
      7. MathML invoegen om wiskundige expressies te maken
      8. Glyphs en speciale tekens
      9. Tekstcompositie
      10. Tekstvariabelen
      11. QR-codes genereren
      12. Tekst bewerken
      13. Tekst uitlijnen
      14. Tekst rond objecten laten lopen
      15. Verankerde objecten
      16. Gekoppelde inhoud
      17. Alinea's opmaken
      18. Tekens opmaken
    2. Typografie
      1. Lettertypen gebruiken in InDesign
      2. Tekst- en letterspatiëring
      3. Tekst schalen en schuintrekken
      4. Kleureffecten toepassen op tekst
    3. Tekst opmaken
      1. Tekst opmaken
      2. Automatische stijl toepassen op tekst
      3. Werken met stijlpakketten
      4. Tabs en inspringingen
    4. Tekst controleren
      1. Wijzigingen bijhouden en beoordelen
      2. Redactionele notities toevoegen in InDesign
      3. PDF-opmerkingen importeren
    5. Spellingcontrole en taalwoordenboeken
      1. Spellingcontrole, autocorrectie en dynamische spelling
      2. Woordenboeken en woorden maken, toevoegen en beheren
      3. Woordenboekvoorkeuren wijzigen
      4. Duden-woordenboek
    6. Referenties toevoegen
      1. Een inhoudsopgave maken
      2. Voetnoten
      3. Een index maken
      4. Eindnoten
      5. Bijschriften
    7. Stijlen
      1. Alinea- en tekenstijlen
      2. Stijlen toewijzen, exporteren en beheren
      3. Objectstijlen
      4. Initialen en geneste stijlen
      5. Werken met stijlen
      6. Regelafstand
    8. Tabellen
      1. Tabellen opmaken
      2. Tabellen maken
      3. Tabel- en celstijlen
      4. Tabellen selecteren en bewerken
      5. Lijnen en vullingen van tabellen
    9. Interactiviteit
      1. Hyperlinks
      2. Dynamische PDF-documenten
      3. Bladwijzers
      4. Knoppen
      5. Formulieren
      6. Animatie
      7. Kruisverwijzingen
      8. Structuur geven aan PDF-bestanden
      9. Paginaovergangen
      10. Films en geluiden
    10. Afbeeldingen
      1. Paden en vormen
      2. Tekenen met het potlood
      3. Tekenen met de pen
      4. Lijninstellingen toepassen 
      5. Samengestelde paden en vormen
      6. Paden bewerken
      7. Uitknippaden
      8. De vormgeving van hoeken wijzigen
      9. Kaders en objecten
      10. Objecten uitlijnen en verdelen
      11. Gekoppelde en ingesloten afbeeldingen
      12. AEM Assets integreren
    11. Kleur en transparantie
      1. Kleur toepassen
      2. Kleuren uit geïmporteerde afbeeldingen gebruiken
      3. Werken met stalen
      4. Inkt mengen
      5. Tinten
      6. Steun- en proceskleuren
      7. Kleuren laten overvloeien
      8. Verlopen
      9. Transparante illustraties afvlakken
      10. Transparantie-effecten toevoegen
  5. Zoeken en vervangen
    1. Tekst zoeken en vervangen
    2. Lettertypen zoeken en vervangen
    3. Glyphs zoeken en vervangen
    4. Zoeken en vervangen met behulp van GREP-expressies en -query's
    5. Objecten zoeken en vervangen
    6. Kleuren zoeken en vervangen
    7. Zoekopties om te zoeken en te vervangen
  6. Delen
    1. Clouddocumenten opslaan en openen
    2. Clouddocumenten organiseren, beheren en delen
    3. Versies in clouddocumenten bekijken en beheren
    4. Veelgestelde vragen over InDesign-clouddocumenten
    5. InCopy op het web (Beta)
    6. Delen en samenwerken        
    7. Ter beoordeling delen
    8. Een gedeeld InDesign-document beoordelen
    9. Feedback beheren
    10. Uitnodigen om te bewerken
  7. Exporteren, importeren en publiceren
    1. Plaatsen, exporteren en publiceren
      1. Publish Online
      2. Publish Online-dashboard
      3. Afbeeldingen kopiëren en invoegen
      4. Exporteren naar Adobe Express
      5. Inhoud exporteren voor EPUB
      6. Adobe PDF-opties
      7. Exporteren naar HTML5
      8. Content exporteren naar HTML (verouderd)
      9. Exporteren naar Adobe PDF
      10. Exporteren naar JPEG-indeling
      11. SVG-bestanden importeren
      12. Overzicht van DPS en AEM Mobile
      13. Ondersteunde bestandsindelingen
      14. Gebruikersinstellingen exporteren en importeren
    2. Afdrukken
      1. Boekjes afdrukken
      2. Drukkersmarkeringen en afloopgebieden
      3. Documenten afdrukken
      4. Inkten, scheiding en rasterfrequentie
      5. Overdrukken
      6. PostScript- en EPS-bestanden maken
      7. Preflight van bestanden uitvoeren voordat ze worden verzonden
      8. Miniaturen en grote documenten afdrukken
      9. PDF-bestanden voorbereiden voor serviceproviders
      10. Afdrukken van scheidingen voorbereiden
  8. InDesign uitbreiden
    1. Automatisering
      1. Gegevenssamenvoeging
      2. Plug-ins
      3. Capture-extensie in Adobe InDesign
      4. Scripting
  9. Problemen oplossen
    1. Opgeloste problemen
    2. Bekende problemen
    3. Crashes bij starten
    4. Probleem met alleen-lezen van map Voorkeuren
    5. Problemen met bestanden oplossen
    6. Kan InDesign-bestand niet exporteren naar PDF
    7. InDesign-documenten herstellen
Opmerking:

