Handboek Annuleren

ColdFusion-formulieren maken en inschakelen in Dreamweaver

  1. Dreamweaver Handboek
  2. Inleiding
    1. Basisbeginselen van responsief webontwerp
    2. Nieuwe functies in Dreamweaver
    3. Webontwikkeling met Dreamweaver: een overzicht
    4. Dreamweaver / Algemene vragen
    5. Sneltoetsen
    6. Systeemvereisten voor Dreamweaver
    7. Functieoverzicht
  3. Dreamweaver en Creative Cloud
    1. Dreamweaver-instellingen synchroniseren met Creative Cloud
    2. Creative Cloud Libraries in Dreamweaver
    3. Photoshop-bestanden gebruiken in Dreamweaver
    4. Werken met Adobe Animate en Dreamweaver
    5. Voor het web geoptimaliseerde SVG-bestanden uit Libraries extraheren
  4. De werkruimten en weergaven van Dreamweaver
    1. De werkruimte van Dreamweaver
    2. De werkruimte van Dreamweaver optimaliseren voor visuele ontwikkeling
    3. Bestanden zoeken op bestandsnaam of inhoud | Mac OS
  5. Sites opzetten
    1. Over Dreamweaver-sites
    2. Een lokale versie van uw site instellen
    3. Verbinding maken met een publicatieserver
    4. Een testserver instellen
    5. Instellingen van Dreamweaver-sites importeren en exporteren
    6. Bestaande websites overzetten van een externe server naar de hoofdmap van uw lokale site
    7. Toegankelijkheidsfuncties in Dreamweaver
    8. Geavanceerde instellingen
    9. Sitevoorkeuren instellen voor het overzetten van bestanden
    10. Proxyserverinstellingen opgeven in Dreamweaver
    11. Dreamweaver-instellingen synchroniseren met Creative Cloud
    12. Git gebruiken in Dreamweaver
  6. Bestanden beheren
    1. Bestanden maken en openen
    2. Bestanden en mappen beheren
    3. Bestanden van uw server ophalen en op uw server plaatsen
    4. Bestanden inchecken en uitchecken
    5. Bestanden synchroniseren
    6. Bestanden vergelijken om verschillen op te sporen
    7. Bestanden en mappen op uw Dreamweaver-site camoufleren
    8. Ontwerpnotities inschakelen voor Dreamweaver-sites
    9. Potentieel misbruik van Gatekeeper voorkomen
  7. Lay-out en ontwerp
    1. Visuele lay-outhulpmiddelen gebruiken
    2. Uw pagina opmaken met CSS
    3. Responsieve websites ontwerpen met Bootstrap
    4. Mediaquery's maken en gebruiken in Dreamweaver
    5. Inhoud in tabellen presenteren
    6. Kleuren
    7. Responsive design met dynamische rasterlay-outs
    8. Extract in Dreamweaver
  8. CSS
    1. Informatie over CSS (Cascading Style Sheets)
    2. Pagina's opmaken met CSS ontwerpen
    3. CSS-preprocessors gebruiken in Dreamweaver
    4. CSS-stijlvoorkeuren instellen in Dreamweaver
    5. CSS-regels verplaatsen in Dreamweaver
    6. Inline CSS converteren naar een CSS-regel in Dreamweaver
    7. Werken met div-tags
    8. Verlopen toepassen op een achtergrond
    9. CSS3-overgangseffecten maken en bewerken in Dreamweaver
    10. Code opmaken
  9. Pagina-inhoud en assets
    1. Pagina-eigenschappen instellen
    2. Eigenschappen voor CSS-koppen en CSS-koppelingen
    3. Werken met tekst
    4. Tekst, tags en kenmerken zoeken en vervangen
    5. Het deelvenster DOM
    6. Bewerken in Live View
    7. Documenten coderen in Dreamweaver
    8. Elementen selecteren en weergeven in het documentvenster
    9. Teksteigenschappen instellen in de eigenschappencontrole
    10. Spelling op een webpagina controleren
    11. Horizontale lijnen gebruiken in Dreamweaver
    12. Lettertypecombinaties toevoegen en aanpassen in Dreamweaver
    13. Werken met assets
    14. Datums in Dreamweaver invoegen en bijwerken
    15. Favoriete assets maken en beheren in Dreamweaver
    16. Afbeeldingen invoegen en bewerken in Dreamweaver
    17. Mediaobjecten toevoegen
    18. Video's toevoegen in Dreamweaver
    19. HTML5-video invoegen
    20. SWF-bestanden invoegen
    21. Audio-effecten toevoegen
    22. HTML5-audio invoegen in Dreamweaver
    23. Werken met bibliotheekitems
    24. Arabische en Hebreeuwse tekst gebruiken in Dreamweaver
  10. Koppelingen en navigatie
    1. Over koppelingen en navigatie
    2. Koppelingen
    3. Afbeeldingen met hyperlinks
    4. Problemen met koppelingen oplossen
  11. jQuery-widgets en -effecten
    1. De jQuery-gebruikersinterface en mobiele widgets in Dreamweaver gebruiken
    2. jQuery-effecten gebruiken in Dreamweaver
  12. Websites coderen
    1. Over coderen in Dreamweaver
