Handboek Annuleren

PDF-streepjescodeformuliervelden

  1. Gebruikershandleiding voor Acrobat
  2. Inleiding tot Acrobat
    1. Acrobat openen vanaf bureaublad, mobiel apparaat, web
    2. Inleiding tot de nieuwe Acrobat-ervaring
    3. Nieuw in Acrobat
    4. Sneltoetsen
    5. Systeemvereisten
  3. Werkruimte
    1. Beginselen van de werkruimte
    2. PDF's openen en weergeven
      1. PDF's openen
      2. Bladeren door PDF-pagina's
      3. PDF-voorkeuren weergeven
      4. PDF-weergaven aanpassen
      5. Miniatuurvoorvertoning van PDF's inschakelen
      6. PDF in browser tonen
    3. Werken met onlineopslagaccounts
      1. Bestanden openen vanuit Box
      2. Bestanden openen vanuit Dropbox
      3. Bestanden openen vanuit OneDrive
      4. Bestanden openen vanuit SharePoint
      5. Bestanden openen vanuit Google Drive
    4. Acrobat en macOS
    5. Acrobat-meldingen
    6. Rasters, hulplijnen en metingen in PDF's
    7. Aziatische tekst, Cyrillische tekst en tekst van rechts naar links in PDF's
  4. PDF's maken
    1. Een overzicht van het maken van PDF's
    2. PDF's maken met Acrobat
    3. PDF's maken met PDFMaker
    4. Adobe PDF-printer gebruiken
    5. Webpagina's converteren naar PDF
    6. PDF's maken met Acrobat Distiller
    7. Conversie-instellingen voor Adobe PDF
    8. PDF-lettertypen
  5. PDF's bewerken
    1. Tekst bewerken in PDF's
    2. Afbeeldingen of objecten bewerken in een PDF
    3. PDF-pagina's roteren, verplaatsen, verwijderen en opnieuw nummeren
    4. Gescande PDF's bewerken
    5. Foto's in een document verbeteren die zijn gemaakt met een mobiele camera
    6. PDF's optimaliseren
    7. PDF-eigenschappen en -metagegevens
    8. Koppelingen en bijlagen in PDF's
    9. PDF-lagen
    10. Paginaminiaturen en bladwijzers in PDF's
    11. PDF's geconverteerd naar webpagina's
    12. PDF's instellen voor een presentatie
    13. PDF-artikelen
    14. Georuimtelijke PDF's
    15. Handelingen en scripts toepassen op PDF's
    16. Het standaardlettertype voor het toevoegen van tekst wijzigen
    17. Pagina's verwijderen uit een PDF
  6. Scannen en OCR
    1. Documenten naar PDF scannen
    2. Foto's in een document verbeteren
    3. Scannerproblemen oplossen bij het scanproces in Acrobat
  7. Formulieren
    1. Beginselen van PDF-formulieren
    2. Een geheel nieuw formulier maken in Acrobat
    3. PDF-formulieren maken en distribueren
    4. PDF-formulieren invullen
    5. Eigenschappen van PDF-formuliervelden
    6. PDF-formulieren invullen en ondertekenen
    7. Actieknoppen instellen in PDF-formulieren
    8. Interactieve PDF-webformulieren publiceren
    9. Beginselen van PDF-formuliervelden
    10. PDF-streepjescodeformuliervelden
    11. PDF-formuliergegevens verzamelen en beheren
    12. Formulierbeheer
    13. Help bij PDF-formulieren
    14. PDF-formulieren verzenden naar ontvangers via e-mail of een interne server
  8. Bestanden combineren
    1. Bestanden combineren of samenvoegen in één PDF
    2. PDF-pagina's roteren, verplaatsen, verwijderen en opnieuw nummeren
    3. Kopteksten, voetteksten en Bates-nummering toevoegen aan PDF's
    4. PDF-pagina's bijsnijden
    5. Watermerken toevoegen aan PDF's
    6. Achtergronden toevoegen aan PDF's
    7. Werken met deelbestanden in een PDF-portfolio
    8. PDF-portfolio's publiceren en delen
    9. Overzicht van PDF-portfolio's
    10. PDF-portfolio's maken en aanpassen
  9. Bestanden delen, reviseren en opmerkingen plaatsen
    1. PDF's online delen en bijhouden
    2. Tekst met bewerkingen markeren
    3. Een PDF-revisie voorbereiden
    4. Een PDF-revisie starten
    5. Gedeelde revisies hosten op SharePoint- of Office 365-sites
    6. Deelnemen aan een PDF-revisie
    7. Opmerkingen toevoegen aan PDF's
    8. Een stempel aan een PDF toevoegen
    9. Goedkeuringswerkstromen
    10. Opmerkingen beheren | weergeven, erop reageren, afdrukken
    11. Opmerkingen importeren en exporteren
    12. PDF-revisies bijhouden en beheren