Inclusieve taal: vanaf InDesign 2022 (versie 17.0) vervangen we niet-inclusieve taal om de kernwaarden van Adobe van inclusiviteit te weerspiegelen. Verwijzingen naar 'Master'-pagina's worden vervangen door 'Parent'-pagina's in onze Help-artikelen voor de Engelse, Deense, Hongaarse, Spaanse, Italiaanse, Braziliaanse, Portugese en Japanse landinstellingen.

Als u een handleiding of referentiedocument schrijft, wilt u mogelijk een kruisverwijzing opnemen waarmee de lezer van het ene deel van uw document naar een ander kan gaan. Voorbeeld: Voor meer informatie raadpleegt u 'Veldmuizen' op pagina 249. U kunt opgeven of een kruisverwijzing is afgeleid van een alineastijl, zoals een kop, of van een tekstanker dat u hebt gemaakt. U kunt ook de kruisverwijzingsindeling bepalen, zoals alleen Paginanummer of Volledige alinea en paginanummer.

Kruisverwijzingen invoegen

Gebruik het deelvenster Kruisverwijzingen om kruisverwijzingen in te voegen in uw document. Als u het venster wilt openen, kiest u Venster > Tekst en tabellen > Kruisverwijzingen.

Deelvenster Kruisverwijzingen

A. Klik op de groene visuele indicator om naar de locatie te gaan. B. Klik op het paginanummer om de bron te selecteren. C. Klik op het pictogram om een kruisverwijzing te maken. 

De tekst waarnaar u verwijst, is de doeltekst. De tekst die wordt gegenereerd op basis van de doeltekst is de bronkruisverwijzing.

Als u een kruisverwijzing invoegt in uw document, kunt u kiezen uit verschillende vooraf ontworpen opmaakvarianten. U kunt een tekenstijl toepassen op de volledige kruisverwijzingsbron of op tekst binnen de kruisverwijzing. Opmaak voor kruisverwijzingen kan binnen een heel boek worden gesynchroniseerd.

De brontekst van een kruisverwijzing kan worden bewerkt en worden afgebroken aan het einde van een regel.

Opmerking:

Als de optie Hyperlinks is geselecteerd in het dialoogvenster Adobe PDF exporteren in InDesign, worden kruisverwijzingen in geëxporteerde Adobe PDF-bestanden opgenomen. Als de optie Inclusief hyperlinks is geselecteerd in het dialoogvenster SWF exporteren, worden kruisverwijzingen in het geëxporteerde SWF-bestand opgenomen.

Kruisverwijzingen invoegen

  1. Plaats de invoegpositie waar u de kruisverwijzing wilt invoegen.
  2. Open het dialoogvenster Nieuwe kruisverwijzing op een van de volgende manieren:

    • Kies Tekst > Hyperlinks en kruisverwijzingen > Kruisverwijzing invoegen.

    • Kies Venster > Tekst en tabellen > Kruisverwijzingen en kies vervolgens Kruisverwijzing invoegen in het menu van het deelvenster.