    2. Coderingsomgeving in Dreamweaver
    3. Coderingsvoorkeuren instellen
    4. Codekleuren aanpassen
    5. Code schrijven en bewerken
    6. Coderingstips en codevoltooiing
    7. Code samenvouwen en uitvouwen
    8. Code hergebruiken met codefragmenten
    9. Linting voor code gebruiken
    10. Code optimaliseren
    11. Code bewerken in de ontwerpweergave
    12. Werken met de kopinhoud van pagina's
    13. Include-bestanden op de server invoegen in Dreamweaver
    14. Tagbibliotheken gebruiken in Dreamweaver
    15. Aangepaste tags importeren in Dreamweaver
    16. JavaScript-gedrag gebruiken (algemene instructies)
    17. Ingebouwd JavaScript-gedrag toepassen
    18. Over XML en XSLT
    19. XSL-transformaties op de server uitvoeren in Dreamweaver
    20. XSL-transformaties op de client uitvoeren in Dreamweaver
    21. Tekenentiteiten toevoegen voor XSLT in Dreamweaver
    22. Code opmaken
  13. Productonafhankelijke workflows
    1. Extensies in Dreamweaver installeren en gebruiken
    2. In-app updates in Dreamweaver
    3. Microsoft Office-documenten invoegen in Dreamweaver (alleen Windows)
    4. Werken met Fireworks en Dreamweaver
    5. Inhoud bewerken op Dreamweaver-sites met behulp van Contribute
    6. Integratie van Dreamweaver met Business Catalyst
    7. Persoonlijke e-mailcampagnes maken
  14. Sjablonen
    1. Over Dreamweaver-sjablonen
    2. Sjablonen en op een sjabloon gebaseerde documenten herkennen
    3. Een Dreamweaver-sjabloon maken
    4. Bewerkbare gebieden maken in sjablonen
    5. Herhalingsgebieden en tabellen maken in Dreamweaver
    6. Optionele gebieden in sjablonen gebruiken
    7. Bewerkbare tagkenmerken in Dreamweaver definiëren
    8. Geneste sjablonen maken in Dreamweaver
    9. Sjablonen bewerken, bijwerken en verwijderen
    10. XML-inhoud exporteren en importeren in Dreamweaver
    11. Een sjabloon uit een bestaand document toepassen of verwijderen
    12. Inhoud bewerken in Dreamweaver-sjablonen
    13. Syntaxisregels voor sjabloontags in Dreamweaver
    14. Voorkeuren voor de markering van sjabloongebieden instellen
    15. Voordelen van het gebruik van sjablonen in Dreamweaver
  15. Mobiel en meerdere schermen
    1. Mediaquery's maken
    2. Paginastand voor mobiele apparaten wijzigen
    3. Web-apps voor mobiele apparaten maken met Dreamweaver
  16. Dynamische sites, pagina's en webformulieren
    1. Informatie over web-applicaties
    2. Uw computer instellen voor het ontwikkelen van applicaties
    3. Problemen met databaseverbindingen oplossen
    4. Verbindingsscripts verwijderen in Dreamweaver
    5. Dynamische pagina's ontwerpen
    6. Overzicht van dynamische inhoudsbronnen
    7. Bronnen met dynamische inhoud definiëren
    8. Dynamische inhoud toevoegen aan pagina's
    9. Dynamische inhoud wijzigen in Dreamweaver
    10. Databaserecords weergeven
    11. Livegegevens leveren en problemen oplossen Dreamweaver
    12. Aangepast servergedrag toevoegen in Dreamweaver
    13. Formulieren maken met Dreamweaver
    14. Formulieren gebruiken om informatie van gebruikers te verzamelen
    15. ColdFusion-formulieren maken en inschakelen in Dreamweaver
    16. Webformulieren maken
    17. Verbeterde HTML5-ondersteuning voor formulierelementen
    18. Een formulier ontwikkelen met Dreamweaver
  17. Applicaties visueel samenstellen
    1. Hoofd- en detailpagina's maken in Dreamweaver
    2. Zoekpagina's en resultatenpagina's maken
    3. Een pagina voor het invoegen van records maken
    4. Een pagina voor het bijwerken van records maken in Dreamweaver
    5. Pagina's voor het verwijderen van records maken in Dreamweaver
    6. ASP-opdrachten gebruiken om een database aan te passen in Dreamweaver
    7. Een registratiepagina maken
    8. Een aanmeldingspagina maken
    9. Een pagina maken waartoe alleen geautoriseerde gebruikers toegang hebben
    10. Mappen beveiligen in ColdFusion met Dreamweaver
    11. ColdFusion-componenten gebruiken in Dreamweaver
  18. Websites testen, voorvertonen en publiceren
    1. Pagina's voorvertonen
    2. Dreamweaver-webpagina's voorvertonen op meerdere apparaten
    3. Uw Dreamweaver-site testen
  19. Problemen oplossen
    1. Opgeloste problemen
    2. Bekende problemen

 

 

Opmerking:

Ondersteuning voor ColdFusion is verwijderd uit nieuwere versies van Dreamweaver.