  10. PDF's opslaan en exporteren
    1. PDF's opslaan
    2. PDF converteren naar Word
    3. PDF converteren naar PPTX
    4. PDF converteren naar XLSX of XML
    5. PDF converteren naar JPG
    6. PDF converteren naar PNG
    7. PDF's converteren of exporteren naar andere bestandsindelingen
    8. Bestandsindelingopties voor PDF exporteren
    9. PDF-inhoud opnieuw gebruiken
  11. Beveiliging
    1. Uitgebreide beveiligingsinstelling voor PDF's
    2. PDF's beveiligen met wachtwoorden
    3. Digitale id's beheren
    4. PDF's beveiligen met certificaten
    5. Beveiligde PDF's openen
    6. Vertrouwelijke inhoud uit PDF's verwijderen
    7. Beveiligingsbeleid instellen voor PDF's
    8. Een beveiligingsmethode kiezen voor PDF's
    9. Beveiligingswaarschuwingen wanneer een PDF wordt geopend
    10. PDF's beveiligen met Adobe Experience Manager
    11. Functie Beveiligde weergave voor PDF's
    12. Overzicht van beveiliging in Acrobat en PDF's
    13. JavaScripts in PDF's als beveiligingsrisico
    14. Bijlagen als beveiligingsrisico's
    15. Koppelingen in PDF's toestaan of blokkeren
  12. Elektronische handtekeningen
    1. PDF-documenten ondertekenen
    2. Uw handtekening vastleggen op mobiele apparaten en overal gebruiken
    3. Documenten verzenden ter elektronische ondertekening
    4. Een webformulier maken
    5. Handtekeningen in bulk aanvragen
    6. Online betalingen innen
    7. Branding aan uw account toevoegen
    8. Over certificaathandtekeningen
    9. Op een certificaat gebaseerde handtekeningen
    10. Digitale handtekeningen valideren
    11. AATL-lijst (Adobe Approved Trust List)
    12. Vertrouwde identiteiten beheren
  13. Bezig met afdrukken
    1. Elementaire PDF-afdruktaken
    2. Boeken en PDF-portfolio's afdrukken
    3. Geavanceerde PDF-afdrukinstellingen
    4. Naar PDF afdrukken
    5. PDF's in kleur afdrukken (Acrobat Pro)
    6. PDF's afdrukken in aangepaste grootten
  14. Toegankelijkheid, codes en opnieuw plaatsen
    1. PDF-toegankelijkheid instellen en controleren
    2. Toegankelijkheidsfuncties in PDF's
    3. De tool Leesvolgorde voor PDF's
    4. PDF's lezen met functies voor toegankelijkheid en opnieuw plaatsen
    5. De documentstructuur bewerken met de deelvensters Inhoud en Codes
    6. Toegankelijke PDF's maken
    7. Cloudgebaseerde automatische tagging
  15. Zoeken en indexeren
    1. PDF-indexen maken
    2. Zoeken in PDF's
  16. Multimedia en 3D-modellen
    1. Audio, video en interactieve objecten toevoegen aan PDF's
    2. 3D-modellen toevoegen aan PDF's (Acrobat Pro)
    3. 3D-modellen weergeven in PDF's
    4. Interactie met 3D-modellen
    5. 3D-objecten meten in PDF's
    6. 3D-weergaven instellen in PDF's
    7. 3D-inhoud in PDF inschakelen
    8. Multimedia toevoegen aan PDF's
    9. Opmerkingen maken over 3D-ontwerpen in PDF's
    10. Video-, audio- en multimedia-indelingen in PDF's afspelen
    11. Opmerkingen toevoegen aan video's
  17. Gereedschappen voor afdrukproductie (Acrobat Pro)
    1. Overzicht van tools voor afdrukproductie
    2. Drukkermarkeringen en haarlijnen
    3. Voorbeeld van uitvoer bekijken
    4. Transparantieafvlakking
    5. Kleurconversie en inktbeheer
    6. Kleuren overvullen
  18. Preflight (Acrobat Pro)
    1. PDF/X-, PDF/A- en PDF/E-compatibele bestanden
    2. Preflight-profielen
    3. Geavanceerde Preflight-inspecties
    4. Preflight-rapporten
    5. Preflight-resultaten, objecten en bronnen weergeven
    6. Uitvoerintenties in PDF's
    7. Probleemgebieden corrigeren met Preflight
    8. Documentanalyse automatiseren met droplets of Preflight-handelingen
    9. Documenten analyseren met Preflight
    10. Aanvullende controles in de tool Preflight
    11. Preflight-bibliotheken
    12. Preflight-variabelen
  19. Kleurbeheer
    1. Kleuren consistent houden
    2. Kleurinstellingen
    3. Kleurbeheer van documenten
    4. Werken met kleurprofielen
    5. Werken met kleurbeheer