    • Klik op de knop Nieuwe kruisverwijzing maken in het deelvenster.

  3. Kies in het dialoogvenster de optie Alinea of Tekstanker in het menu Koppelen naar.

    Als u Alinea kiest, kunt u een kruisverwijzing maken naar elke willekeurige alinea in het document dat u opgeeft.

    Als u Tekstanker kiest, kunt u een kruisverwijzing maken naar elke willekeurige tekst waarin u een hyperlinkdoel hebt gemaakt. (Zie Een hyperlinkdoel maken.) Het maken van een tekstanker is met name handig als u andere tekst wilt gebruiken dan de daadwerkelijke doelalinea.

  4. Selecteer bij Document het document met het doel waarnaar u wilt verwijzen. Alle geopende documenten die zijn opgeslagen, staan in het pop-upmenu. Als het gewenste document niet is geopend, kiest u Bladeren, zoekt u het bestand en klikt u vervolgens op Openen.
  5. Klik op een alineastijl in het linkervak om de opties te beperken en selecteer vervolgens de alinea waarnaar u wilt verwijzen. (Of kies het tekstanker als u Tekstanker hebt geselecteerd).
    U kunt via de zoekbalk zoeken naar een bepaalde alinea in de lijst met alinea's. De volgende soorten zoekopdrachten worden ondersteund:

    • Zoek vanaf begin - zoekreeks moet overeenkomen met de het begin van de alinea.
    • Overal zoeken - zoekreeks moet overeenkomen met een willekeurig deel van de alinea.
  6. Selecteer de opmaak voor kruisverwijzingen die u wilt gebruiken in het menu Opmaak.

    U kunt deze opmaak voor kruisverwijzingen wijzigen en ook zelf opmaak maken. Zie Opmaak voor kruisverwijzingen gebruiken.

  7. Geef de PDF-weergaveopties voor de kruisverwijzing op.

  8. Klik op OK.

Als u een kruisverwijzing invoegt, wordt een markering voor een tekstanker weergegeven aan het begin van de doelalinea. U kunt deze markering bekijken door Tekst > Verborgen tekens tonen te kiezen. Als deze markering wordt verplaatst of verwijderd, werkt de kruisverwijzing niet langer.

Opmaak voor kruisverwijzingen gebruiken

In het dialoogvenster Nieuwe kruisverwijzing worden standaard verschillende opmaakmogelijkheden voor kruisverwijzingen weergegeven. U kunt deze opmaak voor kruisverwijzingen bewerken of verwijderen en ook zelf opmaak maken.

Opmerking:

Als u opmaak voor kruisverwijzingen hebt verwijderd of bewerkt in uw document en de standaardopmaak wilt herstellen, kiest u Opmaak voor kruisverwijzingen laden in het menu van het deelvenster en kiest u een document met ongewijzigde opmaak. U kunt ook opmaak voor kruisverwijzingen synchroniseren binnen een boek.

Opmaak voor kruisverwijzingen maken of bewerken

In tegenstelling tot andere voorinstellingen, kan opmaak voor kruisverwijzingen worden bewerkt of verwijderd. Als u opmaak voor kruisverwijzingen wijzigt, worden alle bronkruisverwijzingen waarin die opmaak wordt gebruikt automatisch bijgewerkt.

  1. Ga als volgt te werk:
    • Kies Opmaak voor kruisverwijzingen definiëren in het menu van het deelvenster Kruisverwijzingen.

    • Klik tijdens het maken of bewerken van een kruisverwijzing op de knop Opmaak voor kruisverwijzingen maken of bewerken .

  2. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Opmaak voor kruisverwijzingen:
    • Bewerk opmaak door deze aan de linkerkant te selecteren.

    • Maak nieuwe opmaak door bestaande opmaak te selecteren die als basis voor de nieuwe opmaak moet dienen en vervolgens op de knop Opmaak maken te klikken. Hiermee wordt een duplicaat van de geselecteerde opmaak gemaakt.

  3. Geef bij Naam de naam op van de opmaak.
  4. Voeg in het tekstvak Definitie naar behoefte tekst toe of verwijder tekst. Klik op het bouwsteenpictogram om bouwstenen in te voegen vanuit een menu. Klik op het pictogram voor speciale tekens om streepjes, spaties, aanhalingstekens en andere speciale tekens te selecteren.
  5. U kunt een tekenstijl toepassen op de volledige kruisverwijzing door Tekenstijl voor kruisverwijzing te selecteren en vervolgens de tekenstijl te kiezen om te maken vanuit het menu.

