Met paden krijgt u vloeiende omtrekken die u kunt omzetten in nauwkeurige selectiekaders. U kunt ook selectiekaders omzetten in paden en deze met Direct selecteren nauwkeuriger instellen.
U kunt elk gesloten pad definiëren als een selectierand. Een gesloten pad kan worden toegevoegd aan, verwijderd uit of gecombineerd met de huidige selectie.
-
-
Doezelstraal
Hiermee kunt u bepalen tot hoe ver binnen of buiten het selectiekader de doezelstraal moet komen. Voer een pixelwaarde in.
Anti-aliased
Hiermee kunt u een fijnere overgang maken tussen de pixels in de selectie en die daarbuiten. De doezelstraal moet zijn ingesteld op 0.
Zie Randen van selecties vloeiend maken voor meer informatie over deze opties.
Elke selectie die met een selectietool is aangebracht, kan worden omgezet in een pad. De opdracht Tijdelijk pad maken verwijdert alle doezelaareffecten uit de selectie. Ook de vorm van de selectie kan veranderen. Dit is afhankelijk van de complexiteit van het pad en de tolerantiewaarde die u kiest in het dialoogvenster Tijdelijk pad maken.
-
Klik op de knop Tijdelijk pad maken
onder in het deelvenster Paden, als u de huidige tolerantiewaarde wilt gebruiken zonder het dialoogvenster Tijdelijk pad maken te openen.
Houd Alt (Windows) of Option (Mac OS) ingedrukt en klik op de knop Tijdelijk pad maken onder in het deelvenster Paden.
Kies Tijdelijk pad maken in het menu van het deelvenster Paden.
-
Voer bij Tolerantie een waarde in of gebruik de standaardwaarde in het dialoogvenster Tijdelijk pad maken.
De waarde voor de tolerantie kan uiteenlopen van 0,5 tot 10 pixels en bepaalt de gevoeligheid van de opdracht Tijdelijk pad maken ten opzichte van kleine wijzigingen in de vorm van de selectie. Bij een hogere tolerantie worden er minder ankerpunten gebruikt om het pad te tekenen en is het pad vloeiender. Als het pad wordt gebruikt als uitknippad en u afdrukproblemen ondervindt, dient u een hogere tolerantie in te stellen. (Zie Uitknippaden afdrukken.)