Op elk gewenst moment kunt u de standaardinstellingsopties van het document wijzigen voor maateenheden, transparantierasterweergave, achtergrondkleur en tekstinstellingen zoals taal, aanhalingstekensstijl, superscript- en subscriptgrootte, afloopgebied en exporteerbaarheid. Met de knop Tekengebieden bewerken sluit u dit dialoogvenster en activeert u de tool Tekengebied.
Als u tekengebieden wilt bewerken (bijvoorbeeld om de richting te wijzigen van Staand in Liggend), klikt u op Tekengebieden bewerken om over te schakelen op de modus voor het bewerken van tekengebieden.
De optie Gekleurd papier simuleren is handig als u het document wilt afdrukken op gekleurd papier. Als u bijvoorbeeld een blauw object op een gele achtergrond tekent, wordt het object groen weergegeven. De simulatie wordt alleen uitgevoerd wanneer het transparantieraster niet wordt weergegeven.
Standaard wordt elk tekengebied in Illustrator afgedrukt op één vel papier. Als de illustratie echter groter is dan de papierformaten die op uw printer beschikbaar zijn, kunt u de illustratie afdrukken op meerdere vellen papier.
U kunt een tekengebied opsplitsen op basis van de beschikbare paginaformaten van een printer. Dit wordt verdeling genoemd. In het gedeelte Algemeen van het dialoogvenster Afdrukken kunt u een paginaverdelingsoptie selecteren. Kies Weergave > Afdrukverdeling tonen om de grenzen van de afdrukverdeling in het tekengebied weer te geven.
Wanneer u het tekengebied opsplitst in meerdere delen, worden de pagina's genummerd van links naar rechts en van boven naar beneden, en de nummering begint bij pagina 1. Deze paginanummers worden alleen op het scherm weergegeven en worden niet afgedrukt. Aan de hand van de nummers kunt u alle pagina's in het bestand of alleen bepaalde pagina's afdrukken.
Er zijn verschillende manieren waarop u kunt in- of uitzoomen.
Wanneer je in- of uitzoomt (met de tool Zoomen of de sneltoetsen voor deze tool) terwijl je een illustratie bewerkt, plaatst Illustrator de geselecteerde illustratie in het midden van de weergave. Als de selectie ankerpunten of segmenten bevat, worden deze ankerpunten ook midden in de weergave geplaatst wanneer je in- of uitzoomt. Als je Inzoomen op selectie wilt uitschakelen, ga je naar Voorkeuren > Weergave selectie en anker. Schakel vervolgens de optie Inzoomen op selectie uit.
Als ontwerper van drukwerk wilt u uw illustraties waarschijnlijk op ware grootte bekijken voordat u ze afdrukt. Hiervoor kunt u een afdrukvoorvertoning van het document genereren op ware grootte met 100% zoom.
Kies Weergave > Ware grootte om schermelementen op ware grootte te bekijken, ongeacht de grootte en resolutie van uw monitor. Als u nu 100% inzoomt op een document, weerspiegelen de afmetingen van elk object in het document de feitelijke fysieke grootte van het object. Als u bijvoorbeeld een nieuw tekengebied van A4-formaat opent en op Ware grootte klikt, krijgt het tekengebied het formaat van een echt A4-vel.
De ware grootte werkt voor alle resoluties, schaalfactoren en weergavemodi, met uitzondering van de modus Voorvertoning pixels.
Als je meer dan één monitor gebruikt, wordt de ware grootte alleen op de primaire monitor getoond.
De optie Ware grootte is standaard ingeschakeld, waardoor het document met 100% zoom altijd wordt weergegeven in ware grootte. Als u echter wilt dat de weergave van uw document onveranderd blijft als u 100% bent ingezoomd, kunt u de optie Ware grootte uitschakelen. Dit doet u als volgt:
Zie Documenten instellen voor afdrukken voor meer informatie over het instellen van documenten die worden afgedrukt.
Voer een van de volgende handelingen uit als u een ander deel van het tekengebied wilt weergeven:
Met het deelvenster Navigator (Venster > Navigator) wijzigt u snel de weergave van de illustratie met behulp van een miniatuur. Het gekleurde vak in het deelvenster Navigator (dit wordt het voorvertoningsgebied genoemd) komt overeen met het op dat moment zichtbare gebied in het illustratievenster.
A. Miniatuurweergave van illustratie B. De knop voor het deelvenstermenu C. Zoomvak D. Knop Uitzoomen E. Voorvertoningsgebied F. Zoomschuifregelaar G. Knop Inzoomen
U kunt het deelvenster Navigator op de volgende manieren aanpassen:
Standaard worden alle illustraties in Adobe Illustrator in kleur weergegeven. U kunt illustraties echter zo weergeven dat alleen de omtrekken (of paden) zichtbaar zijn. Wanneer u met ingewikkelde illustraties werkt en deze zonder kleurkenmerken worden weergegeven, kan het scherm sneller worden opgebouwd.
In de omtrekmodus worden gekoppelde bestanden standaard weergegeven als omlijnde vakken die een X bevatten. Als u de inhoud van gekoppelde bestanden wilt weergeven, kiest u Bestand > Documentinstellingen en selecteert u Afbeeldingen tonen in omtrekmodus.