ColdFusion-formulieren

ColdFusion-formulieren bieden u verschillende interne mechanismen om formuliergegevens te valideren. U kunt bijvoorbeeld controleren of een gebruiker een geldige datum heeft ingevoerd. Sommige formulierbesturingselementen hebben extra functies. Sommige hebben geen HTML-tegenhanger, en andere bieden direct ondersteuning voor dynamisch vullen van het besturingselement op basis van gegevensbronnen.

Dreamweaver bevat een aantal verbeteringen voor ColdFusion-ontwikkelaars die ColdFusion MX 7 of hoger gebruiken als hun ontwikkelingsserver. Deze verbeteringen zijn onder andere meer knoppen in het deelvenster Invoegen, menu-items en eigenschappencontroles waarmee u snel de eigenschappen van ColdFusion-formulieren kunt bouwen en instellen. U kunt bovendien code genereren om de informatie te controleren die door de bezoekers van de site wordt ingevoerd. U kunt bijvoorbeeld laten controleren of het e-mailadres dat een gebruiker invoert, het @-symbool bevat en of een verplicht tekstveld een waarde van een bepaald type bevat.

ColdFusion-verbeteringen inschakelen

Voor sommige verbeteringen moet u een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd, definiëren als een testserver voor Dreamweaver. De eigenschappencontroles voor formulierbesturingselementen zijn bijvoorbeeld alleen beschikbaar als u de juiste testserver hebt opgegeven.

U hoeft een testserver slechts eenmaal te definiëren. Dreamweaver detecteert vervolgens automatisch de versie van de testserver en de verbeteringen worden beschikbaar gesteld als ColdFusion is gedetecteerd.

  1. Als u dit nog niet hebt gedaan, definieert u een Dreamweaver-site voor uw ColdFusion-project.
  2. Selecteer Site > Sites beheren, selecteer uw site in de lijst en klik op Bewerken.
  3. Selecteer de categorie Servers en geef een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd op als testserver voor uw Dreamweaver-site. Zorg ervoor dat u een geldige URL opgeeft.
  4. Open een willekeurig ColdFusion-document.

    U zult pas zichtbare wijzigingen in de Dreamweaver-werkruimte zien wanneer u een ColdFusion-document opent.

ColdFusion-formulieren maken

Met een aantal knoppen in het deelvenster Invoegen, menu-items en eigenschappencontroles kunt u vanuit Dreamweaver snel ColdFusion-formulieren maken en hun eigenschappen instellen.

Opmerking:

Deze verbeteringen zijn alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Open een ColdFusion-pagina en plaats de invoegpositie op de plaats waar u het ColdFusion-formulier wilt weergeven.
  2. Kies Invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm > CFForm of selecteer de categorie CFForm in het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-formulier.

    Dreamweaver voegt een leeg ColdFusion-formulier in. In de ontwerpweergave wordt het formulier aangeduid met een gestippelde rode omtrek. Als u deze omtrek niet ziet, controleert u of Weergave > Visuele hulpmiddelen > Onzichtbare elementen is geselecteerd.

  3. Terwijl het formulier nog steeds is geselecteerd, gaat u naar de eigenschappencontrole om een of meer van de volgende formuliereigenschappen in te stellen.

    CFForm

    Hier geeft u het formulier een naam.

    Actie

    Hier geeft u de naam op van de ColdFusion-pagina die u wilt laten verwerken wanneer het formulier wordt ingediend.

    Methode

    Hier kunt u de methode definiëren die de browser gebruikt om de formuliergegevens naar de server te verzenden:

    POST

    Hiermee verzendt u de gegevens met de HTTP-methode post. Deze methode verzendt de gegevens in een afzonderlijk bericht naar de server.

    GET

    Hiermee verzendt u de gegevens met de HTTP-methode get die de inhoud van het formulierveld in de URL-queryreeks plaatst.

    Doel

    Hiermee kunt u de waarde van het doelkenmerk van de cfform-tag wijzigen.

    Type codering

    Hier geeft u op welke coderingsmethode wordt gebruikt om de formuliergegevens over te brengen.

    Opmerking:

    Het coderingstype heeft niets te maken met tekencodering. Dit kenmerk bepaalt het type inhoud dat wordt gebruikt om het formulier bij de server in te dienen (wanneer de waarde van de methode post is). De standaardwaarde voor dit kenmerk is application/x-www-form-urlencoded.

    Indeling

    Met deze optie bepaalt u wat voor een soort formulier er wordt gemaakt:

    HTML

    Hiermee genereert u een HTML-formulier en verstuurt u het naar de client. De onderliggende besturingselementen cfgrid en cftree kunnen de Flash- of applet-indeling hebben.

