Handboek Annuleren

Bewerken in Live View

  1. Dreamweaver Handboek
  2. Inleiding
    1. Basisbeginselen van responsief webontwerp
    2. Nieuwe functies in Dreamweaver
    3. Webontwikkeling met Dreamweaver: een overzicht
    4. Dreamweaver / Algemene vragen
    5. Sneltoetsen
    6. Systeemvereisten voor Dreamweaver
    7. Functieoverzicht
  3. Dreamweaver en Creative Cloud
    1. Dreamweaver-instellingen synchroniseren met Creative Cloud
    2. Creative Cloud Libraries in Dreamweaver
    3. Photoshop-bestanden gebruiken in Dreamweaver
    4. Werken met Adobe Animate en Dreamweaver
    5. Voor het web geoptimaliseerde SVG-bestanden uit Libraries extraheren
  4. De werkruimten en weergaven van Dreamweaver
    1. De werkruimte van Dreamweaver
    2. De werkruimte van Dreamweaver optimaliseren voor visuele ontwikkeling
    3. Bestanden zoeken op bestandsnaam of inhoud | Mac OS
  5. Sites opzetten
    1. Over Dreamweaver-sites
    2. Een lokale versie van uw site instellen
    3. Verbinding maken met een publicatieserver
    4. Een testserver instellen
    5. Instellingen van Dreamweaver-sites importeren en exporteren
    6. Bestaande websites overzetten van een externe server naar de hoofdmap van uw lokale site
    7. Toegankelijkheidsfuncties in Dreamweaver
    8. Geavanceerde instellingen
    9. Sitevoorkeuren instellen voor het overzetten van bestanden
    10. Proxyserverinstellingen opgeven in Dreamweaver
    11. Dreamweaver-instellingen synchroniseren met Creative Cloud
    12. Git gebruiken in Dreamweaver
  6. Bestanden beheren
    1. Bestanden maken en openen
    2. Bestanden en mappen beheren
    3. Bestanden van uw server ophalen en op uw server plaatsen
    4. Bestanden inchecken en uitchecken
    5. Bestanden synchroniseren
    6. Bestanden vergelijken om verschillen op te sporen
    7. Bestanden en mappen op uw Dreamweaver-site camoufleren
    8. Ontwerpnotities inschakelen voor Dreamweaver-sites
    9. Potentieel misbruik van Gatekeeper voorkomen
  7. Lay-out en ontwerp
    1. Visuele lay-outhulpmiddelen gebruiken
    2. Uw pagina opmaken met CSS
    3. Responsieve websites ontwerpen met Bootstrap
    4. Mediaquery's maken en gebruiken in Dreamweaver
    5. Inhoud in tabellen presenteren
    6. Kleuren
    7. Responsive design met dynamische rasterlay-outs
    8. Extract in Dreamweaver
  8. CSS
    1. Informatie over CSS (Cascading Style Sheets)
    2. Pagina's opmaken met CSS ontwerpen
    3. CSS-preprocessors gebruiken in Dreamweaver
    4. CSS-stijlvoorkeuren instellen in Dreamweaver
    5. CSS-regels verplaatsen in Dreamweaver
    6. Inline CSS converteren naar een CSS-regel in Dreamweaver
    7. Werken met div-tags
    8. Verlopen toepassen op een achtergrond
    9. CSS3-overgangseffecten maken en bewerken in Dreamweaver
    10. Code opmaken
  9. Pagina-inhoud en assets
    1. Pagina-eigenschappen instellen
    2. Eigenschappen voor CSS-koppen en CSS-koppelingen
    3. Werken met tekst
    4. Tekst, tags en kenmerken zoeken en vervangen
    5. Het deelvenster DOM
    6. Bewerken in Live View
    7. Documenten coderen in Dreamweaver
    8. Elementen selecteren en weergeven in het documentvenster
    9. Teksteigenschappen instellen in de eigenschappencontrole
    10. Spelling op een webpagina controleren
    11. Horizontale lijnen gebruiken in Dreamweaver
    12. Lettertypecombinaties toevoegen en aanpassen in Dreamweaver
    13. Werken met assets
    14. Datums in Dreamweaver invoegen en bijwerken
    15. Favoriete assets maken en beheren in Dreamweaver
    16. Afbeeldingen invoegen en bewerken in Dreamweaver
    17. Mediaobjecten toevoegen
    18. Video's toevoegen in Dreamweaver
    19. HTML5-video invoegen
    20. SWF-bestanden invoegen
    21. Audio-effecten toevoegen
    22. HTML5-audio invoegen in Dreamweaver
    23. Werken met bibliotheekitems
    24. Arabische en Hebreeuwse tekst gebruiken in Dreamweaver
  10. Koppelingen en navigatie
    1. Over koppelingen en navigatie
    2. Koppelingen
    3. Afbeeldingen met hyperlinks
    4. Problemen met koppelingen oplossen
  11. jQuery-widgets en -effecten
    1. De jQuery-gebruikersinterface en mobiele widgets in Dreamweaver gebruiken
    2. jQuery-effecten gebruiken in Dreamweaver
  12. Websites coderen