Voordat u begint

We brengen een nieuwe, meer intuïtieve productervaring uit. Als het hier weergegeven scherm niet overeenkomt met uw productinterface, schakelt u over naar Help voor uw huidige ervaring.

Informatie over streepjescodes

Streepjescodevelden in formulieren zetten gebruikersinvoer om in scanbare patronen die kunnen worden geïnterpreteerd en opgeslagen in een database. Ze zijn met name handig wanneer gebruikers papieren formulieren of per fax indienen.

Voordelen van het gebruik van barcodes zijn onder meer het besparen van tijd, het vermijden van handmatig lezen en vastleggen van antwoorden en het verminderen van fouten bij het invoeren van gegevens.

Hier volgt een typische workflow voor streepjescodes:

  1. Formulier maken: de auteur van het formulier zorgt ervoor dat 'Veldwaarden automatisch berekenen' is geselecteerd in de formuliervoorkeuren en maakt het formulier zoals gebruikelijk in Acrobat samen met andere velden.

  2. Toevoeging streepjescode: de auteur van het formulier voegt het streepjescodeveld toe om de vereiste gegevens vast te leggen.

  3. Formulierdistributie: de auteur schakelt het formulier in voor gebruikers van Acrobat Reader om een ingevulde exemplaar op te slaan of als het streepjescodevelden bevat en distribueert het vervolgens naar andere gebruikers.

  4. Indienen door gebruiker: gebruikers vullen het formulier elektronisch of op papier in en verzenden het.

Ontvangen gegevens van streepjescodes kunnen op de volgende manieren worden geïnterpreteerd:

  • Formulieren die naar een faxserver zijn gefaxt: de ontvanger van het formulier gebruikt Adobe Acrobat Capture® om TIFF-afbeeldingen van de faxserver te verzamelen en deze in een door Adobe LiveCycle Barcoded Forms Decoder bewaakte map te plaatsen (als de ontvangers die producten bezitten).

  • Formulieren geleverd op papier: de ontvanger van het formulier scant gedrukte formulieren en gebruikt een applicatie zoals LiveCycle Barcoded Forms Decoder om de streepjescodes in die formulieren te decoderen.

Het gebruik van streepjescodes stroomlijnt gegevensverwerking en verbetert de efficiëntie van formulierverwerking.

Opmerking:

Acrobat Capture en de streepjescode-decoder van LiveCycle zijn zelfstandige producten die geschikt zijn voor bedrijfswerkstromen en worden los van Acrobat verkocht.