    Flash

    Hiermee genereert u een Flash-formulier en verstuurt u het naar de client. Alle besturingselementen hebben de Flash-indeling.

    XML

    Hiermee genereert u XForms XML en plaatst u de resultaten in een variabele met de naam van een ColdFusion-formulier. U verzendt niets naar de client. De onderliggende besturingselementen cfgrid en cftree kunnen de Flash- of applet-indeling hebben.

    Stijl

    Hier geeft u een stijl voor het formulier op. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Flash/XML Skin

    Hier kunt u een halo-kleur opgeven om de uitvoer te stileren. Het thema bepaalt welke kleur voor gemarkeerde en geselecteerde elementen wordt gebruikt.

    Gegevens behouden

    Hiermee bepaalt u of u de beginwaarden van het besturingselement wilt overschrijven door ingediende waarden wanneer het formulier naar het formulier zelf wordt gepost.

    • Bij de instelling Onwaar worden de waarden gebruikt die in de tagkenmerken van het besturingselement zijn opgegeven.

    • Bij de instelling Waar worden de ingediende waarden gebruikt.

    Bron scripts

    Geef hier de URL ten opzichte van de webroot op, van het JavaScript-bestand dat de code aan de zijde van de client bevat die wordt gebruikt door de tag en onderliggende tags. Dit kenmerk is handig als het bestand zich niet op de standaardlocatie bevindt. Dit kenmerk is verplicht in sommige hostomgevingen en configuraties die toegang tot de map /CFIDE blokkeren. De standaardlocatie wordt ingesteld in de ColdFusion-beheerder. Standaard is dat /CFIDE/scripts/cfform.js.

    Archief

    Hier geeft u de URL op van downloadbare Java-klassen voor cfgrid-, cfslider- en cftree-appletbesturingselementen. De standaardlocatie is /CFIDE/classes/cfapplets.jar.

    Hoogte

    Hiermee geeft u de hoogte van het formulier op.

    Breedte

    Hiermee geeft u de breedte van het formulier op.

    Tag-editor voor cfform weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

  4. Voeg ColdFusion-formulierbesturingselementen in.

    Plaats de invoegpositie op de plaats waar u het ColdFusion-formulierbesturingselement in het ColdFusion-formulier wilt weergeven en selecteer het besturingselement met het menu Invoegen (Invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm) of met de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen.

  5. Stel indien nodig de eigenschappen van het besturingselement in met de eigenschappencontrole.

    Zorg ervoor dat het besturingselement in de ontwerpweergave is geselecteerd en stel vervolgens de eigenschappen in de eigenschappencontrole in. Voor meer informatie over de eigenschappen klikt u op de knop Help in de eigenschappencontrole.

  6. Pas de indeling van het ColdFusion-formulier aan.

    Als u een HTML-formulier maakt, kunt u uw formulieren opmaken met regeleinden, alinea-einden, vooraf opgemaakte tekst of tabellen. U kunt geen ColdFusion-formulier in een ander ColdFusion-formulier invoegen (tags mogen elkaar niet overlappen), maar u kunt wel meer dan één ColdFusion-formulier op een pagina opnemen.

    Als u een Flash-formulier maakt, gebruikt u CSS-stijlen (Cascading Style Sheets) om uw formulier in te delen. ColdFusion negeert alle HTML in het formulier.

    Denk eraan dat u de ColdFusion-formuliervelden een beschrijvende tekstlabel geeft zodat gebruikers weten wat ze moeten invullen. Maak bijvoorbeeld een label 'Voer uw naam in' als u de naam van de gebruiker wilt vragen.

ColdFusion-formulierbesturingselementen invoegen

Gebruik het deelvenster Invoegen of het menu Invoegen om snel ColdFusion-formulierbesturingselementen in een ColdFusion-formulier in te voegen. Maak een leeg ColdFusion-formulier voordat u er besturingselementen aan toevoegt.

Opmerking:

Deze verbeteringen zijn alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Ga naar de ontwerpweergave en plaats de invoegpositie binnen de formulieromtrek in het document.
  2. Selecteer het besturingselement met het menu Invoegen (Invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm) of met de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen.
  3. Klik op het besturingselement op de pagina om het te selecteren en stel vervolgens de eigenschappen in de eigenschappencontrole in.

    Raadpleeg de onderwerpen over de besturingselementen voor informatie over de eigenschappen van specifieke besturingselementen.

ColdFusion-tekstvelden invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-tekstveld of wachtwoordveld in uw formulier invoegen en daarna de opties ervan instellen.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

Een ColdFusion-tekstveld visueel invoegen

  1. Ga naar de ontwerpweergave en plaats de invoegpositie binnen de formulieromtrek in het document.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-tekstveld of selecteer invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm > CFtextfield.

    Er wordt een tekstveld in het formulier weergegeven.