    1. Over coderen in Dreamweaver
    2. Coderingsomgeving in Dreamweaver
    3. Coderingsvoorkeuren instellen
    4. Codekleuren aanpassen
    5. Code schrijven en bewerken
    6. Coderingstips en codevoltooiing
    7. Code samenvouwen en uitvouwen
    8. Code hergebruiken met codefragmenten
    9. Linting voor code gebruiken
    10. Code optimaliseren
    11. Code bewerken in de ontwerpweergave
    12. Werken met de kopinhoud van pagina's
    13. Include-bestanden op de server invoegen in Dreamweaver
    14. Tagbibliotheken gebruiken in Dreamweaver
    15. Aangepaste tags importeren in Dreamweaver
    16. JavaScript-gedrag gebruiken (algemene instructies)
    17. Ingebouwd JavaScript-gedrag toepassen
    18. Over XML en XSLT
    19. XSL-transformaties op de server uitvoeren in Dreamweaver
    20. XSL-transformaties op de client uitvoeren in Dreamweaver
    21. Tekenentiteiten toevoegen voor XSLT in Dreamweaver
    22. Code opmaken
  13. Productonafhankelijke workflows
    1. Extensies in Dreamweaver installeren en gebruiken
    2. In-app updates in Dreamweaver
    3. Microsoft Office-documenten invoegen in Dreamweaver (alleen Windows)
    4. Werken met Fireworks en Dreamweaver
    5. Inhoud bewerken op Dreamweaver-sites met behulp van Contribute
    6. Integratie van Dreamweaver met Business Catalyst
    7. Persoonlijke e-mailcampagnes maken
  14. Sjablonen
    1. Over Dreamweaver-sjablonen
    2. Sjablonen en op een sjabloon gebaseerde documenten herkennen
    3. Een Dreamweaver-sjabloon maken
    4. Bewerkbare gebieden maken in sjablonen
    5. Herhalingsgebieden en tabellen maken in Dreamweaver
    6. Optionele gebieden in sjablonen gebruiken
    7. Bewerkbare tagkenmerken in Dreamweaver definiëren
    8. Geneste sjablonen maken in Dreamweaver
    9. Sjablonen bewerken, bijwerken en verwijderen
    10. XML-inhoud exporteren en importeren in Dreamweaver
    11. Een sjabloon uit een bestaand document toepassen of verwijderen
    12. Inhoud bewerken in Dreamweaver-sjablonen
    13. Syntaxisregels voor sjabloontags in Dreamweaver
    14. Voorkeuren voor de markering van sjabloongebieden instellen
    15. Voordelen van het gebruik van sjablonen in Dreamweaver
  15. Mobiel en meerdere schermen
    1. Mediaquery's maken
    2. Paginastand voor mobiele apparaten wijzigen
    3. Web-apps voor mobiele apparaten maken met Dreamweaver
  16. Dynamische sites, pagina's en webformulieren
    1. Informatie over web-applicaties
    2. Uw computer instellen voor het ontwikkelen van applicaties
    3. Problemen met databaseverbindingen oplossen
    4. Verbindingsscripts verwijderen in Dreamweaver
    5. Dynamische pagina's ontwerpen
    6. Overzicht van dynamische inhoudsbronnen
    7. Bronnen met dynamische inhoud definiëren
    8. Dynamische inhoud toevoegen aan pagina's
    9. Dynamische inhoud wijzigen in Dreamweaver
    10. Databaserecords weergeven
    11. Livegegevens leveren en problemen oplossen Dreamweaver
    12. Aangepast servergedrag toevoegen in Dreamweaver
    13. Formulieren maken met Dreamweaver
    14. Formulieren gebruiken om informatie van gebruikers te verzamelen
    15. ColdFusion-formulieren maken en inschakelen in Dreamweaver
    16. Webformulieren maken
    17. Verbeterde HTML5-ondersteuning voor formulierelementen
    18. Een formulier ontwikkelen met Dreamweaver
  17. Applicaties visueel samenstellen
    1. Hoofd- en detailpagina's maken in Dreamweaver
    2. Zoekpagina's en resultatenpagina's maken
    3. Een pagina voor het invoegen van records maken
    4. Een pagina voor het bijwerken van records maken in Dreamweaver
    5. Pagina's voor het verwijderen van records maken in Dreamweaver
    6. ASP-opdrachten gebruiken om een database aan te passen in Dreamweaver
    7. Een registratiepagina maken
    8. Een aanmeldingspagina maken
    9. Een pagina maken waartoe alleen geautoriseerde gebruikers toegang hebben
    10. Mappen beveiligen in ColdFusion met Dreamweaver
    11. ColdFusion-componenten gebruiken in Dreamweaver
  18. Websites testen, voorvertonen en publiceren
    1. Pagina's voorvertonen
    2. Dreamweaver-webpagina's voorvertonen op meerdere apparaten
    3. Uw Dreamweaver-site testen
  19. Problemen oplossen
    1. Opgeloste problemen
    2. Bekende problemen