Ontwerptips voor streepjescodes

Bij het ontwerpen en plaatsen van barcodes moet rekening worden gehouden met de bruikbaarheid en de beschikbare ruimte. Houd de volgende richtlijnen aan voor de beste resultaten:

  • Positionering: plaats de streepjescode op een plek waar deze niet kan worden gevouwen in een envelop en zorg ervoor dat deze ver genoeg van de paginaranden verwijderd is om te voorkomen dat deze tijdens het afdrukken of faxen wordt afgesneden.

  • Zichtbaarheid en scannen: plaats de streepjescode zodanig dat deze gemakkelijk kan worden weergegeven en gescand. Gebruik geen streepjescodes die breder zijn dan 10,3 cm als u een handscanner gebruikt. Lange, smalle streepjescodes werken in dit geval het beste. Vermijd het comprimeren van de inhoud van streepjescode wanneer u een handscanner gebruikt.

  • Grootte streepjescode: zorg dat de grootte van de streepjescode geschikt is voor de te coderen gegevens. Als het streepjescodegebied te klein is, kan het effen grijs worden. Test het ingevulde formulier voordat het wordt gedistribueerd om te zorgen dat het streepjescodegebied groot genoeg is.

Door deze richtlijnen te volgen, kunt u streepjescodes effectief gebruiken en mogelijke problemen tijdens de formulierverwerking voorkomen.

 

Streepjescodevelden maken, testen en bewerken

Als u een streepjescode voor een PDF-formulier wilt verbeteren, kunt u met JavaScript aangepaste scripts maken. Voor deze taak zijn basiskennis van JavaScript en bekendheid met Acrobat-specifiek JavaScript nodig. Voor gedetailleerde hulp raadpleegt u meer informatie over het ontwikkelen van Acrobat®-applicaties met JavaScript™. Daarnaast kunt u verschillende bronnen bekijken die beschikbaar zijn over de basisprincipes van JavaScript om uw kennis verder uit te breiden.

Opmerking:

Als u een streepjescode van maximale grootte hebt ingevoegd en de celgrootte of de decoderingsvoorwaarde wijzigt, kan de streepjescode de paginaranden overschrijden. U voorkomt dat door de juiste celgrootte en decoderingsvoorwaarden voor de streepjescode te selecteren.

Een streepjescodeveld toevoegen

  1. Open het formulier in Acrobat en ga dan naar  > Voorkeuren > Formulieren. Selecteer vervolgens het selectievakje Veldwaarden automatisch berekenen en vervolgens OK.

  2. Selecteer in het menu Alle tools Een formulier voorbereiden.

  3. Selecteer in het linkerdeelvenster  Streepjescode.

  4. Sleep een rechthoek om het streepjescodegebied te definiëren en dubbelklik dan op het streepjescodeveld.

    Dit opent het dialoogvenster Eigenschappen van streepjescodevelden.

  5. Selecteer het tabblad Waarde en voer dan een van de volgende handelingen uit:

    • Selecteer Coderen met en selecteer vervolgens een indeling (XML of door tabs gescheiden). Selecteer nu Selecteren en selecteer vervolgens de velden die u wilt coderen in het streepjescodeveld. Als u de veldnamen niet wilt opnemen in de streepjescodegegevens, schakelt u Veldnamen opnemen uit.

    • Selecteer Aangepast script voor berekening en vervolgens Bewerken. Voer vervolgens uw aangepaste JavaScript-code in het dialoogvenster JavaScript-editor in.

  6. Op het tabblad Opties:

    1. Selecteer een optie voor Symbologie: PDF417, QR-code of Datamatrix.
    2. Selecteer de optie Gegevens comprimeren voor coderen naar streepjescode als u deze compressie wilt toepassen.
      Selecteer deze optie niet als de gegevens in geretourneerde formulieren worden vastgelegd met een handscanner.
    3. Kies bij Decoderingsvoorwaarde het type hardware dat geretourneerde formulieren moet verwerken: Hand barcodescanner, Faxserver, Documentscanner of Aangepast.
    4. Selecteer indien nodig Aangepast en voer waarden in voor X-dimensie, Y/X-verhouding en Foutcorrectieniveau.
  7. Breng eventuele andere wijzigingen aan op de tabbladen Algemeen en Handelingen. Sluit vervolgens het dialoogvenster Eigenschappen van streepjescodevelden.