  3. Selecteer het tekstveld en stel de eigenschappen ervan in in de eigenschappencontrole
  4. Als u een label bij het tekstveld op de pagina wilt plaatsen, klikt u naast het tekstveld en voert u de tekst voor de label in.

Een wachtwoordveld visueel invoegen

  1. Herhaal stap 1 en 2 van de voorgaande procedure voor het invoegen van een tekstveld.
  2. Selecteer het ingevoegde tekstveld om de eigenschappencontrole ervan weer te geven.
  3. Selecteer de waarde Wachtwoord in het pop-upmenu Tekstmodus van de eigenschappencontrole.

CFTextField-opties (ColdFusion)

Als u de opties van een ColdFusion-tekst- of wachtwoordveld wilt instellen, stelt u de volgende opties in de eigenschappencontrole van CF-tekstveld in:

CF-tekstveld

Hiermee stelt u het kenmerk id van de tag <cfinput> in.

Waarde

Hiermee kunt u tekst opgeven die in het veld wordt weergegeven wanneer de pagina de eerste keer in een browser wordt geopend. De informatie kan statisch of dynamisch zijn.

Als u een dynamische waarde wilt opgeven, klikt u op het pictogram van de bliksemflits naast het vak Waarde en selecteert u een recordsetkolom in het dialoogvenster Dynamische gegevens. De recordsetkolom levert een waarde aan het tekstveld wanneer u het formulier in een browser weergeeft.

Tekstmodus

Hiermee kunt u schakelen tussen het standaardinvoerveld voor tekst en het invoerveld voor een wachtwoord. Het kenmerk dat door dit besturingselement wordt gewijzigd, is type.

Alleen-lezen

Hiermee maakt u de weergegeven tekst alleen-lezen.

Max. lengte

Hiermee stelt u het maximum aantal tekens in dat door het tekstveld wordt geaccepteerd.

Masker

Hier kunt u een masker voor de gevraagde tekst opgeven. Gebruik deze eigenschap om de gebruikersinvoer te valideren. Het maskernotatie bestaat uit A, 9, X en ? tekens.

Opmerking:

Het maskerkenmerk wordt genegeerd voor de tag cfinput type="password".

Valideren

Hier geeft u het type validatie op voor het huidige veld.

Valideren bij

Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

Label

Hier kunt u een label voor het tekstveld opgeven.

Patroon

Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

Hoogte

Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven.

Breedte

Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven.

Grootte

Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven.

Vereiste

Hier kunt u opgeven of het tekstveld gegevens moet bevatten voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

Tageditor weergeven

Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

Verborgen ColdFusion-velden invoegen

U kunt visueel een verborgen ColdFusion-veld in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Gebruik verborgen velden om informatie op te slaan en in te dienen die de gebruiker niet invoert. De informatie wordt verborgen voor de gebruiker.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Ga naar de ontwerpweergave en plaats de invoegpositie binnen de formulieromtrek in het document.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram Verborgen CF-veld.

    In het ColdFusion-formulier wordt een markering weergegeven. Als u de markering niet ziet, kiest u Weergave > Visuele hulpmiddelen > Onzichtbare elementen.

  3. Selecteer het verborgen veld op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Verborgen CF-veld

    Hier geeft u het verborgen veld een unieke naam.

    Waarde

    Hier kunt u een waarde voor het verborgen veld opgeven. De gegevens kunnen statisch of dynamisch zijn.

    Als u een dynamische waarde wilt opgeven, klikt u op het pictogram van de bliksemflits naast het vak Waarde en selecteert u een recordsetkolom in het dialoogvenster Dynamische gegevens. De recordsetkolom levert een waarde aan het tekstveld wanneer u het formulier in een browser weergeeft.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het huidige veld.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het besturingselement op. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het verborgen veld gegevens moet bevatten voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

ColdFusion-tekstgebieden invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-tekstgebied in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Een tekstgebied is een invoerelement dat uit meerdere tekstregels bestaat.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Plaats de invoegpositie in het formulier.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-tekstgebied.

    Er wordt een tekstgebied in het ColdFusion-formulier weergegeven.

  3. Selecteer het tekstgebied op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cftextarea

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Tekenbreedte

    Hier kunt u het aantal tekens per regel instellen.

    Aantal lijnen

    Hier kunt u instellen hoeveel rijen u in het tekstgebied wilt weergeven.

    Tekstterugloop

    Hier kunt u opgeven hoe de tekst die de gebruikers invoeren, moet teruglopen.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of de gebruiker gegevens in het veld moeten invoeren (ingeschakeld) of niet (uitgeschakeld).

    Beginwaarde

    Hier kunt u tekst opgeven die in het tekstgebied wordt weergegeven wanneer de pagina de eerste keer in een browser wordt geopend.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het veld.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het besturingselement op.

    Stijl

    Hier geeft u een stijl voor het besturingselement op. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

  4. Als u een label bij het tekstgebied wilt plaatsen, klikt u naast het tekstgebied en voert u de tekst voor het label in.