 

 

Leer hoe u webpagina's kunt ontwerpen, bewerken en voorvertonen in Live View. U kunt elementen opnieuw rangschikken of elementen invoegen, kiezers toepassen, afbeeldingskenmerken bewerken en tekst invoegen, bewerken en opmaken zonder over te schakelen naar codeweergave.

In Live View wordt een op Chromium gebaseerde rendering-engine gebruikt, zodat de inhoud er in Dreamweaver net zo uitziet als in uw favoriete webbrowsers. Tijdens het ontwikkelen kunt u overschakelen naar Live View om snel een voorvertoning van uw pagina weer te geven. Ook kunt u HTML-elementen rechtstreeks in Live View weergeven, zodat u minder hoeft te schakelen tussen de verschillende weergaven (code- en ontwerpweergave) en tijd bespaart.

Live View wordt direct vernieuwd om de wijzigingen op de pagina weer te geven.

U kunt de volgende componenten gebruiken om uw pagina in Live View te bewerken:

  • Deelvenster DOM: (Venster > DOM) geeft de HTML-structuur van uw document weer en u kunt elementen in de weergave kopiëren, plakken, dupliceren, verwijderen en opnieuw indelen. Zie Het deelvenster DOM voor meer informatie.
  • Elementweergave: wordt boven het geselecteerde HTML-element in Live View weergegeven. In de elementweergave kunt u HTML-elementen koppelen aan klassen en id's. Zie HTML-elementen aan klassen en id's koppelen voor meer informatie.
  • Snelle eigenschappencontrole: wordt weergegeven wanneer u op het sandwichpictogram in de elementweergave klikt of tekst selecteert. In de Snelle eigenschappencontrole kunt u afbeeldingskenmerken bewerken en tekst opmaken in Live View. Zie Snelle eigenschappencontrole voor meer informatie.
  • Eigenschappencontrole van Live View: wordt onder het documentvenster weergegeven. U kunt hierin allerlei HTML- en CSS-eigenschappen bewerken. Zie Eigenschappencontrole van Live View voor meer informatie.
  • Deelvenster Invoegen: (Venster > Invoegen) u kunt elementen vanuit dit deelvenster rechtstreeks naar Live View slepen. Zie Elementen rechtstreeks in Live View invoegen voor meer informatie.
Opmerking:

Als uw pagina dynamisch (door scripts) wordt gewijzigd of voor de pagina het vernieuwen van metagegevens is ingeschakeld, kunnen bewerkingen die u in Live View uitvoert, verloren gaan.

Tips:

  • Als er niets meer in Live View wordt weergegeven wanneer u de pagina bewerkt, schakelt u Live View uit en vervolgens weer in.
  • Als de bewerkingen niet op de pagina worden weergegeven, klikt u in Live View op de knop Vernieuwen.

