Meer informatie over het maken en verwijderen van bewerkbare gebieden in sjablonen in Dreamweaver.
Bewerkbare sjabloongebieden bepalen welke gebieden van een op een sjabloon gebaseerde pagina een gebruiker kan bewerken. Voordat u een bewerkbaar gebied invoegt, slaat u het document waarin u aan het werk bent, op als een sjabloon.
Als u een bewerkbaar gebied invoegt in a document in plaats van een sjabloonbestand, wordt de waarschuwing weergegeven dat het document automatisch als een sjabloon zal worden opgeslagen.
U kunt een bewerkbaar gebied op een willekeurige plaats op de pagina plaatsen, maar denk aan de volgende punten als u een tabel bewerkbaar maakt:
U kunt een gehele tabel of een afzonderlijke tabelcel as bewerkbaar aanduiden, maar u kunt niet meerdere tabelcellen als één bewerkbaar gebied aanduiden. Als een tag <td> wordt geselecteerd, omvat het bewerkbare gebied tevens het gebied om de cel. Als dit niet het geval is, heeft het bewerkbare gebied alleen betrekking op de inhoud binnen de cel.
Selecteer de tekst of inhoud die u wilt instellen als een bewerkbaar gebied.
Plaats de invoegpositie op de plaats waar u een bewerkbaar gebied wilt invoegen.
Selecteer Invoegen > Sjabloon > Bewerkbaar gebied.
Selecteer in de categorie Sjablonen of het deelvenster Bewerkbaar optioneel gebied.
Gebruik in het vakje Naam geen speciale lettertekens.
Klik op OK. Het bewerkbare gebied wordt omgeven door een gemarkeerde rechthoekige omtrek in de sjabloon, waarbij de markeerkleur wordt gebruikt die is ingesteld in uw voorkeuren. Als u een leeg bewerkbaar gebied invoegt in het document, wordt de naam van het gebied ook binnen het gebied weergegeven.
U kunt sjabloongebieden in zowel het sjabloondocument als op een sjabloon gebaseerde documenten gemakkelijk herkennen en selecteren.
Klik op het bewerkbare gebied in de codeweergave.
Selecteer Extra > Sjablonen en selecteer vervolgens de naam van het gebied in de lijst onderaan in dat vervolgmenu.
Bewerkbare gebieden die binnen een herhaald gebied vallen, worden niet weergegeven in het menu. U dient deze gebieden te zoeken door in het documentvenster op randen met tabs te zoeken.
Het bewerkbare gebied wordt geselecteerd in het document.
Als u een gebied van uw sjabloonbestand hebt aangeduid als bewerkbaar en als u dit opnieuw wilt vergrendelen (dat wil zeggen het niet-bewerkbaar maken in documenten die op een sjabloon zijn gebaseerd), gebruikt u de opdracht Sjabloonopmaak verwijderen.
Klik op het tabblad in bewerkbare gebied aan de onderkant van de pagina om het bewerkbare gebied te selecteren.
Selecteer Extra > Sjabloon > Sjabloonopmaak verwijderen.
Het gebied is niet meer bewerkbaar.
Als u een bewerkbaar gebied hebt ingevoegd, kunt u later de naam ervan wijzigen.
Selecteer in de codeweergave het bewerkbare gebied dat u wilt wijzigen.
Selecteer in het onderste deelvenster het label van het bewerkbare gebied. Klik met de rechtermuisknop en selecteer Snelle tageditor.
U kunt de naam van het bewerkbare gebied eenvoudig aanpassen in het pop-up-dialoogvenster.
Aanmelden bij je account