    U kunt ook gebruikmaken van de bouwsteen Tekenstijl om een tekenstijl toe te passen op tekst binnen de kruisverwijzing.

  6. Klik op Opslaan om de wijzigingen op te slaan. Klik op OK wanneer u klaar bent.

Bouwstenen voor kruisverwijzingen

Bouwsteen

Beschrijving

Voorbeeld

Paginanummer

Hiermee wordt het paginanummer ingevoegd.

op pagina <pageNum/>

op pagina 23

Alineanummer

Hiermee wordt het alineanummer in een kruisverwijzing ingevoegd in een genummerde lijst.

Zie <paraNum/>

Zie 1

In dit voorbeeld wordt alleen '1' gebruikt van de alineatekst '1. Dieren'.

Alineatekst

Hiermee wordt de alineatekst zonder het alineanummer in een kruisverwijzing ingevoegd in een genummerde lijst.

Zie '<paraText/>'

Zie 'Dieren'.

In dit voorbeeld wordt alleen 'Dieren' gebruikt van de alineatekst '1. Dieren'.

Volledige alinea

Hiermee wordt de volledige alinea, inclusief alineanummer en alineatekst, ingevoegd.

Zie '<fullPara/>'

Zie '1. Dieren'

Onvolledige alinea

Hiermee kunt u een kruisverwijzing naar het eerste deel van een alinea maken, tot aan het opgegeven scheidingsteken, zoals een dubbele punt of em-streepje.

Zie <fullPara delim=”:” includeDelim=”onwaar”/>

Zie Hoofdstuk 7

In dit voorbeeld wordt alleen 'Hoofdstuk 7' gebruikt van de titel 'Hoofdstuk 7. Honden en katten'.

Geef het scheidingsteken op (in dit voorbeeld is : gebruikt) en geef aan of het scheidingsteken wel ('waar' of '1') of niet ('onwaar' of '0') moet worden opgenomen in de bronkruisverwijzing.

Zie Kruisverwijzingen naar onvolledige alinea's maken.

Naam tekstanker

Hiermee wordt de naam van het tekstanker ingevoegd. U kunt tekstankerpunten maken door Nieuw hyperlinkdoel te kiezen in het menu van het deelvenster Hyperlinks.

Zie <txtAnchrName/>

Zie Figuur 1

Hoofdstuknummer

Hiermee wordt het hoofdstuknummer ingevoegd.

in hoofdstuk <chapNum/>

in hoofdstuk 3

Bestandsnaam

Hiermee wordt de bestandsnaam van het doeldocument ingevoegd.

in <fileName/>

in nieuwsbrief.indd

Tekenstijl

Hiermee wordt een tekenstijl toegepast op een kruisverwijzing.

Zie <cs name=”bold”><fullPara/></cs> op pagina <pageNum>

Zie Dieren op pagina 23.

Geef de naam van de tekenstijl op en neem tekst die u wilt toepassen op de tekenstijl op tussen de codes <cs name=””> en </cs>.

Zie Tekenstijlen toepassen binnen een kruisverwijzing.

Kruisverwijzingen naar onvolledige alinea's maken

U kunt opmaak van kruisverwijzingen maken die alleen het eerste deel van een alinea bevat. Als u bijvoorbeeld koppen in uw document hebt met de opmaak 'Hoofdstuk 7——Van Granada naar Barcelona', kunt u een kruisverwijzing maken die alleen betrekking heeft op 'Hoofdstuk 7'.

Kruisverwijzing naar onvolledige alinea

A. De kruisverwijzingsbron eindigt met een em-streepje (^_) B. Bij 'onwaar' maakt het em-streepje geen deel uit van de bron 

Als u de bouwsteen Onvolledige alinea invoegt, moet u twee dingen doen. Geef als eerste het scheidingsteken tussen de aanhalingstekens op. Het scheidingsteken is het teken waarmee de alinea wordt afgesloten. Veelgebruikte scheidingstekens zijn een dubbele punt (Hoofdstuk 7: Granada), punten (Hoofdstuk 7. Granada) en liggende streepjes (Hoofdstuk 7—Granada). Als u speciale tekens wilt invoegen, zoals em-streepjes (^_), em-spaties (^m) en opsommingstekens (^8), kiest u een optie uit het menu dat wordt weergegeven als u op het pictogram Speciale tekens klikt.