Inhoud die dynamisch door databases of JavaScript wordt weergegeven en niet-bewerkbare gebieden in sjablonen kunnen niet in Live View worden weergeven. Wanneer u in Live View op dergelijke elementen klikt, wordt er een grijze rand rond deze elementen weergegeven om aan te geven dat de elementen niet kunnen worden bewerkt.

Een element met een grijze rand in Live View kan niet worden bewerkt
Een element met een grijze rand in Live View kan niet worden bewerkt

Opmerking:

In Live View zijn alleen de opties die voor het geselecteerde element van toepassing zijn, beschikbaar in het hoofdmenu. Opties die niet van toepassing zijn, worden grijs weergegeven en zijn niet beschikbaar wanneer het element wordt geselecteerd.

Elementweergave

In de elementweergave kunt u in Live View rechtstreeks HTML-elementen aan klassen en id's koppelen. In de elementweergave krijgt u tips over de beschikbare klassen en id's die u helpen snel de vereiste optie weer te geven en te kiezen. 

U kunt ook tabellen opmaken met de elementweergave. Gebruik de koppeling voor meer informatie.

HTML-elementen aan klassen en id's koppelen

Klik op het gewenste element in Live View. De elementweergave verschijnt en in de weergave worden de momenteel gekoppelde klasse en id weergegeven.

In Live View kunt u ook in het deelvenster DOM op het HTML-element klikken om de elementweergave voor het element weer te geven.

De elementweergave voor het element
De elementweergave voor het element

  • Als u de koppeling tussen het HTML-element en een klasse of id ongedaan wilt maken, klikt u op de 'x' naast de klasse of id.
  • Als u de klasse of id wilt wijzigen die is gekoppeld aan het HTML-element, klikt u in het vak. Er wordt een lijst met beschikbare klassen en id's weergegeven. Klik op de gewenste optie.
  • Als u een klasse of een id wilt toevoegen en wilt toepassen op het element, klikt u op de '+' en typt u de naam. Klik op '+' of druk op Enter om de wijzigingen op te slaan.

U kunt vervolgens CSS ontwerpen gebruiken om een kiezer te definiëren die deze klasse of id bevat. Zie Pagina's opmaken met CSS ontwerpen voor meer informatie.

Opmerking:

De elementweergave van overgangselementen beweegt niet mee met de elementen wanneer de overgang wordt geactiveerd. De wijzigingen die u via de elementweergave aanbrengt, worden wel van kracht, maar niet op dezelfde locatie als het overgangselement. 

Snelle eigenschappencontrole

Snelle eigenschappencontrole voor afbeeldingen

De functie Snelle eigenschappencontrole verschijnt direct boven de geselecteerde elementen in Live View. Met deze eigenschappencontrole kunt u kenmerken bewerken of tekst opmaken in Live View.

Snelle eigenschappencontrole wordt direct boven de pagina-elementen in Live View weergegeven
Snelle eigenschappencontrole wordt direct boven de pagina-elementen in Live View weergegeven

Als u Snelle eigenschappencontrole wilt weergeven of verbergen, drukt u op Ctrl+Alt+H (Win) of CMD+Ctrl+H (Mac).

Opmerking:

Het pictogram van de codenavigator wordt niet weergegeven in Live View als u gebruikmaakt van Snelle eigenschappencontrole.

De Snelle eigenschappencontrole bevat ook opties voor het aanpassen van afbeeldingen in Bootstrap-documenten.

Snelle eigenschappencontrole voor afbeeldingen in Bootstrap-documenten
Snelle eigenschappencontrole voor afbeeldingen in Bootstrap-documenten

  • Bijsnijden naar vorm: klik om de hoeken van afbeeldingen bij te snijden tot cirkelvormige of afgeronde hoeken of als miniatuurafbeelding.
  • Afbeelding responsief maken: klik om afbeeldingen responsief maken, zodat ze zich aanpassen aan verschillende schermgrootten.

Snelle eigenschappencontrole voor tekst

Met Snelle eigenschappencontrole voor tekst in Live View kunt u snel tekst opmaken, laten inspringen en van een hyperlink voorzien. Snelle eigenschappencontrole voor tekst wordt weergegeven wanneer u op het sandwichpictogram voor tekstelementen klikt: h1-h6, pre en p.