U kunt uw illustraties in Illustrator in de modus GPU-voorvertoning als omtrekken weergeven op beeldschermen met een resolutie van meer dan 2000 pixels breed of hoog. Als u illustraties weergeeft in de modus GPU-contour, zijn de paden vloeiender en worden complexe illustraties sneller vernieuwd op beeldschermen met een hoge dichtheid.
Tip: Je kunt alle items in het deelvenster Lagen weer voorvertonen door Voorvertoning alle lagen te kiezen in het menu van het deelvenster Lagen.
U kunt hetzelfde document in meerdere vensters tegelijk openen. Voor elk venster kunnen andere weergave-instellingen gelden. U kunt een venster bijvoorbeeld aanzienlijk vergroten voor gedetailleerd werk met bepaalde objecten en een minder vergroot venster maken voor de lay-out van die objecten op de pagina.
(Windows) Met de opties in het menu Venster kunt u naar wens meerdere geopende vensters rangschikken. Met Trapsgewijs worden vensters gestapeld en aflopend van linksboven naar rechtsonder in het scherm weergegeven. Met Naast elkaar worden de vensters naast elkaar geschikt. Met Pictogrammen schikken worden de geminimaliseerde vensters binnen het programmavenster geordend.
In plaats van meerdere vensters kunt u ook meerdere weergaven maken. Voor elk document kunt u maximaal 25 weergaven maken en opslaan.
Meerdere vensters verschillen in de volgende opzichten van meerdere weergaven:
Meerdere weergaven worden bij het document opgeslagen, meerdere vensters niet.
Meerdere vensters kunnen gelijktijdig worden weergegeven.
Gelijktijdige meerdere weergaven zijn alleen mogelijk als er meerdere vensters zijn geopend waarin ze kunnen worden weergegeven. Bij het wijzigen van de weergave, wordt het actieve venster gewijzigd; er wordt geen nieuw venster gemaakt.
In Illustrator kunt u op de volgende manieren bekijken hoe aspecten van illustraties eruit zien in gedrukte vorm of bij weergave op het web of op een mobiel apparaat:
Modus Voorvertoning overdruk (Weergave > Voorvertoning overdruk)
Hiermee wordt een 'voorvertoning met inkt' weergegeven waarin wordt geschat hoe het overvloeien, de transparantie en het overdrukken eruit zullen zien bij uitvoer met kleurscheiding.
Modus Voorvertoning pixels (Weergave > Voorvertoning pixels)
Hiermee wordt geschat hoe de illustraties worden weergegeven wanneer de illustraties in een webbrowser worden gerasterd en weergegeven.
Modus Verkleinweergave (Weergave > Verkleinweergave)
Hiermee wordt de weergave tot de grenzen van de illustratie verkleind. In deze modus worden alle niet-afdrukbare objecten in de illustratie verborgen, zoals rasters, hulplijnen en elementen die buiten de rand van het tekengebied vallen. Alle illustraties die buiten het tekengebied vallen, worden uitgeknipt. U kunt in deze schermmodus illustraties blijven maken en bewerken.
Deze modus is geschikt voor het weergeven van illustraties, zoals posters.
Voorvertoning van afvlakker (Venster > Voorvertoning van afvlakker)
Hiermee worden gebieden in de illustratie gemarkeerd die voldoen aan bepaalde criteria voor afvlakking wanneer de illustratie wordt opgeslagen of afgedrukt.
Elektronische proefdrukken
Hiermee wordt geschat hoe de kleuren van een document op een bepaald type beeldscherm of uitvoerapparaat worden weergegeven.
Anti-aliasing
Hiermee worden vectorobjecten vloeiender weergegeven op het scherm en krijgt u een beter idee hoe vectorillustraties eruit zullen zien wanneer deze met een PostScript®-printer worden afgedrukt. De reden hiervoor is dat schermresoluties relatief beperkt zijn terwijl vectorillustraties vaak met een hoge resolutie worden afgedrukt. Kies Bewerken > Voorkeuren > Algemeen (Windows) of Illustrator > Voorkeuren > Algemeen (Mac OS), selecteer Anti-aliased illustratie en klik op OK als u anti-aliasing wilt inschakelen.
Device Central (Bestand > Device Central)
Hiermee kunt u een voorvertoning bekijken van hoe uw document eruit ziet op een bepaalde mobiele telefoon of een bepaald apparaat.
In de presentatiemodus neemt het actieve tekengebied van het actuele Illustrator-document het hele scherm in beslag. In deze modus zijn het applicatiemenu, de deelvensters, hulplijnen, rasters en alle selecties verborgen. Het is een niet-bewerkbare modus waarin alleen de illustratie in het tekengebied wordt weergegeven. Deze modus is geschikt voor het presenteren van ontwerpideeën.
Ga op een van de volgende manieren te werk om de presentatiemodus te activeren:
Om te navigeren tussen de tekengebieden, drukt u op de pijltoets links of rechts om naar respectievelijk het vorige of volgende tekengebied te gaan. U kunt ook op een willekeurige plaats klikken om door te gaan naar het volgende tekengebied.
Druk op de Esc-toets om deze modus te sluiten.
De andere sneltoetsen werken niet in de presentatiemodus.
Aanmelden bij je account