ColdFusion-knoppen invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-knop in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Met ColdFusion-knoppen kunnen bewerkingen van ColdFusion-formulieren worden bestuurd. Met knoppen kunnen gebruikers ColdFusion-formuliergegevens bij de server indienen en het ColdFusion-formulier herstellen. De standaard ColdFusion-knoppen hebben doorgaans de label Indienen, Herstellen of Verzenden. U kunt ook andere verwerkingstaken toekennen die u in een script definieert. U kunt bijvoorbeeld een knop invoegen om de totale kosten van geselecteerde items te berekenen op basis van toegewezen waarden.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Plaats de invoegpositie in het ColdFusion-formulier.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-knop.

    In het ColdFusion-formulier wordt een knop weergegeven.

  3. Selecteer de knop op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-knop

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Actie

    Hier kunt u opgeven welk type knop u wilt maken.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

    De andere eigenschappen worden in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

ColdFusion-selectievakjes invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-selectievakje in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Gebruik selectievakjes om gebruikers de mogelijkheid te geven meer dan één optie in een reeks opties in te schakelen.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Plaats de invoegpositie in het formulier.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-selectievakje.

    In het ColdFusion-formulier wordt een selectievakje weergegeven.

  3. Selecteer het selectievakje op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-selectievakje

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Geselecteerde waarde

    Hier kunt u een waarde opgeven die door het selectievakje moet worden geretourneerd als de gebruiker het vakje inschakelt.

    Status bij openen

    Hier kunt u opgeven of het selectievakje is ingeschakeld wanneer de pagina de eerste keer in een browser wordt geopend.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het selectievakje.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het selectievakje wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het selectievakje op.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het selectievakje ingeschakeld moet zijn voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

  4. Als u het selectievakje van een label wilt voorzien, klikt u naast het selectievakje op de pagina en voert u tekst voor het label in.

ColdFusion-keuzerondjes invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-keuzerondje in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Gebruik keuzerondjes wanneer gebruikers maar één optie in een reeks opties mogen kiezen. Keuzerondjes behoren meestal tot een groep. Alle keuzerondjes in een groep moeten dezelfde naam hebben.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Plaats de invoegpositie in het formulier.
  2. Selecteer Invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm > CFradiobutton.

    In het ColdFusion-formulier wordt een keuzerondje weergegeven.

  3. Selecteer het keuzerondje op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-keuzerondje

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Geselecteerde waarde

    Hier kunt u een waarde opgeven die door het keuzerondje moet worden geretourneerd als de gebruiker de optie inschakelt.

    Status bij openen

    Hier kunt u opgeven of het keuzerondje is ingeschakeld wanneer de pagina de eerste keer in een browser wordt geopend.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het keuzerondje.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het keuzerondje wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het keuzerondje op.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het keuzerondje moet zijn ingeschakeld voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

  4. Als u het keuzerondje van een label wilt voorzien, klikt u naast het keuzerondje op de pagina en voert u de tekst voor het label in.

ColdFusion-selecties invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-selectie in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Met een selectie kan een bezoeker een of meer items in een lijst selecteren. Selecties zijn handig wanneer u slechts een beperkte ruimte hebt waarin u veel items moet weergeven. Ze zijn ook handig om de waarden te controleren die aan de server worden geretourneerd. In tegenstelling tot tekstvelden, waarin gebruikers alles kunnen typen wat ze willen, zelfs ongeldige gegevens, kunt u met selecties de exacte waarden instellen die door een menu worden geretourneerd.

U kunt in een formulier twee soorten selecties invoegen: een menu dat 'uitrolt' wanneer de gebruiker erop klikt of een menu dat een lijst weergeeft met items waar de gebruiker doorheen kan schuiven en die de gebruiker kan selecteren.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Plaats de invoegpositie in het formulier.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-selectie.

    In het ColdFusion-formulier wordt een selectie weergegeven.

  3. Selecteer de selectie op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-selectie

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Type

    Hier kunt u kiezen tussen een pop-upmenu of een lijst. Als u het lijsttype selecteert, worden de opties Lijsthoogte en Meerdere lijstselecties toestaan beschikbaar.

    Lijsthoogte

    Hier kunt u opgeven uit hoeveel regels het lijstmenu bestaat. Deze optie is alleen beschikbaar als u het lijsttype selecteert.

    Meerdere lijstselecties toestaan

    Hier kunt u opgeven of de gebruiker meer dan één optie tegelijk in de lijst mag selecteren. Deze optie is alleen beschikbaar als u het lijsttype selecteert.

    Waarden bewerken

    Hiermee opent u een dialoogvenster waarin u opties aan de selectie kunt toevoegen, opties kunt bewerken of uit de selectie kunt verwijderen.

    In eerste instantie geselecteerd

    Hier kunt u instellen welke optie standaard is geselecteerd. Als u de optie Meerdere lijstselecties toestaan hebt geselecteerd, mag u meer dan één optie selecteren.