Snelle eigenschappencontrole voor tekst
Snelle eigenschappencontrole voor tekst

  • Met de opmaakoptie kunt u de tag van het element snel wijzigen in een van de volgende: h1-h6, p en pre. 
  • Met de koppelingsoptie kunt u een hyperlink aan het tekstelement toevoegen. 
  • Met de pictogrammen voor Vetgedrukt en Cursief kunt u de tags <strong> en <em> aan het tekstelement toevoegen.
  • Met de pictogrammen voor inspringen kunt u de tekst laten inspringen of de inspringing verwijderen. De tag <blockquote> wordt overeenkomstig toegevoegd aan of verwijderd uit de code.

In Bootstrap-documenten kunt u met de Snelle eigenschappencontrole voor tekst de tekstelementen ook uitlijnen en transformeren.

  • Uitlijnen: u kunt Bootstrap-tekstelementen links, gecentreerd, rechts of regelvullend uitlijnen door de betreffende klassen toe te passen.
  • Transformeren: u kunt het hoofdlettergebruik van een element wijzigen door de klassen voor kleine letters, hoofdletters of hoofdletters als in een zin toe te passen.

Eigenschappencontrole van Live View

Eigenschappencontrole van Live View is de traditionele eigenschappencontrole die onder het documentvenster beschikbaar is.

Met de eigenschappencontrole van Live View kunt u de meest voorkomende eigenschappen voor het momenteel geselecteerde pagina-element, zoals tekst of een ingevoegd object, onderzoeken en bewerken. De inhoud van de eigenschappencontrole van Live View varieert, afhankelijk van het geselecteerde element.

Opmerking:

Eigenschappencontrole van Live View is niet beschikbaar op pagina's met dynamische rasters.

Als u Help-informatie wilt bekijken over een bepaald item in de eigenschappencontrole, klikt u op de knop Help rechtsboven in de eigenschappencontrole of selecteert u Help in het optiemenu van de eigenschappencontrole. 

Hier volgen de elementen die u met deze eigenschappencontrole van Live View kunt bewerken:

  • HTML
  • CSS
  • Image
  • Table
  • Media - alleen HTML5-audio en HTML5-video
  • Anchor
  • Form
  • FormButton
  • FormTextArea
  • FormSubmitButton
  • FormRange
  • FormRadioButton
  • FormList
  • FormImage
  • FormFile
  • FormCheckBox
  • FormColor
  • FormDate
  • FormDateTime
  • FormDateTimeLocal
  • FormMonth
  • FormTime
  • FormWeek
  • FormNumber
  • FormLabel
  • FormHidden
  • FormGeneric
Opmerking:

Eigenschappen die zijn gerelateerd aan de jQuery-gebruikersinterface en sjablonen kunnen niet in de eigenschappencontrole van Live View worden bewerkt.

HTML-kenmerken bewerken

U kunt snel en rechtstreeks HTML-kenmerken van afbeeldingen in Live View toevoegen, bewerken of verwijderen met de Snelle eigenschappencontrole.

De Snelle eigenschappencontrole voor afbeeldingen wordt weergegeven wanneer u op het sandwichpictogram klikt. Afhankelijk van de beschikbare ruimte, wordt de eigenschappencontrole van Live View rechts, links, onder of boven de afbeelding weergegeven. U kunt de eigenschappencontrole van Live View verplaatsen en op elke gewenste positie neerzetten. 

Snelle eigenschappencontrole voor het bewerken van kenmerken
Snelle eigenschappencontrole voor het bewerken van kenmerken

Als u de kenmerken wilt bewerken, klikt u op het sandwichpictogram in de Snelle eigenschappencontrole. U kunt de bron van de afbeelding samen met andere eigenschappen, zoals titel en alt wijzigen. De wijzigingen worden onmiddellijk doorgevoerd. Zo kunt u ook de Breedte en Hoogte van de afbeelding aanpassen in Live View.

De wijzigingen die u aanbrengt, worden opgeslagen wanneer u een van de volgende handelingen uitvoert:

  • Ergens buiten de eigenschappencontrole klikken
  • Drukken op Enter
  • Drukken op Tab om een ander kenmerk in de eigenschappencontrole te bewerken
  • Het bestand opslaan

Wanneer afbeeldingen dynamisch worden geladen, kunt u de Snelle eigenschappencontrole gebruiken om snel de kenmerken te controleren die voor de afbeelding zijn ingesteld. 

