Handboek Annuleren

Repareren en verplaatsen met behoud van inhoud

Voor informatie over de optie Bewerken > Vullen met behoud van inhoud in Photoshop CC 20.0 (release van oktober 2018), zie Vullen met behoud van inhoud.

Repareren met behoud van inhoud

De tool Repareren wordt gebruikt voor het verwijderen van ongewenste afbeeldingselementen. De optie Met behoud van inhoud in de tool Repareren voegt nabijgelegen inhoud samen om die naadloos te laten overvloeien in de omringende inhoud.

Oudere toepassing: Voor informatie over het gebruik van de tool Reparatie in eerdere versies dan Photoshop CS6 zie Een gebied repareren.

  1. Houd op de werkbalk het Snel retoucheerpenseel  ingedrukt en selecteer de tool Repareren  .

  2. In de optiebalk doet u het volgende:

    Opties voor Repareren met behoud van inhoud

    Repareren

    Kies Met behoud van inhoud om de optie Met behoud van inhoud te selecteren.

    Structuur

    Voer een waarde in tussen 1 en 7 om te bepalen in hoeverre de reparatie de bestaande afbeeldingspatronen moet weergeven. Als u een 7 invoert, blijft de reparatie heel dicht bij de bestaande afbeeldingspatronen. Als u een 1 invoert, blijft de reparatie heel summier bij de bestaande afbeeldingspatronen.

    Kleur

    Voer een waarde tussen 0 en 10 in om de mate te bepalen waarmee Photoshop algoritmische kleurovervloeiing op de reparatie toepast. Als u 0 invoert, wordt kleurovervloeiing uitgeschakeld. Een Kleurwaarde van 10 zorgt voor maximale kleurovervloeiing.

    Monster nemen van alle lagen

    Schakel deze optie in als u het resultaat van de verplaatsing in een andere laag wilt maken met gebruik van gegevens uit alle lagen. Selecteer de doellaag in het deelvenster Lagen.

  3. Selecteer in de afbeelding een gebied dat u wilt vervangen. U kunt de tool Repareren gebruiken om een selectie te tekenen, maar u kunt ook een van de andere selectietools gebruiken.

  4. Sleep de selectie over het gebied waarvan u een vulling wilt genereren. 

Verplaatsen met behoud van inhoud

Gebruik de tool Verplaatsen met behoud van inhoud om een gedeelte van een afbeelding te selecteren en te verplaatsen. De afbeelding wordt opnieuw samengesteld en het achtergebleven gat wordt gevuld met vergelijkbare elementen uit de afbeelding. U hoeft geen intensieve bewerkingen met lagen en complexe selecties uit te voeren.

U kunt de tool Verplaatsen met behoud van inhoud in twee modi gebruiken:

  • Met de modus Verplaatsen kunt u objecten op verschillende locaties plaatsen (het meest effectief als de achtergrond vergelijkbaar blijft).
  • Gebruik de modus Uitbreiden om objecten zoals haar, bomen of gebouwen uit te breiden of te verkleinen. Architectuurobjecten kunnen het beste worden uitgebreid met op een parallel vlak gemaakte foto's in plaats van onder een hoek gemaakte foto's.
  1.  Houd op de werkbalk het Snel retoucheerpenseel  ingedrukt en selecteer het gereedschap Verplaatsen met behoud van inhoud.

  2. In de optiebalk doet u het volgende:

    Opties voor Verplaatsen met behoud van inhoud

    Modus

    Gebruik de modus Verplaatsen om geselecteerde objecten op een andere locatie te plaatsen. Gebruik de modus Uitbreiden om objecten uit te breiden of te verkleinen.

    Structuur

    Voer een waarde in tussen 1 en 7 om te bepalen in hoeverre de reparatie de bestaande afbeeldingspatronen moet weergeven. Als u een 7 invoert, blijft de reparatie heel dicht bij de bestaande afbeeldingspatronen. Als u een 1 invoert, blijft de reparatie heel summier bij de bestaande afbeeldingspatronen.

    Kleur

    Voer een waarde tussen 0 en 10 in om de mate te bepalen waarmee Photoshop algoritmische kleurovervloeiing op de reparatie toepast. Als u 0 invoert, wordt kleurovervloeiing uitgeschakeld. Een Kleurwaarde van 10 zorgt voor maximale kleurovervloeiing.

    Verplaatsen met behoud van inhoud in Photoshop

    A. Zonder kleurovervloeiing B. Met kleurovervloeiing 

    Monster nemen van alle lagen

    Schakel deze optie in om de gegevens uit alle lagen te gebruiken en het resultaat van de verplaatsing in de geselecteerde laag te maken. Selecteer de doellaag in het deelvenster Lagen.

    Transformeren bij het neerzetten

    Wanneer deze optie is ingeschakeld, kunt u het gedeelte van de afbeelding schalen dat u net naar de nieuwe locatie hebt verplaatst. Pas gewoon de formaathandgrepen voor het verplaatste gedeelte van de afbeelding aan.

  3. Selecteer een gebied om te verplaatsen of uit te breiden. U kunt de tool Verplaatsen gebruiken om een selectie te tekenen, maar u kunt ook een van de andere selectiegereedschappen gebruiken.

  4. Sleep de selectie naar het gebied waar u het object wilt plaatsen.

Krijg sneller en gemakkelijker hulp

Nieuwe gebruiker?