    Recordset

    Hier kunt u de naam opgeven van de ColdFusion-query die u wilt gebruiken om de lijst of het menu te vullen.

    Kolom weergeven

    Hier kunt u de recordsetkolom opgeven die elk lijstelement van een weergavelabel voorziet. Wordt gebruikt met de eigenschap Recordset.

    Waarde kolom

    Hier kunt u de recordsetkolom opgeven die elk lijstelement van een waarde voorziet. Wordt gebruikt met de eigenschap Recordset.

    Flash-label

    Hier geeft u een label voor de selectie op.

    Flash-hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Flash-breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Bericht

    Geef hier het bericht op dat wordt weergegeven als de eigenschap Vereist is ingesteld op Ja en de gebruiker geen selectie heeft kunnen maken voordat het formulier wordt ingediend.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het menu-item moet zijn geselecteerd voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

ColdFusion-afbeeldingsvelden invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-afbeeldingsveld in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Met afbeeldingsvelden kunt u aangepaste knoppen maken.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Ga naar de ontwerpweergave en plaats de invoegpositie binnen de formulieromtrek in het document.
  2. Ga naar de categorie CFForm van het deelvenster Invoegen en klik op het pictogram CF-afbeeldingsveld. Blader naar de afbeelding die u wilt invoegen en klik op OK. U kunt ook het pad naar het afbeeldingsbestand in het vak Bron invoeren.
    Opmerking:

    Als de afbeelding zich niet binnen de hoofdmap van de site bevindt, moet u de afbeelding naar de hoofdmap kopiëren. Afbeeldingen buiten de hoofdmap zijn mogelijk niet toegankelijk wanneer u de site publiceert.

  3. Selecteer het afbeeldingsveld op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-afbeeldingsveld

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Bron

    Hier kunt u de URL van de ingevoegde afbeelding opgeven.

    Alt

    Hier kunt u een bericht opgeven dat wordt weergegeven als de afbeelding niet kan worden weergegeven.

    Uitlijnen

    Hier kunt u de uitlijning van de afbeelding opgeven.

    Rand

    Hier kunt u de breedte van de afbeeldingsrand instellen.

    Afbeelding bewerken

    Hiermee opent u de afbeelding in de standaardafbeeldingseditor.

    Als u een standaardafbeeldingseditor wilt openen, selecteert u Bewerken > Voorkeuren > Bestandstypen / editors. Anders gebeurt er niets wanneer er op de knop Afbeelding bewerken wordt geklikt.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het afbeeldingsveld.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het keuzerondje op.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het besturingselement gegevens moet bevatten voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

ColdFusion-bestandsvelden invoegen

U kunt visueel een ColdFusion-bestandsveld in een formulier invoegen en de eigenschappen ervan instellen. Met een bestandsveld geeft u gebruikers de mogelijkheid om een bestand op hun computer te selecteren, bijvoorbeeld een tekstverwerkingsdocument of een afbeeldingsbestand, om dat naar de server te laden. Een ColdFusion-bestandsveld ziet er net zo uit als andere tekstvelden, maar heeft eveneens een knop Bladeren. Gebruikers kunnen handmatig het pad invoeren naar het bestand dat ze willen laden of ze kunnen op de knop Bladeren klikken om het bestand te zoeken en te selecteren.

Voor bestandsvelden moet u de methode POST gebruiken om bestanden van de browser naar de server over te brengen. Het bestand wordt gepost naar het adres dat u in het vak Actie van het formulier hebt opgegeven. Neem contact op met de serverbeheerder om te vragen of bestanden anoniem geladen mogen worden voordat u het bestandsveld in uw formulier gebruikt.

Bovendien moet u de codering van het bestand instellen op multipart/form als u bestandsvelden wilt gebruiken. Dreamweaver stelt dit automatisch in wanneer u het besturingselement voor een bestandsveld invoegt.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Ga naar de ontwerpweergave en selecteer het CFForm om de eigenschappencontrole ervan weer te geven.

    Als u het formulier snel wilt selecteren, klikt u ergens in het formulier en klikt u op de tag <cfform> in de tagkiezer onder in het documentvenster.

  2. Stel in de eigenschappencontrole de formuliermethode in op POST.
  3. Selecteer in het pop-upmenu Enctype de optie multipart/form-data.
  4. Plaats de invoegpositie in het formulier op de plaats waar u het bestandsveld wilt weergeven.
  5. Selecteer Invoegen > ColdFusion-objecten > CFForm > CFfilefield.

    Er wordt een bestandsveld in het document weergegeven.