Tekst rechtstreeks in Live View bewerken

U kunt tekstelementen nu rechtstreeks in Live View bewerken. Klik eenvoudig op het tekstelement om dit te bewerken. In de elementweergave drukt u op Enter om de tekst te bewerken.

Opmerking:

Wanneer u op Enter drukt nadat u de bewerkingsmodus hebt geactiveerd, kunnen resultaten variëren, afhankelijk van de locatie van de invoegpositie voordat u op Enter drukte. De wijzigingen zijn vergelijkbaar met hetgeen er gebeurt wanneer u op Enter drukt tijdens het bewerken van tekst in de ontwerpweergave.

De oranje rand rondom het tekstelement geeft aan dat de modus wordt gewijzigd in de bewerkingsmodus. 

Een oranje rand geeft de bewerkingsmodus aan
Een oranje rand geeft de bewerkingsmodus aan

De invoegpositie wordt geplaatst op de plek waar u klikt. Als u alle tekst in het tekstelement wilt selecteren, klikt u drie keer in het tekstelement.

Knippen, kopiëren en plakken, ongedaan maken en opnieuw uitvoeren worden ondersteund terwijl u tekst in Live View bewerkt. Wanneer u tekst plakt, wordt de tekst als tekst zonder opmaak geplakt.

Met de functie voor automatische synchronisatie kunt u bewerkingen die in Live View zijn gedaan, automatisch synchroniseren met de codeweergave. 

De volgende tabel bevat de ondersteunde en niet-ondersteunde scenario's tijdens het bewerken van tekst in Live View:

Ondersteund

Niet ondersteund

Alle HTML-elementen die tekst kunnen bevatten en semantische tags

Het bewerken van ongeldige of verbroken tags. Als de HTML-code verbroken of ongeldige tags bevat, wordt het bewerken van dergelijke tags bepaald door de manier waarop browsers deze tags waarnemen:

  • Als browsers de HTML-code voor u herstellen zodat de verbroken tag wordt gesloten, kunt u de tags mogelijk in Live View bewerken.
  • Als browsers tijdens het weergeven een nieuwe tag toevoegen, kunt u de verbroken of ongeldige tags niet bewerken.

 

De HTML-bestanden die zijn gebaseerd op sjablonen in Live View

Het bewerken van jQuery-pagina's

Structurele tags die inline-elementen bevatten. Deze worden samen in één vak weergegeven voor bewerking.

Het bewerken van tags die zowel statische als dynamische inhoud bevatten. Hoewel u wel de kiezers voor dergelijke tags kunt bewerken, kunt u geen tekst rechtstreeks in Live View bewerken. Als u in Live View dubbelklikt op dergelijke elementen, wordt er een grijze rand rond deze elementen weergegeven om aan te geven dat het bewerken van tekst niet wordt ondersteund.

Statische tekst in dynamische pagina's

 

Tekst die entiteiten bevat

 

Tekst opmaken

U kunt de opmaak van tekst en hyperlinktekst nu rechtstreeks in Live View wijzigen. Als u de opties voor tekstopmaak wilt weergeven, selecteert u een woord of een woordgroep. De Snelle eigenschappencontrole met opmaakopties wordt direct boven de geselecteerde tekst weergegeven.

Snelle eigenschappencontrole voor het opmaken van tekst
Snelle eigenschappencontrole voor het opmaken van tekst

Elementen rechtstreeks in Live View invoegen

Via het deelvenster Invoegen kunt u elementen rechtstreeks naar de gewenste positie in het document slepen in Live View. Met de visuele hulpmiddelen in Live View, zoals livehulplijnen en de DOM-pictogrammen, kunt u elementen die u sleept beter plaatsen ten opzichte van een element dat wordt aangewezen.

Livehulplijnen (groen) worden weergegeven als u de muisaanwijzer op de verschillende elementen op de pagina plaatst voordat u het element neerzet. Deze hulplijnen geven de posities aan waar het element kan worden ingevoegd. Ze kunnen boven, onder, links of rechts worden weergegeven van het element dat u aanwijst.