Geef als tweede aan of het scheidingsteken wel (Hoofdstuk 7—) of niet (Hoofdstuk 7) moet worden opgenomen. Gebruik includeDelim=”waar” om het scheidingsteken wel op te nemen en includeDelim=”onwaar” om het scheidingsteken niet op te nemen. In plaats van 'waar' of 'onwaar' kunt u ook respectievelijk '1' of '0' gebruiken.

Tekenstijlen toepassen binnen een kruisverwijzing

Als u een sectie of tekst wilt benadrukken binnen een kruisverwijzing, kunt u de bouwsteen Tekenstijl gebruiken. Deze bouwsteen bestaat uit twee codes. De code <cs name=”stijlnaam”> geeft aan welke stijl wordt toegepast, en met de code </cs> wordt de tekenstijl afgesloten. Alle tekens of bouwstenen tussen deze codes worden opgemaakt in de opgegeven stijl.

Een tekenstijl toepassen op een deel van de kruisverwijzing

A. Met deze code wordt een tekenstijl genaamd 'Rood' toegepast.  B. Deze code geeft het einde van de opmaak van de tekenstijl aan. C. Een tekenstijl genaamd 'Vet' wordt toegepast op de rest van de kruisverwijzingsbron. 

  1. Maak de tekenstijlen die u wilt gebruiken.
  2. Maak of bewerk de opmaak die u wilt toepassen in het dialoogvenster Opmaak kruisverwijzing.
  3. Selecteer onder Definitie de tekens en bouwstenen waarop u de tekenstijl wilt toepassen.
  4. Kies Tekenstijl in het menu rechts van de lijst met definities.
  5. Typ de naam van de tekenstijl tussen de aanhalingstekens exact zoals deze wordt weergegeven in het deelvenster Tekenstijlen.

    Bij stijlnamen wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine letters. Als de tekenstijl deel uitmaakt van een groep, typt u de naam van de groep gevolgd door een dubbele punt vóór de tekenstijl, bijvoorbeeld Stijlgroep 1: Rood.

  6. Klik op Opslaan om de opmaak op te slaan en klik vervolgens op OK.

Opmaak van kruisverwijzingen laden (importeren)

Als u opmaak van kruisverwijzingen laadt vanuit een ander document, vervangt de binnenkomende opmaak eventuele bestaande opmaak met dezelfde naam.

In InCopy kunt u alleen opmaak voor kruisverwijzingen importeren in op zichzelf staande documenten. U kunt geen opmaak importeren vanuit een InCopy-document naar een InDesign-document. Als de nieuwe of gewijzigde opmaak in InCopy bij het inchecken van het artikel conflicteert met opmaak in het InDesign-document, krijgt de InDesign-opmaak voorrang.

  1. Kies Opmaak voor kruisverwijzing laden in het menu van het deelvenster Kruisverwijzingen.

  2. Dubbelklik op het document met de opmaak voor kruisverwijzingen die u wilt importeren.

U kunt ook opmaak voor kruisverwijzingen over verschillende documenten heen gebruiken door een boek te synchroniseren.

Opmaak voor kruisverwijzingen verwijderen

Het is niet mogelijk opmaak voor kruisverwijzingen te verwijderen die is toegepast op kruisverwijzingen in het document.

  1. Selecteer de opmaak die u wilt verwijderen in het dialoogvenster Opmaak kruisverwijzing.
  2. Klik op de knop Opmaak verwijderen .

Kruisverwijzingen beheren

Als u een kruisverwijzing invoegt, wordt in het deelvenster Kruisverwijzingen de status van de kruisverwijzing aangegeven. Er wordt met pictogrammen bijvoorbeeld aangegeven of de doeltekst wordt weergegeven op het plakbord , op een stramienpagina , op een verborgen laag , in overlopende tekst of in verborgen tekst . Kruisverwijzingen die een koppeling naar dergelijke doelgebieden bevatten zijn onjuist. In het deelvenster wordt tevens aangegeven of de doelalinea is bewerkt (en dus verouderd is) of ontbreekt . Doeltekst ontbreekt als de doeltekst of het bestand dat de doeltekst bevat niet kan worden gevonden. Plaats de muisaanwijzer op een willekeurig pictogram als u de knopinfo voor dit pictogram wilt bekijken.

In InCopy kunt u alleen kruisverwijzingen beheren als het artikel is uitgecheckt voor bewerken.