    JavaScript-code wordt automatisch gegenereerd om de geselecteerde velden te coderen in de XML- of Door tabs gescheiden indeling. Het dialoogvenster Eigenschappen van streepjescodeveld wordt gesloten en de streepjescode waarvoor u waarden hebt opgegeven, verschijnt op het formulier.

    Opmerking:

    Als u een nieuw veld aan een formulier toevoegt nadat u de streepjescode hebt gemaakt, wordt dit niet automatisch opgenomen in de gegevens voor bestaande streepjescodes. Het is echter mogelijk om handmatig aanvullende gegevensvelden in de streepjescode op te nemen.

Een streepjescodeveld testen

  1. Klik op de knop Voorbeeld in de werkbalk.

  2. Vul het formulier in. Gebruik voorbeeldgegevens die de maximale hoeveelheid informatie voor elk veld aangeven of waarvan u verwacht dat gebruikers deze hoeveelheid gegevens invoeren.
  3. Als het streepjescodeveld grijs wordt weergegeven, volgt u de procedure voor het wijzigen van de grootte van het streepjescodeveld of voor het aanpassen van de inhoudsgegevens. 

    Zorg ervoor dat het streepjescodeveld groot genoeg is om alle inkomende gegevens te bevatten.

  4. Als u de voorbeeldgegevens wilt verwijderen, selecteert u in het rechterdeelvenster Meer > Formulier wissen.

  5. Selecteer > Opslaan.

Het streepjescodeveld is nu gereed voor verspreiding.

Meer gegevensvelden opnemen in de streepjescode

  1. Selecteer in het menu Alle tools Een formulier voorbereiden.

  2. Dubbelklik op het streepjescodeveld.
  3. Voer op het tabblad Waarde een van de volgende handelingen uit:

    • Als Coderen met is geselecteerd, selecteert u Selecteren en selecteert u aanvullende formuliervelden die u wilt coderen.

    • Als Aangepast berekeningsscript is geselecteerd, selecteert u Bewerken en gebruikt u meer JavaScript om de extra velden op te nemen.

Nadat u nieuwe gegevensvelden in de streepjescode hebt opgenomen, moet u ervoor zorgen dat het streepjescodegebied groot genoeg is door voorbeeldgegevens te testen. Als het streepjescodegebied grijs wordt weergegeven, past u de grootte van de streepjescode of de eigenschappen van het tekstveld aan, zodat de inhoud in het streepjescodegebied past.

Inhoudsgegevens aanpassen, zodat deze passen in een streepjescodeveld

  1. Selecteer in het menu Alle tools Een formulier voorbereiden.

  2. Dubbelklik op het streepjescodeveld en voer een of meerdere van de volgende handelingen uit:

    • Selecteer op het tabblad Opties Aangepast en voer lagere waarden in voor Foutcorrectieniveau en Y/X-ratio.

    • Als u een Adobe-softwaredecoder gebruikt (afzonderlijk verkrijgbaar), gaat u naar het tabblad Opties en selecteert u Gegevens comprimeren voor coderen naar streepjescode, maar alleen.

    • Op het tabblad Waarde selecteert u Door tabs gescheiden in plaats van XML als gegevenscoderingsindeling. XML vereist een groter streepjescodegebied om informatie te coderen dan Door tabs gescheiden.

    • Selecteer op het tabblad Opties een andere optie voor Symbologie

    • Klik op het tabblad Waarde op de knop Selecteren en deselecteer alle velden waarvoor geen codering nodig is. Neem bijvoorbeeld geen velden met overbodige gegevens op.

    • Voer op het tabblad Waarde een aangepast script in waarmee door de gebruiker ingevoerde tekst tijdens de codering wordt geconverteerd naar allemaal kleine letters of allemaal hoofdletters.

    Opmerking:

    De richtlijnen van de National Association of Computerized Tax Processors (NACTP), die worden gehanteerd door de United States Internal Revenue Service en de belastingdiensten van de Amerikaanse staten, bevelen alleen hoofdletters aan voor tweedimensionale streepjescodegegevens.