  • Boven en onder: worden behalve bij inline tags bij alle typen elementen en tags weergegeven als de muisaanwijzer erop wordt geplaatst. Wanneer u de muisaanwijzer in de eerste (bovenste) 50% van het element plaatst, worden de hulplijnen boven het aangewezen element weergegeven. Wanneer u de muisaanwijzer in de laatste (onderste) 50% van het element plaatst, worden de hulplijnen onder het aangewezen element weergegeven.
Livehulplijnen boven en onder
Livehulplijnen boven en onder aangewezen elementen

  • Links en rechts: worden weergegeven wanneer u de muisaanwijzer op inlinetags plaatst, bijvoorbeeld op <a>, <span> of op tags waarvoor de eigenschap 'zwevend' is ingesteld.
Livehulplijnen rechts en links van aangewezen elementen
Livehulplijnen rechts en links van aangewezen elementen

Als u even pauzeert voordat u het element neerzet, verschijnt het pictogram DOM (</>). Wanneer u de muis op dit pictogram plaatst, wordt het deelvenster DOM geopend en kunt u het element in de DOM-structuur van het document neerzetten.

Als u elementen rechtstreeks in Live View wilt invoegen, voert u de volgende stappen uit:

  1. Schakel over naar Live View.

  2. Klik in het deelvenster Invoegen op het gewenste element en sleep het element naar het document. U kunt ook op het gewenste element in het deelvenster Invoegen klikken.

    Tip: Als u geen elementen van het deelvenster Invoegen naar de pagina kunt slepen, start u uw computer opnieuw op en probeert u het opnieuw.

  3. Zet het element boven, onder, rechts of links van een element neer op basis van de livehulplijnen. Of zet het element op de exacte plaats in de documentstructuur neer door op </> te klikken en het deelvenster DOM te gebruiken.

    Het element wordt in de pagina ingevoegd en wordt gemarkeerd.

Selectiekader

Met het selectiekader kunt u eenvoudig een tekstblok selecteren door in Live View in een tag te klikken en te slepen. In eerdere versies van Dreamweaver dan 2014.1 werd het volledige element verplaatst als u op een tekstblok klikte en dit versleepte. 

Opmerking:

U kunt het selectiekader in Live View alleen gebruiken voor bewerkingen die worden ondersteund door de browser. 

Elementen selecteren en slepen en neerzetten

In Live View kunt u een element verplaatsen door op de tagnaam te klikken en het element vervolgens naar de gewenste locatie te slepen. Wanneer u op een tagnaam klikt, verschijnt het handje dat aangeeft dat u de tag vanaf het betreffende punt kunt slepen. Wanneer u de tag begint te slepen, zorgen de hulplijnen ervoor dat u de tag op de exacte locatie kunt plaatsen.  

Als u in Live View op een tagnaam klikt, kunt u in de codeweergave de volledige inhoud van de betreffende tag selecteren.

Klik in Live View op een tagnaam om in de codeweergave de volledige inhoud van de betreffende tag te selecteren.
Klik in Live View op een tagnaam om in de codeweergave de volledige inhoud van de betreffende tag te selecteren

Code controleren in Live View

U kunt de controlemodus gebruiken in combinatie met Live View om snel HTML-elementen en de bijbehorende CSS-stijlen te identificeren. Als de controlemodus is ingeschakeld, kunt u de muisaanwijzer op elementen op de pagina plaatsen om de kenmerken van het CSS-kadermodel weer te geven voor elk element op blokniveau.

Naast de visuele weergave van het kadermodel in de controlemodus kunt u tevens het deelvenster CSS ontwerpen gebruiken wanneer u de muisaanwijzer op elementen in Live View plaatst.

Als u het deelvenster CSS ontwerpen hebt geopend in de huidige modus en de muisaanwijzer op een element op de pagina plaatst, worden de regels en eigenschappen in het deelvenster CSS ontwerpen automatisch bijgewerkt met de regels en eigenschappen voor het betreffende element.

Weergaven of deelvensters die verwant zijn aan het element waarop u de muisaanwijzer hebt geplaatst, worden ook bijgewerkt (bijvoorbeeld de codeweergave, tagkiezer, eigenschappencontrole enzovoort).

  1. Zorg dat het document is geopend in het documentvenster en klik op Weergave > Inspecteren.

    Opmerking:

    Als Live View nog niet is ingeschakeld, wordt dit automatisch gedaan door de controlemodus.

  2. Plaats de muisaanwijzer op elementen op de pagina om het CSS-kadermodel weer te geven. De rand, marge, opvulling en inhoud worden in de controlemodus gemarkeerd met verschillende kleuren.