Kruisverwijzingen bijwerken

Een bijwerkpictogram geeft aan dat de doeltekst van de kruisverwijzing is gewijzigd of dat de brontekst van de kruisverwijzing is bewerkt. U kunt de kruisverwijzing op eenvoudige wijze bijwerken. Als het doel naar een andere pagina verschuift, wordt de kruisverwijzing automatisch bijgewerkt.

Als u een kruisverwijzing bijwerkt, worden eventuele opmaakwijzigingen die u hebt aangebracht in de brontekst verwijderd.

Bij het afdrukken of uitvoeren ontvangt u een melding als kruisverwijzingen verouderd of onjuist zijn.

Opmerking:

U kunt ook het deelvenster Preflight gebruiken om een melding weer te geven als kruisverwijzingen verouderd of onjuist zijn. Selecteer, tijdens het definiëren van een profiel, Kruisverwijzingen in de sectie Tekst. Zie Preflight-profielen definiëren.

  1. Selecteer een of meer verouderde kruisverwijzingen. Als u alle kruisverwijzingen wilt bijwerken, moet u ervoor zorgen dat geen ervan is geselecteerd.
  2. Ga als volgt te werk:
    • Klik op de knop Kruisverwijzingen bijwerken in het deelvenster Kruisverwijzingen.

    • Kies Kruisverwijzing bijwerken in het menu van het deelvenster Kruisverwijzingen.

    • Kies Tekst > Hyperlinks en kruisverwijzingen > Kruisverwijzing bijwerken.

Kies Alle kruisverwijzingen bijwerken in het menu van het deelvenster Boek om alle kruisverwijzingen in een boek bij te werken. Er wordt een melding weergegeven als er nog onjuiste kruisverwijzingen zijn.

Als de ontbrekende doeltekst naar een ander document is verplaatst of als de naam van het document met de doeltekst is gewijzigd, kunt u de kruisverwijzing opnieuw koppelen. Als u een kruisverwijzing opnieuw koppelt, worden eventuele wijzigingen die u hebt aangebracht in de bronkruisverwijzing verwijderd.

  1. Selecteer de kruisverwijzing die u opnieuw wilt koppelen in het deelvenster Kruisverwijzingen.

  2. Kies Kruisverwijzing opnieuw koppelen in het menu van het deelvenster.

  3. Zoek het document waarin de doeltekst staat en klik vervolgens op Openen.

Als er nog andere doeltekst in dat document wordt weergegeven, kunt u nog meer kruisverwijzingen opnieuw koppelen.

Kruisverwijzingen bewerken

Als u de vormgeving van de bronkruisverwijzing wilt wijzigen of een andere opmaak wilt opgeven, kunt u de kruisverwijzing bewerken. Als u een kruisverwijzing bewerkt die aan een ander document is gekoppeld, wordt het document automatisch geopend.

  1. Ga als volgt te werk:
    • Kies Tekst > Hyperlinks en kruisverwijzingen > Opties kruisverwijzing.

    • Dubbelklik op de kruisverwijzing die u wilt bewerken in het deelvenster Kruisverwijzingen.

    • Selecteer de kruisverwijzing en kies Opties kruisverwijzing in het menu van het deelvenster Kruisverwijzingen.

  2. Bewerk de kruisverwijzing en klik op OK.

Kruisverwijzingen verwijderen

Als u een kruisverwijzing verwijdert, wordt de bronkruisverwijzing omgezet naar tekst.

  1. Selecteer in het deelvenster Kruisverwijzingen een of meerdere kruisverwijzingen die u wilt verwijderen.

  2. Klik op het pictogram Verwijderen of kies Kruisverwijzing verwijderen in het menu van het deelvenster.

  3. Klik ter bevestiging op Ja.

Als u een kruisverwijzing volledig wilt verwijderen, kunt u tevens de bron van de kruisverwijzing selecteren en deze verwijderen.

Tekst van kruisverwijzingsbron bewerken

U kunt de tekst van een kruisverwijzingsbron bewerken. Het voordeel van het bewerken van kruisverwijzingstekst is dat u zo nodig de reeksspatiëring of woordspatiëring kunt wijzigen om tekst passend te maken, of andere wijzigingen kunt aanbrengen. Het nadeel is dat als u de kruisverwijzing bijwerkt of opnieuw koppelt, alle lokale opmaakwijzigingen worden verwijderd.

 Adobe

Krijg sneller en gemakkelijker hulp

Nieuwe gebruiker?