Met Photoshop kunt u het perspectief in afbeeldingen gemakkelijk aanpassen. Deze functie is bijzonder handig voor afbeeldingen met rechte lijnen en platte oppervlakken, bijvoorbeeld afbeeldingen van gebouwen of architectuur. U kunt deze functie ook gebruiken om objecten met verschillende perspectieven samen te voegen tot één afbeelding.
Som kan een object er in een afbeelding anders uitzien dan hoe het er in werkelijkheid uitziet. Dit is te wijten aan perspectiefvervorming. Afbeeldingen van hetzelfde object die vanaf verschillende camera-afstanden en onder verschillende kijkhoeken zijn vastgelegd, kunnen een andere perspectiefvervorming hebben.
Perspectivische vervorming in afbeeldingen van hetzelfde object dat is vastgelegd van verschillende afstanden en onder verschillende hoeken
Photoshop heeft minimaal 512 MB video-RAM (VRAM) nodig om de functie Perspectief verdraaien te kunnen uitvoeren voor een 16-bits en 32-bits document. Zie voor meer informatie Veelgestelde vragen over de grafische processor van Photoshop.
Als vereiste voor het aanpassen van perspectief, moet u ervoor zorgen dat de grafische processor is ingeschakeld in uw Photoshop-voorkeuren.
- Kies Bewerken > Voorkeuren > Prestaties.
- Selecteer in het gebied GPU-instellingen de optie GPU gebruiken.
- Klik op Geavanceerde instellingen. Zorg dat GPU gebruiken om sneller berekeningen uit te voeren is geselecteerd.
- Klik op OK.
Voordat u het perspectief aanpast, moet u de vlakken binnen de architectuur in de afbeelding definiëren:
- Open de afbeelding in Photoshop.
- Selecteer Bewerken > Perspectief verdraaien. Lees de tip op het scherm en sluit deze.
- Teken vierhoekige elementen langs de vlakken van de architectuur in de afbeelding. Probeer tijdens het tekenen van de vierhoekige elementen de randen parallel aan de rechte lijnen in de architectuur te houden.


- Verplaats de hoeken van de vierhoekige elementen (punten), al naar gelang van toepassing. U kunt het perspectief van deze afbeelding bijvoorbeeld zodanig aanpassen dat de twee zijden van het gebouw in gelijke mate worden verkort. Het resulterende perspectief benadert dan een directe weergave van het gebouw vanuit een hoek.

- Houd Shift ingedrukt en klik op een afzonderlijke rand van een vierhoekig element om dit recht te trekken en zo te houden tijdens verdere perspectiefbewerkingen. Deze rechtgetrokken randen worden geel gemarkeerd in de modus Verdraaien. U kunt de hoeken van de vierhoekige elementen (punten) verplaatsen voor een fijnere controle over de perspectiefaanpassing.


Opmerking:
Houd Shift ingedrukt en klik nogmaals op de rand als u het rechttrekken niet wilt behouden.
- In de modus Verdraaien kunt u op de volgende pictogrammen voor automatische perspectiefvervorming klikken:



- Nadat u klaar bent met het aanpassen van het perspectief klikt u op het pictogram Perspectief verdraaien vastleggen (
).
Enter
In de modus Lay-out kunt u op Enter drukken om snel over te schakelen naar de modus Verdraaien. In de modus Verdraaien legt u met de Enter-toets de huidige perspectiefwijzigingen vast.
Shift ingedrukt houden en klikken
(modus Verdraaien) Trekt een afzonderlijke rand van een vierhoekig element recht en zorgt dat deze recht blijft tijdens verdere perspectiefbewerkingen. Houd Shift ingedrukt en klik nogmaals als u de rechtgetrokken rand niet wilt behouden.
Shift ingedrukt houden (en een rand slepen)
(modus Verdraaien) Beperkt de vorm van een vlak terwijl het wordt verlengd
Ja. Wanneer u verschillende perspectieven in dezelfde afbeelding bewerkt, kunt u:
- Een bepaald perspectief in een bepaald gedeelte van de afbeelding ongewijzigd laten en het perspectief voor de rest van de afbeelding aanpassen. Dat doet u als volgt:
- Teken een vierhoekig element om het gedeelte van de afbeelding waarvan u het perspectief wilt behouden. Zorg dat dit vierhoekige element niet magnetisch wordt uitgelijnd op een van de andere vlakken waarvan u het perspectief aanpast.
- Zorg dat dit vierhoekige element ongewijzigd blijft terwijl u met de andere vlakken werkt waarvan u het perspectief wilt aanpassen.
- Bewerk de gedeelten van de afbeelding met verschillende perspectieven onafhankelijk van elkaar.
- Teken los van elkaar staande vierhoekige elementen rond de desbetreffende gedeelten van de afbeelding.
- Bewerk de vierhoekige elementen onafhankelijk van elkaar.
Photoshop heeft minimaal 512 MB video-RAM (VRAM) nodig om de functie Perspectief verdraaien te kunnen uitvoeren voor een 16-bits en 32-bits document. Als de GPU 256 MB VRAM heeft, kunt u de functie Perspectief verdraaien alleen uitvoeren voor een 8-bits document.
Daarnaast wordt de videokaart nVidia GeForce GT 120 op dit moment niet ondersteund voor de functie Perspectief verdraaien.
Ja. Ter illustratie bespreken we hier twee verschillende manieren om vlakken te definiëren voor de poort naar de Taj Mahal:

