Imperfecties corrigeren met het Retoucheerpenseel

Selecteer in het deelvenster Lagen de laag met oneffenheden of afleidende objecten die u wilt retoucheren of verwijderen.

Selecteer de tool Snel retoucheerpenseel () in de werkbalk. Als u de tool niet kunt vinden, klikt u op de Kloontools en houdt u deze ingedrukt om de andere verwante tools weer te geven. Vervolgens selecteert u de tool Retoucheerpenseel.

In het deelvenster met toolopties dat wordt geopend, tikt u op de drie puntjes () om het deelvenster Instellingen retoucheerpenseel te openen.

Hier kunt u de Overvloeimodus en het Monster kiezen en de schuifregelaars Ronding en Hoek op de gewenste waarde instellen.

U kunt ook de schakelknoppen gebruiken om de Druk voor grootte gebruiken en Uitgelijnd in te stellen.

• Overvloeimodus: gebruik deze optie om de overvloeimodus op te geven die u wilt toepassen op het geretoucheerde gebied in uw afbeelding.
• Diffusie: met de schuifregelaar stelt u in hoe snel het geplakte gebied wordt aangepast aan de omringende afbeelding. Selecteer een lagere waarde voor afbeeldingen met een korreleffect of kleine details, of een hogere waarde voor vloeiende afbeeldingen.
• Monster: hiermee neemt u monsters van de door u opgegeven lagen.
  • Kies Huidige laag en onderliggende lagen als u monsters wilt nemen van de actieve laag en de onderliggende zichtbare lagen.
  • Als u alleen monsters wilt nemen van de actieve laag, kiest u Huidige laag.
  • Als u monsters wilt nemen van alle zichtbare lagen, kiest u Alle lagen.
    • Als u monsters wilt nemen van alle zichtbare lagen behalve aanpassingslagen, kiest u Alle lagen en schakelt u Aanpassingslagen negeren in.
• Aanpassingslagen negeren: schakel deze optie in als u de toegepaste aanpassingen in de afbeelding wilt zien. Deze optie is standaard uitgeschakeld.
• Ronding: gebruik de schuifregelaar om een percentage in te stellen voor de verhouding tussen de korte en de lange as van het penseel. Selecteer een percentage.
  • Een waarde van 100% staat voor een cirkelvormig penseel. 
  • Een waarde van 0% staat voor een lijnvormig penseel. 
  • Tussenliggende waarden geven elliptische penselen aan.
    
• Hoek: met deze optie geeft u de hoek op waaronder de lange zijde van een ellipsvormig penseel of een op een monster gebaseerd penseel wordt geroteerd ten opzichte van de horizontale as. Gebruik de schuifregelaar om het aantal graden in te stellen.
  
• Druk voor grootte gebruiken: schakel deze optie in om de diameter van het Retoucheerpenseel te variëren op basis van de penseeldruk die tijdens het tekenen wordt toegepast. Deze optie is standaard uitgeschakeld.
  
• Uitgelijnd: schakel deze optie in om continu monsters van pixels te nemen zonder het huidige monsterpunt te verliezen. Schakel Uitgelijnd uit als u de pixelmonsters steeds vanaf het eerste monsterpunt wilt hergebruiken als u het tekenen onderbreekt en hervat. Deze optie is standaard uitgeschakeld.
  

In het deelvenster met toolopties kunt u de modus Bron instellen selecteren en de aanwijzer op een gebied in de afbeelding plaatsen om het monstergebied van de bron in te stellen.

Selecteer de Penseelmodus in het deelvenster met toolopties en teken over het gebied in de afbeelding dat u wilt retoucheren met het monster van het brongebied.