Meer informatie over het toepassen of verwijderen van een sjabloon uit een bestaand document in Dreamweaver met behulp van het deelvenster Middelen.
Als u een sjabloon toepast op een document dat bestaande inhoud bevat, probeert Dreamweaver de bestaande inhoud overeen te stemmen met een gebied in de sjabloon. Als u een gereviseerde versie van een van uw bestaande sjablonen toepast, komen de namen waarschijnlijk overeen.
Als u een sjabloon toepast op een document waarop nog geen sjabloon is toegepast, zijn er bewerkbare gebieden om te vergelijken en zijn er geen overeenkomende gebieden. Dreamweaver houdt deze niet overeenkomende gebieden op een dusdanige wijze bij dat u kunt selecteren naar welk gebied of welke gebieden u de inhoud van de huidige pagina wilt verplaatsen; hierbij kunt u de niet overeenkomende inhoud ook verwijderen.
U kunt een sjabloon toepassen op een bestaand document met behulp van het deelvenster Middelen of vanuit het documentvenster. U kunt de toepassing van een sjabloon desgewenst ongedaan maken.
Als u een sjabloon toepast op een bestaand document, vervangt de sjabloon de inhoud van het document met de “boilerplate”-inhoud van de sjabloon. Maak altijd een reservekopie van de inhoud van de pagina voordat u een sjabloon erop toepast.
Selecteer in het deelvenster Middelen (Venster > Middelen) het pictogram Sjablonen aan de linkerzijde van het deelvenster.
Sleep in de ontwerpweergave de sjabloon die u wilt toepassen vanuit het deelvenster Middelen naar het documentvenster.
Selecteer de sjabloon die u wilt toepassen en klik vervolgens op de knop Toepassen onder aan het deelvenster Middelen.
Als het document inhoud bevat die niet automatisch kan worden toegewezen aan een sjabloongebied, verschijnt het dialoogvenster Inconsistente gebiedsnamen.
Selecteer een gebied in de nieuwe sjabloon waarnaar de bestaande inhoud wordt verplaatst.
Selecteer Nergens om de inhoud uit het document te verwijderen.
Als u een sjabloon toepast op een bestaand document, vervangt de sjabloon de inhoud van het document met de “boilerplate”-inhoud van de sjabloon. Maak altijd een reservekopie van de inhoud van de pagina voordat u een sjabloon erop toepast.
Selecteer Gereedschappen > Sjablonen > Sjabloon toepassen op pagina.
Kies in het dialoogvenster Sjabloon selecteren een sjabloon uit de lijst en klik op Selecteren.
Als het document inhoud bevat die niet automatisch kan worden toegewezen aan een sjabloongebied, verschijnt het dialoogvenster Inconsistente gebiedsnamen.
Selecteer een gebied in de nieuwe sjabloon waarnaar de bestaande inhoud wordt verplaatst.
Selecteer Nergens om de inhoud uit het document te verwijderen.
Als u een sjabloon toepast op een bestaand document, vervangt de sjabloon de inhoud van het document met de “boilerplate”-inhoud van de sjabloon. Maak altijd een reservekopie van de inhoud van de pagina voordat u een sjabloon erop toepast.
Als u wijzigingen wilt aanbrengen aan de vergrendelde gebieden van een document dat is gebaseerd op een sjabloon, moet u het document loskoppelen van de sjabloon. Als het document wordt losgekoppeld, wordt het gehele document bewerkbaar.
U kunt een sjabloonbestand (.dwt) niet omzetten in een normaal bestand door het sjabloonbestand op te slaan als een HTML-bestand (.html). Als u dit doet, wordt de sjablooncode die overal in het document wordt weergegeven, niet verwijderd. Als u een sjabloonbestand wilt omzetten in een normaal bestand, kunt u het document opslaan als een normaal HTML-bestand. U moet dan wel alle sjablooncode verwijderen in de Codeweergave.
Selecteer Gereedschappen > Sjablonen > Loskoppelen van sjabloon.
Het document wordt losgekoppeld van de sjabloon en alle sjablooncode wordt verwijderd.
Aanmelden bij je account