  3. Als u het streepjescodegebied voor de gegevens zo klein mogelijk wilt maken, dubbelklikt u op het streepjescodeveld en schrijft u op het tabblad Waarde een aangepast script dat gegevens beperkt tot alfanumerieke tekens en tot alleen hoofdletters of alleen kleine letters. (Tekst die geheel uit hoofdletters bestaat of geheel uit kleine letters bestaat, heeft minder streepjescodegebied nodig dan dezelfde tekst in een combinatie van hoofdletters en kleine letters.)
Opmerking:

U kunt overwegen om extra streepjescodevelden in het formulier te maken en verschillende gegevens aan elk streepjescodeveld toe te wijzen.

Navigatie voor formuliervelden instellen

Als er geen tabvolgorde voor een PDF-document is ingesteld, wordt de standaardtabvolgorde gebaseerd op de documentstructuur, tenzij de gebruiker de optie Tabvolgorde in de toegankelijkheidsvoorkeuren heeft uitgeschakeld.

U kunt de tabvolgorde wijzigen nadat u de velden hebt gemaakt. Als u zich in de bewerkingsmodus van formulieren bevindt, kunt u de tabbladen ordenen op documentstructuur (standaard), rij of kolom. U kunt de volgorde ook handmatig kiezen door velden naar het deelvenster Velden te slepen. Als u zich niet in de bewerkingsmodus bevindt, kunt u de pagina-eigenschappen wijzigen om de tabbladen op rij of kolom te ordenen. U kunt de tabvolgorde echter niet handmatig aanpassen.

Tabvolgorde instellen in de bewerkingsmodus

  1. Selecteer in het menu Alle tools Een formulier voorbereiden.

  2. Selecteer in het deelvenster Velden aan de rechterkant Sorteren op Tabvolgorde.

  3. Als u de tabvolgorde voor de velden wilt bekijken, selecteert u in het venster Velden  > Tabnummers weergeven.

  4. Selecteer een van de volgende opties voor tabvolgorde:

    • Tabs ordenen op structuurtabs gebaseerd op de documentstructuur en volgt de volgorde die is ingesteld in de voorziening van tags.
    • Tabs ordenen op rijtabs uit het veld linksboven, eerst van links naar rechts en vervolgens naar beneden, rij voor rij.
    • Tabs per kolom ordenentabs uit het veld linksboven, eerst van boven naar beneden en dan van links naar rechts, kolom voor kolom.
    • Tabs handmatig ordenenhiermee kunt u een veld slepen en neerzetten waar u het wilt hebben in het deelvenster Velden. U kunt een veld niet naar een andere pagina verplaatsen, een keuzerondje niet naar een andere groep verplaatsen en een veld niet naar een keuzerondje verplaatsen.
    • Volgorde tabs niet gespecificeerddit geeft aan dat er geen tabvolgorde is opgegeven. De pagina-eigenschappen bepalen de volgorde van de tabs.

Tabvolgorde instellen in Pagina-eigenschappen

  1. Als u zich in de bewerkingsmodus van formulieren bevindt, selecteert u het kruisje aan de rechterkant in de werkbalk om de modus te verlaten.

  2. Selecteer  Paginaminiaturen.

    Of ga naar  > Weergeven > Tonen/verbergen > Zijpanelen > Pagina's.

    Hiermee wordt het deelvenster Paginaminiaturen geopend. 

  3. Klik met de rechtermuisknop op een paginapictogram en selecteer vervolgens Pagina-eigenschappen.

  4. Selecteer onder Tabvolgorde een van de volgende opties:

    • Rijvolgorde gebruiken: tabs uit het veld linksboven, eerst van links naar rechts en vervolgens naar beneden, rij voor rij.
    • Kolomvolgorde gebruiken: tabs uit het veld linksboven, eerst van boven naar beneden en vervolgens van links naar rechts, kolom voor kolom.
    • Documentstructuur gebruiken: voor formulieren met gelabelde velden geldt de volgorde die is ingesteld bij de voorziening van tags.
    • Niet gespecificeerd: dit gebruikt de bestaande volgorde.
  5. Selecteer OK.

Krijg sneller en gemakkelijker hulp

Nieuwe gebruiker?