  3. (Optioneel) Druk op de pijl naar links op uw toetsenbord om het bovenliggende element van het momenteel gemarkeerde element te markeren. Druk op de pijl naar rechts om het onderliggende element weer te markeren.

  4. (Optioneel) Klik op een element om een gemarkeerde selectie te vergrendelen.

    Opmerking:

    als u op een element klikt om een gemarkeerde selectie te vergrendelen, wordt de controlemodus uitgeschakeld.

Toetsenbordnavigatie in Live View

U kunt met uw toetsenbord pagina-elementen of kiezers in de elementweergave doorlopen om het bewerken te versnellen. 

Pagina-elementen doorlopen

Met de toetsen Pijl-omhoog en Pijl-omlaag kunt u eenvoudig de pagina-elementen in Live View doorlopen. U doorloopt de elementen op basis van de DOM-structuur van het document.

Met de toetsenbordnavigatie in Live View hebt u snel toegang tot geneste elementen en elementen die tussen tags zijn geplaatst.

Wanneer u met de toetsen Pijl-omhoog en Pijl-omlaag naar een element gaat, verschijnt de elementweergave voor dat element. U kunt vervolgens in de elementweergave naar de kiezers gaan of op Enter drukken om de tekst rechtstreeks in Live View te bewerken.

Hier is de alinea geselecteerd
Hier is de alinea geselecteerd. Wanneer u opnieuw op de toets Pijl-omlaag drukt, wordt het volgende element in de DOM-structuur, de vetgedrukte tekst, geselecteerd, zoals wordt weergegeven in de volgende afbeelding.

Afbeelding krijgt als eerste de focus
Hier heeft eerst de afbeelding de focus. Wanneer u op de toets Pijl-omlaag klikt, wordt de alinea onder de afbeelding geselecteerd, zoals wordt weergegeven in de volgende afbeelding.

Vetgedrukte tekst is geselecteerd
De vetgedrukte tekst is geselecteerd.

Kiezers doorlopen

Druk op de Tab-toets om de kiezers in de elementweergave te doorlopen. De kiezer met de focus wordt weergegeven met een oranje rand zoals hieronder wordt aangegeven:

Kiezer met focus is gemarkeerd
De kiezer met de focus wordt gemarkeerd met een oranje rand.

Als u na de kiezer die als laatste is toegepast, op de Tab-toets drukt, wordt het tekstvak Kiezer toevoegen weergegeven. 

Opmerking:

U kunt Ctrl+[ of Cmd+[ gebruiken om het bovenliggende element te selecteren en Ctrl+] of Cmd+] om het onderliggende element te selecteren.

Bewerken in Live View uitschakelen

Als u de elementweergave en de Snelle eigenschappencontrole liever niet in Live View wilt gebruiken, kunt u deze bewerkingsfuncties uitschakelen.

Sneltoetsen:

  • (Win) Ctrl+Alt+H
  • (Mac) Cmd+Ctrl+H
  1. Schakel over naar Live View en klik op Weergave > Live View-opties ().

  2. Selecteer Live View-weergaven verbergen.

Niet-ondersteunde scenario's

  • De sjabloonbestanden van Dreamweaver kunnen niet in Live View worden bewerkt.
  • Tags die zowel statische als dynamische inhoud bevatten. Hoewel u wel de kiezers voor dergelijke tags kunt bewerken, kunt u geen tekst in Live View bewerken. Als u in Live View dubbelklikt op dergelijke elementen, wordt er een grijze rand rond deze elementen weergegeven om aan te geven dat het bewerken van tekst niet wordt ondersteund.
  • Tags waarop pseudokiezers zijn toegepast. Wanneer u dergelijke elementen in Live View probeert te bewerken, kan dit leiden tot onverwachte resultaten.
  • CSS-rasters worden alleen ondersteund in Live View in Dreamweaver 2019 en hogere versies.

 Adobe

Krijg sneller en gemakkelijker hulp

Nieuwe gebruiker?

Adobe MAX 2024

Adobe MAX
De creativiteitsconferentie

14–16 oktober Miami Beach en online

Adobe MAX

De creativiteitsconferentie

14–16 oktober Miami Beach en online

Adobe MAX 2024

Adobe MAX
De creativiteitsconferentie

14–16 oktober Miami Beach en online

Adobe MAX

De creativiteitsconferentie

14–16 oktober Miami Beach en online