  6. Selecteer het bestandsveld op de pagina en stel de volgende eigenschappen in de eigenschappencontrole in:

    Cf-bestandsveld

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Max. lengte

    Hier geeft u het maximum aantal tekens op waaruit het pad naar het bestand mag bestaan.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het veld.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het veld op.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven. Deze eigenschap wordt in runtime door de ColdFusion-server genegeerd.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het bestandsveld gegevens moet bevatten voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

ColdFusion-datumvelden invoegen

Hoewel u in Dreamweaver visueel geen ColdFusion-datumveld kunt invoegen, kunt u wel visueel de eigenschappen ervan instellen. Een ColdFusion-datumveld is een speciaal type tekstveld waarmee gebruikers een datum kunnen selecteren in een pop-upkalender om deze in het tekstveld in te voegen.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Ga naar de ontwerpweergave en selecteer het CFForm om de eigenschappencontrole ervan weer te geven.

    Als u het formulier snel wilt selecteren, klikt u ergens in het formulier en klikt u op de tag <cfform> in de tagkiezer onder in het documentvenster.

  2. Ga naar de eigenschappencontrole en stel de eigenschap Formaat in op Flash.

    Het besturingselement voor een datumveld kan alleen worden weergegeven in op Flash gebaseerde ColdFusion-formulieren.

  3. Ga naar de codeweergave (Weergave > Code) en voer ergens tussen de eerste en laatste CFForm-tag de volgende tag in:
    <cfinput name="datefield" type="datefield">
  4. Ga naar de ontwerpweergave, selecteer het datumveld op de pagina en stel de volgende opties in de eigenschappencontrole in:

    Cf-datumveld

    Hier geeft u een unieke naam voor het besturingselement op.

    Waarde

    Hiermee kunt u een datum opgeven die in het veld wordt weergegeven wanneer de pagina de eerste keer in een browser wordt geopend. De datum kan statisch of dynamisch zijn.

    Als u een dynamische waarde wilt opgeven, klikt u op het pictogram van de bliksemflits naast het vak Waarde en selecteert u een recordsetkolom in het dialoogvenster Dynamische gegevens. De recordsetkolom levert een waarde aan het datumveld wanneer u het formulier in een browser weergeeft.

    Valideren

    Hier geeft u het type validatie op voor het veld.

    Valideren bij

    Hiermee geeft u aan wanneer het veld wordt gevalideerd: onSubmit, onBlur of onServer.

    Label

    Hier geeft u een label voor het veld op.

    Patroon

    Hier kunt u een regulier JavaScript-expressiepatroon opgeven om invoer te valideren. Laat de schuine strepen aan het begin en aan het einde achterwege. Raadpleeg de ColdFusion-documentatie voor meer informatie.

    Hoogte

    Hier kunt u de hoogte van het besturingselement in pixels opgeven.

    Breedte

    Hier kunt u de breedte van het besturingselement in pixels opgeven.

    Grootte

    Hier kunt u de grootte van het besturingselement opgeven.

    Vereiste

    Hier kunt u opgeven of het datumveld een waarde moet bevatten voordat het formulier bij de server wordt ingediend.

    Tageditor weergeven

    Met de tageditor kunt u eigenschappen bewerken die niet in de eigenschappencontrole worden weergegeven.

ColdFusion-formulierbesturingselementen wijzigen

U kunt de eigenschappen van ColdFusion-formulierbesturingselementen visueel wijzigen, zowel in de ontwerpweergave als in de codeweergave.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. In de ontwerpweergave selecteert u het formulierbesturingselement op de pagina. In de codeweergave klikt u ergens in de tag van het besturingselement.

    De eigenschappen van het formulierbesturingselement worden in de eigenschappencontrole weergegeven.

  2. Wijzig de eigenschappen van het besturingselement in de eigenschappencontrole.

    Voor meer informatie klikt u op de knop Help in de eigenschappencontrole.

  3. Als u meer eigenschappen wilt instellen, klikt u in de eigenschappencontrole op de knop Tageditor weergeven en stelt u de eigenschappen in in de tageditor die wordt geopend.

ColdFusion-formuliergegevens valideren

U kunt in Dreamweaver ColdFusion-formulieren samenstellen die de inhoud van opgegeven velden controleren om ervoor te zorgen dat de gebruiker gegevens van het juiste gegevenstype heeft ingevoerd.

Opmerking:

Deze verbetering is alleen beschikbaar als u toegang hebt tot een computer waarop ColdFusion MX 7 of hoger wordt uitgevoerd.

  1. Maak een ColdFusion-formulier dat minstens één invoerveld en een verzendknop bevat. Zorg ervoor dat elk ColdFusion-veld dat u wilt controleren, een unieke naam heeft.
  2. Selecteer een veld in het formulier dat u wilt valideren.
  3. Geef in de eigenschappencontrole op hoe u het veld wilt valideren.

    Het onderste gedeelte van elke eigenschappencontrole bevat besturingselementen die u helpen bij de definitie van de specifieke validatieregel. U zou bijvoorbeeld kunnen opgeven dat een tekstveld een telefoonnummer moet bevatten. Daartoe selecteert u Telefoon in het pop-upmenu Waarde van de eigenschappencontrole. In het pop-upmenu 'Valideren bij' kunt u bovendien opgeven wanneer u wilt valideren.

Krijg sneller en gemakkelijker hulp

Nieuwe gebruiker?